Heyward was blij, toen hij een glimp licht voor zich uit zag en binnen werd gelaten in een groote grot, door schotten van takken, bast en steen in verschillende ruimten verdeeld. Openingen in 't gewelf lieten bij dag licht door, en bij donker dienden toortsen ter verlichting. Hier hadden de Hurons hun kostbaarsten buit saamgebracht; hierheen had men ook de vrouw, die onder bovennatuurlijke macht heette te lijden, vervoerd, in de meening, dat de booze geest door steenen muren niet zoo makkelijk kon aanvallen als door de ijle wanden der hutten. Zij lag op een rustbed, omringd door vrouwen, onder wie Heyward tot zijn verbazing zijn vermisten vriend David ontdekte.
Met één blik zag de gewaande geneesheer, dat hulp voor de zieke zijn talenten te boven ging. Zij lag neer in een verdooving, die haar ontoegankelijk maakte voor alle prikkels van buiten, ongevoelig voor iedere pijn. Het kwam Heyward niet slecht te pas, dat zijn kunsten aldus zooveel minder gevaar liepen, doorzien en ontmaskerd te worden. Hij stond na te denken, hoe hij zijn rol nu verder zou spelen, toen hij gewaarwerd, dat David de macht der muziek wou beproeven.
De zangmeester hief een hymne aan, die wonderen had kunnen doen, als het op geestdriftig vertrouwen alleen was aangekomen. De Indianen lieten hem zijn gang gaan, en Heyward was blij met het uitstel. Toen een lange, wegstervende toon hem in de ooren klonk, verbaasde hij zich, een soortgelijk geluid achter zich te hooren, met een soort halfmenschelijke grafstem. Duncan keek om, en zag den beer in een donkeren hoek zitten. Nog steeds met het lichaam zwaaiend bracht het dier klanken voort, die wel geen woorden waren, maar toch de melodie van het gezang volgden.
David verstomde, en stond met wijde oogen te staren bij die vreemde echo. Vrees of verbazing deden