| |
| |
| |
Mariette Vanhalewijn
door Jan van Coillie
Mariette Vanhalewijn werd op 24 januari 1940 in Meulebeke geboren. Na de middelbare school was ze van 1958 tot 1964 uitgeverij-assistent bij Lannoo. Voor de BRT-radio verzorgde ze programma's over jeugdliteratuur. Sinds oktober 1965 is ze als journaliste verbonden aan de krant De Standaard. Ze werd er in 1974 verantwoordelijk voor redactie en samenstelling van de kinderbijlage De Stipkrant. Tot 1982 was ze tevens redactrice van het bibliotheekblad Jeugdboekengids.
Mariette Vanhalewijn heeft zelf twee zonen en een dochter. Haar eerste bundel verhaaltjes, Het meisje Marleentje, publiceerde ze in 1965. Uit haar beginperiode werden verschillende boeken vertaald. Op de Vlaamse boekenbeurs kreeg ze vijf keer een referendumprijs en de provincie West-Vlaanderen bekroonde in 1975 Met de maan als schuitje.
| |
Werk
De verhalen van Mariette Vanhalewijn spelen zich af in een grensgebied tussen fantasie en realiteit. Ze bevatten allerlei sprookjesachtige elementen, maar ze spelen zich af in een realistische omgeving. De vraag naar het werkelijkheidsgehalte wordt overigens vaak expliciet gesteld. Haar verhalen bezitten de structuur en de personages van de klassieke sprookjes: reuzen, elfjes, heksen, kabouters, pratende dieren enz. Ze verraden echter duidelijk de eigen schriftuur van de auteur, vooral in het schuwen van geweld en gruwel en in de luchtige, soms humoristische toon.
De opbouw van haar sprookjes is erg eenvoudig en vertoont een stereotiep grondpatroon: de beginsituatie schetst een gegeven toestand, waarin een ongewoon of problematisch gegeven aanwezig is of opduikt. Dit onge- | |
| |
wone lokt een reeks verwikkelingen uit die uiteindelijk steeds leiden naar een harmonische eindtoestand.
Haar werk vertoont een traditionele vertellende ‘kinderstijl’ met onder meer veel diminutieven, alliteraties en binnenrijmen, wat duidelijk blijkt uit de titel- en naamgeving: ‘prinsesje Petronella’, ‘Floris en Floriaan’, ‘Spinnetje Spon weeft een bruidsjapon’ enz. Haar stijl is wel - voorzichtig - geëvolueerd. De talrijke dialogen zijn in recenter werk vlotter en levendiger geworden, het veelvuldig gebruik van verkleinwoorden is afgezwakt en het woordgebruik is soberder en minder kinderlijk geworden. Vanaf het boek In het Hollebolle Bomenland maar duidelijker in Gaatjes in de hemel experimenteert de schrijfster met verhaalstructuur en vertelstandpunt. Kaderverhaal en auctoriële ironie doet hun intrede. Zo besluit de auteur het verhaal over Juffrouw Lisenka die in een zeemeermin verandert, met: ‘En wie gelooft er nog in sprookjes? In deze tijd? Wij wel, maar het is dan ook ons beroep.’
Ook inhoudelijk is het werk van Mariette Vanhalewijn niet vrij van een zekere stereotypie. Sommige motieven en personages duiken zelfs in verschillende bundels op: de bange jager, een bakker die in slaap valt bij zijn werk, een gekke bal enzovoort. Haar wereldbeeld is vrij gesloten en wordt beheerst door een aantal min of meer duidelijke waarden: tevredenheid in de eerste plaats, maar ook vrolijkheid, voorzichtigheid, nuttigheid en lief zijn voor elkaar. Haar boeken tonen in dit opzicht weinig ontwikkeling, al is de moraal in haar latere werk minder nadrukkelijk. Ook dringen verwijzingen naar actuele problemen als vervuiling en anonimiteit schoorvoetend in haar boeken door.
Het werk van Mariette Vanhalewijn is door de jaren heen erg verschillend gewaardeerd. Joz. le Bruyn vond in Jeugdboekengids van april 1969 dat de auteur ‘tintelend, vrouwelijk en poëtisch’ schreef. Fred de Swert prees de discipline en het vakmanschap van de auteur, maar wees ook op de stereotypie en het ‘zoete imago’, die volgens hem steunen op de samenwerking met de illustratrice Jaklien Moerman. Eric Hulsens deed haar verhaaltjes af als ‘edelkitsch in vierkleurendruk’, maar het Utrechts Nieuwsblad bestempelde in 1976 Een schaap met witte voetjes als een van de betere vertelboeken. Haar verhalenbundels halen in elk geval ongewoon hoge oplagen (soms 30 000 exemplaren).
| |
Met de maan als schuitje
Deze bundel bevat 49 korte verhaaltjes. Het lieve wereldbeeld en het waardenstelsel van de auteur komen er erg duidelijk in naar voren. Vrouwtje Grom wordt van een zeurend mens een goedgemutst dametje door een roze bril; Hendrikje leert van het mannetje in de maan tevreden te zijn in haar flat en het rumoerige heksje Gom leert voorzichtig te zijn.
