Nieuwe geluiden(1924)–Dirk Coster– Auteursrecht onbekendEen keuze uit de poëzie van na den oorlog (1918-1923) Vorige Volgende [pagina 40] [p. 40] VI EEN diepe nacht: menschen en dingen gleden In duister, tot bazuingeschal opstak Van deze stem, die uit een oud verleden Geboren, zwol en onmeedoogend sprak: ‘Daar is geen wet, door hem niet overtreden, Geen eens gegeven woord, dat hij niet brak, Geen misdaad, die niet zijn gedachten deden, Al bleek zijn hand voor iedre daad te zwak. Geteekend ging hij uit tot doem en dood, Hem zij geen beker laafnis en geen staf Tot stut, tenzij... één 't al weet en vergeeft’ - Toen vond hem Uwe liefde, die vergaf, En slechts in deze liefde is 't, dat nu leeft Zijn ziel en heeft haar beker en haar brood. Vorige Volgende