Weerlichten(1925)–Marie Cremers– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 27] [p. 27] Arbeid Het is niet altijd Sabbath; ik moet werken, want God gedoogt niet dat wij ledig zijn, Ik moet mijn ziel aan frisschen arbeid sterken. Het leven stroomt. Wat stil staat wordt venijn. Wij leven in een groot Geheel en geen gebeuren komt op ons wenken. Slechts het leven weet boven ons reinste bidden, heiligst denken, wat ons te zijner tijd het lot wil schenken en niemand kent den Smid, die alles smeedt. Wij leeren stil zijn en gehoorzaam wezen, wij leeren wachten in ons ongeduld, wij leeren rustig zijn in 't vurigst smachten, wij leerden weenen tot wij schooner lachten en weten dat het lot zichzelf vervult. Vorige Volgende