Vereeninghe van sommighe strijdich-schijnende sproken der H. Schrifturen
(1630)–D.V. Coornhert– AuteursrechtvrijD.V. Coornhert, Vereeninghe van sommighe strijdich-schijnende sproken der H. Schrifturen. Jacob Aertsz. Colom, Amsterdam 1630 (uitgave)
DBNL-TEI 1
Wijze van coderen: standaard
-
gebruikt exemplaar
exemplaar Universiteitsbibliotheek Amsterdam, signatuur: Cat. Ned. Lett. UBA 195
algemene opmerkingen
Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Vereeninghe van sommighe strijdich-schijnende sproken der H. Schrifturen van D.V. Coornhert in een uitgave uit 1630. Het jaar van uitgave van de eerste druk is onbekend.
redactionele ingrepen
fol. 30v: widdelbare → middelbare: ‘Maar middelbare dinghen, als Schoonheyt, Rijckdom, Uernuft, Gesontheyt’.
fol. 31r: snlcke → sulcke: ‘want anders soude die Kennisse van sulcke verderflijcke quaden’.
fol. 35r: ggeweest → geweest: ‘nu wel thienmaal gheterght hebben ende niet ghehoorsaam en zijn geweest’.
fol. 36r: Ectle → Eccle: ‘Eccle.1.4’.
fol. 36v: eude → ende: ‘Uoorwaar neen, maar Zondaren ende vyanden Godes’.
fol. 36r: Dooislager → Dootslager: ‘als hy Overspel ende Manslacht doende, een Overspeelder ende Dootslager worde’.
fol. 36v: Rechevaardig → Rechtvaardig, Cchristi → Christi: ‘die Rechtvaardigh ghemaackt is in den name onses Heeren Iesu Christi’.
fol. 36v: Rechtvrardighe → Rechtvaardighe: ‘ende mitsdien (t'welck nootlijc moet volghen) Rechtvaardighe’.
fol. 37r: Schiftuyrlijcke → Schriftuyrlijcke: Schriftuyrlijcke vereeniginghe. Gheen een of twee, maar seer veele’.
fol. 37r: Twilfelijck → Twijfelijck: ‘Twijfelijck bedencken. Uan wie ist dan ghesproken’.
fol. 37r: Eude → Ende: ‘Ende komme nu in meerder verwonderen dan te voren’.
fol. 37v: Rop → Rom: ‘Rom.2.10’.
fol. 37v: zude → ende: ‘ende dit soo wel onder den Ioden als onder den Heydenen’.
fol. 38r: miusten → minsten: ‘niemande uytghenomen, ten minsten in eenighe der voorsz’.
fol. 40r: Schriftuyrlijckc → Schriftuyrlijcke: ‘Schriftuyrlijcke vereeniginghe. Dat is van den Heere Christo ghesproken’.
fol. 40r: Rechvaardigheydt → Rechtvaardigheydt: ‘ghegheven tot een Doctoor of Leermeester van de Rechtvaardigheydt’.
fol. 41r: Schriftuyrliieke → Schriftuyrlijcke: ‘Schriftuyrlijcke vereenginghe. Die bidden dan oock gheloovig in den name Christi’.
fol. 41r: onderhondt → onderhoudt: ‘Gheboden Godes onderhoudt, soo Ezechiel seyt’.
fol. 41r: Twiifelijck → Twijfelijck: ‘Twijfelijck bedencken. Die meyninghe soude wel bestaan moghen’.
fol. 42r: Twiifelijck → Twijfelijck: ‘Twijfelijck bedencken. Maar segt ghy oft nerghens en beteeckent zondighen’.
fol. 42v: Dienareu → Dienaren: ‘niet machtigher maken om sijnen Dienaren onder sijn bedwangh te houden’.
fol. 42v: seggheu → segghen: ‘soo moetmen segghen, dat die Dienaren der Gherechtigheydt oock vry zijn’.
fol. 43r: Twiifelijck → Twijfelijck: ‘Twijfeliick bedencken. Spreeckt. Ick sal’.
fol. 43v: Dadid → David: ‘volght dat Abraham ende David al t'leven deur in kindische Kranckheydt’.
fol. 44r: gantsthen → gantschen: ‘ende verbodt van den gantschen Rade hoorende’.
fol. 44v: Iohrn → Iohan: ‘Iohan 8.37.40. Rom.97’.
fol. 44v: gheensius → gheensins: ‘gheensins op sijn broeder, maar wel op sijn eyghen zonden’.
fol. 44v: eeneu → eenen: ‘noch eenen quaden boom geen goede vruchten voort brengen’.
Bij de omzetting van de gebruikte bron naar deze publicatie in de dbnl is een aantal delen van de tekst niet overgenomen. Hieronder volgen de tekstgedeelten die wel in het origineel voorkomen maar hier uit de lopende tekst zijn weggelaten.
[fol. 29r]
Vereeninghe Uan sommighe strijdich-schijnende sproken der H. Schrifturen, tot stichtinghe der Eenvuldighen int licht ghegheven door
D. V. Coornhert.
Philip.2.2.
Soo vervult mijn blijdtschappe, dat ghy eens gesint zijt, eenreleye Liefde hebbende, eenmoedich ende eenreley gevoelende.
1.Corinth.12.
Alle dese dinghen werckt die eenighe ende selve Geest, deelende eenen yeghelijck het sijne also hy wil.
Ephes.4.2.3.
Met alre ootmoedigheydt ende sachtmoedigheydt, ende met lanckmoedigheydt verdraghende malcander inder Liefden. Neerstigh zijnde om die eenigheydt des Geests te houden door den bandt des vreden.
Te Amsterdam,
By Jacob Aertsz. Colom. 1613.