| |
| |
| |
12.1 Europa: van 6 tot 25
| |
| |
| |
12 Waarom praat iedereen altijd over Europa?
Opa Politiek, zegt Nathalie, je spreekt helemaal niet over Europa. En niet zo lang geleden werd er in Nederland gestemd over dat Europa, al weet ik niet waarom. Toen zeiden heel veel mensen dat Europa een veel te grote bemoeial is geworden, en dat zij dat helemaal niet wilden. Hoe zit dat nu precies?
Dat is een heel verhaal, Nathalie, zegt Opa Politiek. Dan moet ik eerst teruggaan in de tijd, en dan moeten wij ook de kaart van Europa er maar bij halen. Ik zei vorige keer dat er een verschrikkelijk grote oorlog is geweest, toen opa en oma nog kinderen waren. Dat was een oorlog die niet alleen in Europa is gevoerd, maar in de hele wereld, en die noemen wij daarom ook een ‘wereldoorlog’. Zo'n wereldoorlog was er al eens eerder geweest, om precies te zijn tussen 1914 en 1918. Dat was ook een heel nare oorlog waarin heel veel soldaten met elkaar vochten, met aan de ene kant de Duitsers, en aan de andere kant in het oosten de Russen, en in het westen vooral de Fransen en de Britten, en later ook de Amerikanen. Daar waren wij in Nederland nog buiten gebleven: Nederland bleef toen nog wat ze noemen ‘neutraal’. Dat lukte in 1940 niet meer. Toen hebben de Duitsers Nederland aangevallen en daarna wel vijf jaar bezet gehouden! Maar uiteindelijk hebben aan de ene kant de Russen - eigenlijk moet ik zeggen: de troepen van de
| |
| |
Sovjet-Unie, want er waren veel meer volken aan die kant, al spreken wij vaak te gemakkelijk van de Russen en Rusland - en de Engelsen, Amerikanen, Canadezen en troepen van andere landen aan de andere kant. Duitsland werd in 1945 verslagen. Dat waren beide heel verschrikkelijke oorlogen. Daarin zijn heel veel mensen omgekomen, zowel burgers als soldaten.
Na die laatste oorlog zijn er twee dingen gebeurd. De sovjettroepen, de Engelsen en de Amerikanen hadden samen Duitsland verslagen. Zij waren daarom ook de eerste jaren na 1945 samen de baas in Duitsland. Dat land werd toen verdeeld in verschillende zones: een grote zone in Oost-Duitsland onder de Sovjet-Unie, en drie zones aan de westkant, waar de Amerikanen, de Engelsen en de Fransen het voor het zeggen hadden. Helaas ontstonden er steeds meer conflicten tussen de Sovjets aan de ene kant, en de Amerikanen, de Britten en anderen aan de andere kant. In Oost-Duitsland en in de landen van Centraal- en Oost-Europa tussen Duitsland en Rusland in, zorgden de Sovjets ervoor dat daar overal communistische regeringen kwamen. Er werd wat de beroemde Engelse leider Winston Churchill na de laatste wereldoorlog noemde ‘een ijzeren gordijn’ in Europa neergelaten, dat Oost- en West-Europa van elkaar scheidde. Veel mensen werden bang dat er een nieuwe wereldoorlog zou uitbreken, nu tussen de sovjettroepen en wat ze dan maar het ‘Westen’ noemde, waartoe buiten Europa vooral ook Amerika behoorde.
Dat klinkt allemaal niet zo prettig, Opa Politiek, zegt Nathalie. Maar zei je niet dat er toen twee dingen zijn gebeurd, die ook voor Nederland van belang waren? Wat waren die twee dingen dan?
Omdat veel landen in het Westen bang waren voor een nieuwe Russische bezetting, is toen een groot militair bondgenootschap opgericht, dat de navo werd genoemd, de
| |
| |
‘Noord-Atlantische Verdragsorganisatie’, waarvan Europese landen in het westen en zuiden van Europa samen met Amerika en Canada lid werden. Al die landen beloofden elkaar te zullen helpen als een van die landen zou worden aangevallen. Daarom moesten zij ook plannen maken hoe zij een dergelijke aanval zouden kunnen afslaan. Zij gingen ook samen nieuwe wapens maken en samen soldaten opleiden. En dat deed de Sovjet-Unie met de door hen beheerste landen in Oost-Europa ook. Zij stichtten samen het ‘Warschaupact’. De tegenstellingen en het wantrouwen tussen de landen aan de ene kant van het IJzeren Gordijn en die aan de andere kant, werden zo groot dat men zelfs sprak van de ‘Koude Oorlog’!
