Nieuwe geluiden(1924)–Dirk Coster– Auteursrecht onbekendEen keuze uit de poëzie van na den oorlog (1918-1923) Vorige Volgende [pagina 120] [p. 120] Laat mij mijn ziel LAAT mij mijn ziel dragen in het gedrang! Tussen geringen staan en hun oogen richten naarboven, waar blinken Uw eeuwige sterren. Ik wil een snoeier zijn in de wijngaard, een werkman bij de druivepersen. Laat mij mijn ziel dragen in het gedrang! Mijn woord in de mond van stamelaars, mijn hand voor die liggen langs het pad. En voor het raam van mijn woning een vlam in de nacht: dat wie verdolen mocht richt zijn schreden naar het Huis van Toevlucht. Ik zal het wasbekken klaar zetten, brood en wijn op de tafel - en het Boek geopend aan de parabel van de Goede Herder. Vorige Volgende