Verzameld werk. Deel 2. Gedichten(1985)–Cola Debrot– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 111] [p. 111] Serenade Ik blijf in ongenade, al blijkt haar silhouet na mijne serenade in 't venstervak gezet. Al vraag ik om vergeving voor 't hart, dat niet genas, ik zie slechts de beweging der lippen achter 't glas. Weer smeekt gij mij gebiedend, liefste, van hier te gaan, daar anders uw bespieder u wurgen zou of slaan. Beide zijn wij gevangen, gij bij een vreemde man, ik in dit droef verlangen om dat, wat toch niet kan. Ik blijf in ongenade, al blijkt haar silhouet na mijne serenade in 't venstervak gezet. Vorige Volgende