Maar daarnaast waren er ook ontwikkelingen in het kleinere gebied van West-Europa. Veel van de landen daar, en ook West-Duitsland, hadden net als Nederland ontzettend geleden in die wereldoorlog. Daarna moest alles weer opgebouwd worden. Een tijd lang werd West-Duitsland nog bestuurd door Amerika, Engeland en Frankrijk, die de oorlog gewonnen hadden. Maar het was toch nodig dat ook de Duitsers weer een beter en zelfstandig leven zouden gaan leiden. Tegelijk echter bleven velen bang voor een machtig nieuw Duitsland, dat immers al twee keer in grote oorlogen Frankrijk en andere landen binnen was gevallen. Daarom wilden zij dat er in de toekomst niet alleen maar onafhankelijke landen zouden bestaan, maar dat er meer eenheid zou komen in West-Europa. Toen is eerst de gedachte geboren dat het nuttig zou zijn industrieën onder gezamenlijk toezicht te brengen die van groot belang waren voor de fabricage van wapens. Daarom werd in 1951 de zogenaamde ‘Kolenen Staalgemeenschap’ (ksg) opgericht door zes landen: Frankrijk en West-Duitsland die de grootste industrieën hadden en vooral in de toekomst geen oorlog meer met elkaar
| |
| |
moesten maken, samen met Italië, Nederland, België en Luxemburg. Maar spoedig wilden deze landen verder gaan en kwam het tot samenwerking in wat oorspronkelijk de ‘Europese Economische Gemeenschap’ (eeg) heette. Zeker Nederland wilde dat daar ook andere landen dan die zes bij zouden komen. Dat gebeurde ook, hoewel aanvankelijk vooral Frankrijk daar niet zo sterk voor voelde. Maar toen werden uiteindelijk ook Groot-Brittannië, Ierland en Denemarken lid van de eeg. En nog weer later andere landen nadat die democratieën waren geworden, zoals Griekenland, Spanje en Portugal, en nog weer later Oostenrijk, Zweden en Finland.
Zo groeide die Europese Economische Gemeenschap uit tot de ‘Europese Unie’, die voor alle lidstaten veel dingen gezamenlijk ging regelen. Er kwam een ‘Europees Parlement’, dat na enige tijd ook door de burgers van alle landen werd en wordt gekozen, maar dat nog niet zo heel veel te vertellen had. Er kwam een ‘Europese Commissie’, die als het ware het dagelijks bestuur van die Europese Unie ging vormen. Er werd ook een ‘Europees Hof van Justitie’ opgericht, dat over juridische conflicten ging beslissen. En elk halfjaar is er de ‘Europese Raads’. Dan komen de ministers-presidenten en soms de presidenten van alle landen binnen de Europese Unie bijeen die samen proberen problemen in die Unie te lossen. De Europese Unie maakt samen met de lidstaten belangrijke verordeningen en richtlijnen die voor elke lidstaat gelden. Daardoor wordt steeds meer, ook in Nederland, bepaald door dat Europese overleg.
Maar dan begrijp ik toch nog een ding niet, Opa Politiek, zegt Nathalie. Want je had het over het ijzeren gordijn, en je spreekt over een Europese Unie, en dan noem je allerlei staten in West-, Noord- en Zuid-Europa. Maar iedereen spreekt tegenwoordig over landen ten oosten van Duitsland, die toch ook tot Europa behoren?
| |
| |
12.2 Ondanks de uitbreiding: Europa houdt 12 sterren
Dat is ook zo, zegt Opa Politiek. Want er is iets heel merkwaardigs gebeurd. Die grote, machtige Sovjet-Unie, die zo'n gevaarlijk land werd gevonden omdat het West-Europa zou kunnen aanvallen, kreeg steeds meer moeilijkheden. Zowel in het eigen land als in de landen in Centraal- en Oost-Europa, met inbegrip van Oost-Duitsland waarover het de baas leek te zijn. En daarom is ten slotte die grote Sovjet-Unie en ook het door dit land beheerste ‘blok’ in Oost-Europa uiteen gevallen, en zijn er nu weer veel meer zelfstandige landen ontstaan. Die willen ook graag lid worden van de navo en de Europese Unie omdat zij hopen dat zij dan veiliger zullen zijn en het econo- | |
| |
misch beter met hen zal gaan. Die beide organisaties werden daarom met veel landen uitgebreid. Terwijl er eerst maar zes landen lid waren van de ksg en de eeg, werden dat na een aantal jaren eerst 9 landen, toen 12, toen 15. En niet zo lang geleden is besloten om nog eens 10 landen lid te laten worden zodat de Europese Unie nu wel 25 lidstaten kent! Kijk maar eens op de kaart welke landen dat nu zijn. En er zijn nog meer landen die ook wel lid willen worden van de Europese Unie, maar die nog niet toegelaten zijn.
Opa Politiek, wordt dat nu niet allemaal verschrikkelijk ingewikkeld in Europa en in die Europese Unie? vraagt Elsemieke. Want dat zijn toch heel verschillende landen, en die moeten toch samen allerlei dingen gaan beslissen? Gaat dat wel goed?
