Weerlichten(1925)–Marie Cremers– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 69] [p. 69] Eenzaam. Immer zal ik eenzaam zijn als een top in 't blauw verloren. Immer zal ik eenzaam hooren naar mijn eigen zielsrefrein. Met zijn wortel vast in de aarde en zijn kruin in ijle lucht, staat een berg alleen, geducht, boven onrust die vervaarde. En hij deelt het groote leven, woelend, strijdend aan zijn voet, dat hem met zijn krachten voedt, maar zijn top is koel gebleven. Want mijn geest wil eenzaam schouwen in zijn eigen zaligheid, boven menschensmart en strijd eeuwige vreugden bouwen. Vorige Volgende