Punt- en kleine mengeldichten(1837)–S.M. Coninckx– Auteursrechtvrij Vorige Volgende CCXXXIII. Hoe meer men wéet en kent, hoe dieper ziet men in Dat men zeer weinig wéet, en dat van duizend dingen Ook aen de wyste stervelingen Noch eind bekend is noch begin. Vorige Volgende