| |
| |
| |
Ron, Ruud en Lizie. En nu naar bed
Dit boekje laat een andere Vanhalewijn zien, met een nieuwe illustratrice. Het is een speels verhaal voor beginnende lezertjes over drie kinderen die met de oppas een woestijnverhaal spelen voor het slapengaan. De vinnige dialogen en de plagerijtjes en ruzietjes verlevendigen het geheel.
| |
Kleine Adam
Over dit boek schrijft Mariette Vanhalewijn: ‘Ik verwerk meestal persoonlijke ervaringen en indrukken in mijn werk. Die liggen er wellicht niet dik bovenop - maar ze zitten er wel in. Kleine Adam is zo een voorbeeld. Een flits van een beeld van een kind met een borstel en een afvoerpijp. En het idee ook van volwassenen: als we maar eens opnieuw konden beginnen, alles wegvegen en dan de dingen neerzetten zoals wij dat zo ideaal kunnen dromen. En dan ook weer merken dat je een mens bent en sommige dingen niet kunt missen, dat er negatieve aspekten aan vast zitten. Maar toch blijven hopen...’
| |
Bibliografie
Voor volwassenen
|
Kleine wereld. Poëzie. Tielt, Lannoo, 1962. |
Kinderboeken
|
Het meisje Marleentje. Den Haag, Van Goor, 1965. |
Simon en de wondervlinder. Met illustraties van Jaklien Moerman. Tielt, Lannoo, 1968. |
Simon en de verhalenstoel. Met illustraties van Jaklien Moerman. Tielt, Lannoo, 1969. |
Simon en het blauwe paardje. Met illustraties van Jaklien Moerman. Tielt, Lannoo, 1970. |
De 365 jurken van prinses Petronella. Met illustraties van Jaklien Moerman. Tielt, Lannoo, 1970. |
De kleine heks Elena. Met illustraties van Jaklien Moerman. Tielt, Lannoo, 1970. |
De wijze poes van Janneke. Met illustraties van Jaklien Moerman. Tielt, Lannoo, 1971. |
Simon in het vergeten straatje. Met illustraties van Jaklien Moerman. Tielt, Lannoo, 1971. |
Mirabella en de grijze vis. Met illustraties van Jaklien Moerman. Tielt, Lannoo, 1972. |
Simon en de verlegen clown. Met illustraties van Jaklien Moerman. Tielt, Lannoo, 1972. |
Met de maan als schuitje. 50 verhaaltjes voor het slapengaan. Met illustraties van Jaklien Moerman. Tielt, Lannoo, 1972. |
Simon en Saartje. Met illustraties van Jaklien Moerman. Tielt, Lannoo, 1973. |
Simon en Saartje onder de regenboog. Met illustraties van Jaklien Moerman. Tielt, Lannoo, 1974. |
De molen van Annelientje. Met illustraties van Jaklien Moerman. Tielt, Lannoo, 1974. |
Floris en Floriaan. Met illustraties van Jaklien Moerman. Tielt, Lannoo, 1974. |
Mijn vriendjes op reis. Met illustraties van Jaklien Moerman. Tielt, Lannoo, 1974. |
Mijn vriendjes over de hele wereld. Met illustraties van Jaklien. Tielt, Lannoo, 1974. |
Mijn vriendjes in het circus. Met illustraties van Jaklien. Tielt, Lannoo, 1974. |
Mijn vriendjes aan het werk. Met illustraties van Jaklien. Tielt, Lannoo, 1974. |
Simon en Saartje bij Jutje Groen. Met illustraties van Jaklien. Tielt, Lannoo, 1975. |
Knutselen met Diewke en Dorusje. Met illustraties van Jaklien. Tielt, Lannoo, 1975. |
Een schaap met witte voetjes. Met illustraties van Jaklien. Tielt, Lannoo, 1976. |
In het Hollebolle Bomenland. Met illustraties van Jaklien. Tielt, Lannoo, 1977. |
| |
| |
Gaatjes in de hemel. Met illustraties van Jaklien. Tielt, Lannoo, 1978. |
Een koffertje vol dromen. Met illustraties van Jaklien. Tielt, Lannoo, 1980. |
Job en Jutta. Wat een dag. Met illustraties van Annelies Vossen. Tielt, Lannoo, 1982. |
Ron, Ruud en Lizie. En nu naar bed. Met illustraties van Annelies Vossen. Tielt, Lannoo, 1982. |
In een schuitje van papier. (bloemlezing kinderverhalen). Met illustraties van Annelies Vossen. Tielt, Lannoo, 1982. |
Een mannetje dat niet kon slapen. Met illustraties van Jaklien Moerman. Tielt, Lannoo, 1983. |
Kleine Adam. Met illustraties van Rita van Bilsen. Tielt, Lannoo, 1983. |
Over Mariette Vanhalewijn
|
Fred de Swert, Mariette Vanhalewijn. In: Fred de Swert, Over jeugdliteratuur. Tielt, Lannoo, 1977, blz. 409-412. |
Eric Hulsens, Edelkitsch in vierkleurendruk. In: Eric Hulsens, Een kinderhoofd is gauw gevuld. Leuven, Kritak, 1980, blz. 85-88. |
Eric Hulsens, Een verrassend fris kinderverhaal. In: Eric Hulsens, Een kinderhoofd is gauw gevuld. Leuven, Kritak, 1980, blz. 181-195. |
7 Lexicon jeugdliteratuur
april 1985
|
|