Punt- en kleine mengeldichten(1837)–S.M. Coninckx– Auteursrechtvrij Vorige Volgende XX. Een ryken boer die véel processen had Zond met een brief Tóon Lompi naer de stad, En eenen haes vóor advokaet Ternolen. Den haes wierd Teun, ik wéet niet hoe, gestolen. Wat zal ik nu met 't briefken doen? peist hy, Moet ik dat ding bestellen of verscheuren? Neen toch, ik ga, en géef 't, wat móog gebeuren. Hy gaf den brief, die wordt gelézen: ei! Brengt gy me een haes! Teun liet zich aenstonds hooren: ‘Gy hebt hem dan! Jarni, wat ben ik bly! Ik meinde vast dat ik hem had verloren.’ Vorige Volgende