‘In elk geval, ik feliciteer je. En dat geeft zeker gauw trouwen.’
‘Ja, het is fameus. Binnen een half jaar moeten we in Indië zijn.’
‘Als alles goed had gegaan met Adam Silver, zou je daar al geweest zijn.’
Het was de eerste maal, dat zij na den fameusen dag, dien naam tegen Nora uitsprak, en het deed haar plezier, dat het meisje ontstelde; zij dacht, dat ze dan toch wel wat voor dien armen jongen gevoeld moest hebben, wijl ze zoo van kleur verschoot bij het hooren van dien naam.
‘God, mevrouw!’ zei Nora zacht en vertrouwelijk, ‘zouden we hem in Indië ontmoeten?’
‘Ben je daar zoo bang voor?’
‘Verbeeld je.... ja, dat ben ik zeker. Ik heb van die heele akelige zaak niets aan Slaters gezegd. Pa zei, het was niet de moeite waard. Er was feitelijk niets gebeurd, zei hij.’
Dus was het dat alleen, dacht mevrouw Verlande, en een beetje bits antwoordde zij: