ij. Capittel.
Van verscheyden namen ende diensten inden Ouden ende Nievven Testamenten beschreven zijnde.
Die Leeraren hebben inden ouden Testamente, Ga naar margenoot+oock in’t Nieuwe verscheyden NamenGa naar margenoot+ ende Diensten ofte Ampteren. In’t oudeGa naar margenoot+ waren 1 Propheten toekomende saacken voorseggende, Ga naar margenoot+oock Godes sinne 2 verclarende ofteGa naar margenoot+ uytleggende, Priesters, 3 Leviten, 4 SchribenGa naar margenoot+ ende 5 Pharizeen. Ende inden Nieuwen TestamenteGa naar margenoot+ leestmen van 6 Apostelen 7 Euangelisten, Ga naar margenoot+Iongers of 8 Leerlingen, 9 Bisschoppen, Ga naar margenoot+ Doctoren, oock 11 Pastooren of Herders, Ga naar margenoot+12 Predicanten, 13 Priesteren ende oock 14 ProphetenGa naar margenoot+ ofte uytlegghers vande H. Schrifture.Ga naar margenoot+
7
Act.21.8.
Ephes.4.11.
8
Matth.5.1.
Luc.10.1.
9
Act.20.28.
Phil.1.1.
10
Eph.4.11.
1.Cor.12.27.
11
Ioan.10.11.
Ephes.4.11.
12
1.Timoth.2.7.
2.Timoth.1.11.
13
Actor.14.22.
1.Timoth.5.17.
14
Actor.21.9.10.11.
1.Cor.12.27.
1.Cor.14.28, 14.1.3.4.5.24.31.
1.Cor.14.29.