Punt- en kleine mengeldichten(1837)–S.M. Coninckx– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 33] [p. 33] CVII. Mondor héeft zich een huis gebouwd Heel schoon en grootsch in al zyn deelen: Het blinkt er al in 't rond van goud, Van marmer en mahonyhout; Van printen en kristal, van konstige tafreelen. Daer is geen meubelstuk veragt'lyk of gemeen In 't gansch paleis... als hy alleen. Vorige Volgende