Kreken en vissers in 't groen
We volgen de Turfbankenstraat en belanden na een elegante bocht in de Lange
Meersstraat, nogmaals een naam die verwijst naar water en drassige bodem. De
bocht die we daarnet namen, is nog een herinnering aan een vroegere
dijkdoorbraak. Bij zo een doorbraak ontstond door uitspoeling een diepe put, een
weel of wiel. Bij herstelling van de dijk werd die rond de weel geleid. Een
aandachtige Reynaertzoeker zal er nog ontmoeten. Links, aan de voet van de dijk
die de Turfbanken afsluit, ligt de Pannekeet, een herinnering aan het
zoutzieden. Aan het eind van de Lange Meersstraat klimmen we de dijk op. Voor
ons, links, ligt het Sint-Jacobsgat, een kreek van 2,5 ha die samen met de Grote
Geule (5 ha), rechts, geklasseerd natuurgebied is. Deze kreken staan in
verbinding met elkaar en ook met de Geule te Kieldrecht. Het zijn de resten van
een waterloop die door herhaalde overstromingen is uitgeschuurd, nadat reeds
grote delen van dit gebied waren bedijkt. De huidige vorm dateert van 1846. We
rijden scherp rechts en volgen de Krekeldijk, de scheiding tussen de Turfbanken
en het krekengebied. Met zijn rietkragen vraagt het niet veel moeite om je de
vroegere woestheid en onherbergzaam-