Dat vraag je terecht, Elsemieke. Al voordat die 10 landen erbij kwamen, is daarover al heel veel gesproken tussen de eerste 15 landen van de Europese Unie. Want de moeilijkheden waren ook voor hen alleen al groot. Over heel veel zaken kon alleen maar beslist worden, als ieder land het daarmee eens is. Dat betekent dat een paar landen, of zelfs één enkel land, een besluit in de Raad van Ministers kan tegenhouden. Dit noemen wij een vetorecht! En ook werd het moeilijker met steeds meer landen te vergaderen. Hoe moest het bijvoorbeeld met de Europese Commissie? Moest daarin elk land een eigen ‘Eurocommissaris’ in hebben, ook als er wel 25 landen lid zouden worden? En was het ook juist dat kleine landen, waarin veel minder mensen wonen, altijd evenveel invloed zouden hebben als de grote landen? Toen is heel lang gesproken over de vraag, nu er zo veel staten bij zijn gekomen, of dat niet anders moest. Zodat er veel meer met meerderheid van stemmen zou kunnen worden besloten. En er ook recht gedaan zou worden aan verschillen tussen grote en kleine landen, en het
| |
| |
toch niet ook weer zo zou worden dat alleen de grote landen alles voor het zeggen zouden hebben. En tegelijk wilde men regelen dat het Europese Parlement meer invloed zou krijgen, en dat daarom ook de kiezers van alle Europese landen meer invloed zouden krijgen en niet alles alleen maar door de Raad van Ministers, de Europese Commissie en hun ambtenaren zou worden besloten. Dat leidde tot heel ingewikkelde voorstellen voor veranderingen, waarover de regeringsleiders van de verschillende landen na lang en moeilijk overleg het toch eens werden. Toen moest elk land die overeenkomst ook nog goedvinden. Veel landen vonden het voldoende dat alleen hun regering en parlement die nieuwe regelingen, die men wat overdreven een ‘Europese grondwet’ ging noemen, zouden goedkeuren. Maar andere landen, waaronder Nederland, besloten dat alle volwassen kiezers zich daarover moesten uitspreken. Toen is een stemming georganiseerd, wat men een ‘referendum’ noemt. En toen hebben zowel in Frankrijk als kort daarna ook in Nederland de meerderheid van de stemmers gezegd dat zij die ‘grondwet’ niet wilde. Dat was een hele klap, want Nederland behoorde tot de zes landen die een begin gemaakt hadden met de Europese samenwerking, en Nederland was vroeger juist altijd een groot voorstander van meer Europese eenwording.
Opa Politiek, wat is er dan veranderd, en waarom waren er nu opeens zo veel mensen in Nederland tegen die nieuwe regelingen voor de Europese Unie? vraagt Nathalie.
Ik denk dat daar veel oorzaken voor waren, zegt Opa Politiek. Veel mensen vonden dat er veel te veel landen bij kwamen in de Europese Unie. Er werd ook geroepen dat Nederland te veel moest betalen aan de Europese Unie, die andere, armere landen juist veel geld moet gaan geven om hun achterstand in te
| |
| |
halen. Moesten wij echt al die nieuwe landen van Centraal- en Oost-Europa ondersteunen? En ook: de Europese Unie bemoeit zich wel met erg veel dingen, zodat het wel lijkt of onze regering niet in Den Haag zit, maar in Brussel. En er waren ook veel stemmers die in alles tegen het Nederlandse kabinet waren, en dat wilden laten blijken in dat referendum!
Is daarmee de Europese Unie dan verdwenen? vraagt Emilie.
Nee hoor, zegt Opa Politiek. Want alle andere afspraken die eerder gemaakt zijn, gelden nog steeds. Daarom gaan al die instellingen van Europa gewoon door met hun werk. Maar in de toekomst zal toch wel een oplossing gevonden moeten worden voor de manier waarop de Europese Unie zijn besluiten zal kunnen nemen.
De geschiedenis van de groeiende Europese samenwerking en totstandkoming van de verschillende organisaties en organen, vind je in een beeldverhaal op http://ec.europa.eu/comm/publications/booklets/others/58/timeline_nl.pdf.
De website van de Europese Commissie heeft een speciaal ‘leeshoekje’ (http://ec.europa.eu/publications/index_nl.htm). Klik links op ‘jongeren’ en daarna op ‘Europa in beweging’. Wanneer je daarna op ‘pdf’ klikt, krijg je een beeldverhaal te zien van de ontwikkeling van de Europese samenwerking sinds 1951 en de totstandkoming van de verschillende organisaties en organen.
Op www.europaeducatief.nl/documenten/kaart_1.pdf vind je een duidelijke kaart waarop in kleur is aangegeven wanneer nieuwe landen tot de Europese Unie zijn toegetreden.
Op de site van de voorlichtingsdienst van de Europese Unie (www.europa.nl) vind je in het menu aan de linkerzijde ‘jeugd en onderwijs’. Rechts daarvan kun je klikken op ‘basisschool- | |
| |
leerlingen’. Daaronder vind je een groot aantal spelletjes over Europa. Je vindt die ook rechtstreeks als je http://europa.eu/europago/welcome.jsp intypt. En kijk op www.europa.nl nog maar verder rond, want er is heel veel meer op deze site over de Europese instellingen te vinden! En ook www.europahoezo.nl heeft veel gegevens, over het ontstaan en de uitbreiding van de Europese Unie en over discussies over de nodige hervormingen die er zouden moeten komen, ook al hebben landen als Frankrijk en Nederland de ‘Europese grondwet’ verworpen.
12.3 Het referendum over de Europese ‘Grondwet’: Nederland tegen!
|
|