Weerlichten(1925)–Marie Cremers– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende Aloë. Mijn leven was als van de harde aloë, vol bitterheid maar ook vol taaie sterkte. Ik groeide jaar op jaar en teerheid groeide mee, die niemand merkte. Toen andren jeugdig bloeiden, stond ik leeg in eenzaam land, maar in mijn hart lag kiem van een verborgen schoonheid. O mocht ik bloeien als de vreemde aloë-plant, die, stervend, in één wondre bloem haar hart ten toon spreidt! Vorige Volgende