de naar omlaag als trappen in de nacht, de wallen wijd en breed om den duisteren slothouw heen - éen enkel licht hier en daar, troebelgeel omdat de sterren zoo zuiver zijn, aan een raam of in een poort; dan de stad naar beneden toe af tuimelend met de al donkere huizen, en dan, rondom, de wijde vlakte àl de gaarden der oranjeboomen, die geuren van bloesem en te gelijker tijd vagelijk stippen van ooft...
Nu en dan, bij geregelde tusschenpoos, klinkt de roep der wachten, van slotplein naar wallen heen. En door hun roep krijt de kreet van een uil...
De nacht is zwaar van melancholie en van liefde-verlangen. De schildwacht, die gaat zijne passen onder het hooge slotraam, dat, getralied, een lamp door blinkt, telt den tijd, ziet naar de sterren, die nijgen en smacht naar zijn liefde, die ver is. Tot hij plots naar boven luistert, en verwonderd, een stem hoort klagen. Maar de stem zingt aan de boograamtralies, en de luit klinkt door de klacht heen, getokkelde akkoorden van droefheid. En de schildwacht hoort naar de stem, naar de klacht, het lied, de eentonige tìnk der snaren en hij staat stil, het hoofd opgericht en verstaat nu zelfs de woorden. Zij zijn droeve woorden, de woorden der droeve klacht; er weenen de doffe klanken, gelaten; er snikken de hellere keelgeluiden. En de schildwacht hoort:
- O stad, wit geheimzinnig in de nacht, die betooverd was en die laatst ik zag, in de maan, die betooverde... O stad, mijn stad, wanneer?? Rood bloeien de rozen om den rooden burcht, wiens roode torens rijzen in de betooverde lucht... O, roode burcht, wanneer?? O vrouw, wit in de geheimvolle nacht, die betooverd was en die laatst ik zag, in de maand, die betooverd was, maar doodsbleek liggen aan den rand van het water... wanneer?? Wanneer, o kind, o knaapske, o adelaarsjong, o jong van de droeve adelaars, in den tooverdroom geroofd door de gieren! Niet het jong roofden de gieren, o droom, niet het jong: den adelaar zèlve roofden boozeren nog en knotten zijn wieken... Wanneer? Wanneer, o stad? Wanneer, o vrouw? Wanneer, o kind, bloed van mijn bloed?