| |
| |
| |
Luc Van Tolhuyzen
door Jet Marchau
Luc Van Tolhuyzen is op 3 februari 1949 in Herenthout (België) geboren. Hij volgde lager onderwijs en legde zich daarna als autodidact toe op talen en geschiedenis. Als minder valide rolstoelgebruiker had hij in zijn jeugd geringe opleidingsmogelijkheden. In plaatselijke kring maakte hij naam als schilder en keramist; voor zijn schilderij ‘Nocturne’ ontving hij in 1985 de Persprijs Cultuur van de stad Ninove.
Toen zijn activiteiten als beeldend kunstenaar door zijn handicap onmogelijk waren geworden, zocht hij een creatieve uitlaatklep in de literatuur. Na de publicatie van het korte verhaal ‘Een platonische liefde’ in De Brakke Hond (1991) debuteerde hij in 1994 als auteur van jeugdboeken met Vroeger is nooit lang geleden. Hij leek zijn plek gevonden te hebben, want ‘schrijven biedt me een virtueel leven, en eigenlijk een grotere bevrediging dan het schilderen. In een verhaal kan je rondlopen, in een schilderij niet’.
Voor het korte verhaal ‘Driemaal is scheepsrecht’ kreeg hij in 1999 de Histoflashprijs.
| |
Werk
De verhalen van Luc Van Tolhuyzen stoelen op verschillende thema's. Naast geschiedenis komen gehandicapte jongeren en beeldende kunst geregeld aan bod in zijn werk. Constante factor is de strijd tegen onverdraagzaamheid en vooroordelen. In zijn debuut Vroeger is nooit lang geleden (1994) formuleerde hij deze boodschap uitdrukkelijk. De oude, filosofische zwerver en vroegere circusartiest Simon legt een verband tussen de vernietiging van joden, zigeuners en gehandicapten tijdens de Tweede Wereldoorlog en de huidige rassenhaat. Het verhaal biedt hoofdfiguur Jeroen inzicht in het mechanisme van macht en blinde volgzaamheid.
| |
| |
Zes jaar later ging Van Tolhuyzen in de zorgvuldig gecomponeerde jeugdroman De uitverkorene (2001) dieper in op dit thema. Verschillende verhaallijnen tonen wat er in het Derde Rijk gebeurde met mensen die anders waren, of het nu om gehandicapten, psychiatrische patiënten of homoseksuelen ging. Centraal staat een Duits gezin aan de vooravond van de Tweede Wereldoorlog. Vader Amorbach, die als ‘ontaarde kunstenaar’ zijn positie aan de academie is kwijtgeraakt, verwerpt de ideeën van het Derde Rijk. Zoon Friedrich daarentegen sympathiseert openlijk met de Hitlerjugend tot zijn ogen opengaan tijdens een opleidingskamp. De liefde voor het gehandicapte zoontje Hannes, die onder de uitroeiingswet van Hitler dreigt te vallen, houdt het gezin samen. Een tweede verhaallijn leidt naar de psychiater Schmetterling, die de vernietiging van zijn patiënten door zijn gehersenspoelde, eerzuchtige zoon niet kan tegenhouden. Ook deze verhaallijn is een pleidooi voor verdraagzaamheid en een waarschuwing tegen indoctrinatie.
Door het gebruik van wisselende standpunten wil Van Tolhuyzen de kritische zin van zijn lezers aanscherpen. Die techniek gebruikte hij eerder in de psychologische detective Een schaduw voor twee (1999). Het verhaal stelt onverdraagzaamheid als gevolg van vooroordelen aan de kaak. Na een aanklacht tegen zijn vader wegens moord komt Nick in verzet en breekt met zijn vriend Andreas. Die laat zich leiden door vooroordelen, maar wanneer hij op het spoor komt van de echte moordenaar moet hij zijn oordeel herzien. Het snel wisselend vertelperspectief leidt tot een genuanceerde visie van de lezer.
De opvatting dat jongeren zich alleen door kritisch denken kunnen wapenen tegen vooroordelen en roddels, gaf Van Tolhuyzen een historische achtergrond in de rijk gestoffeerde en beeldrijk geschreven jeugdroman Het Maanoog (2003). Onder invloed van het renaissancistische denken rebelleert de vijftienjarige Hendrick tegen zijn vader, een behoudzuchtige, roomse lakenhandelaar. Ook in de drukkerij van meester Plantijn, waar hij werkt, krijgen zijn verlichte ideeën oppositie. Terwijl de belezen, misvormde tuinman Gomaar zijn kritische geest aanscherpt, ontneemt het lot van zijn Hollandse vriendinnetje Serena hem de illusie dat er in het aanbeden Noorden wel godsdienstvrijheid heerst. Hij besluit zich nooit meer de wet te laten voorschrijven. De confrontatie met de blinde bedelaar Maanoog sterkt hem in deze mening. Maanoog symboliseert de angst van de onwetende mens voor het onbekende, het blinde geloof en de waanzin waartoe dit alles leidt.
Net als Hendrick werkt de twaalfjarige Serge in De watervalvogel (2000) aan een toekomst waarin verdraagzaamheid en begrip de boventoon voeren. Het autobiografisch getinte verhaal speelt eind jaren vijftig toen
| |
| |
Omslagillustratie: Marijke Meersman
informatie over gehandicapten en afwijkende seksuele voorkeuren nauwelijks voorhanden was. In de besloten sfeer van een revalidatiecentrum overwint de terughoudende Serge zijn sociale angst. Hij groeit uit tot een sterke persoonlijkheid.
Ook in zijn verhalen voor jonge kinderen roept Van Tolhuyzen op tot verdraagzaamheid. In de speelse detective Twee doden en twee lijken (1995) combineert hij actuele thema's als milieuactivisme, het vluchtelingenprobleem en de botsing van culturen met een verwijzing naar het verzet in de Tweede Wereldoorlog. In Slimoor (1998) moet de dyslectische Felix zijn vooroordelen jegens het bijzonder onderwijs en een gehandicapte schoolmakker overwinnen om zelf een persoonlijkheid te worden
De taal van Van Tolhuyzen ontwikkelde zich van modieus naar pittig en levendig. Met de nodige, niet zelden stekelig humor zet hij zware onderwerpen in het vizier en maakt hij ze verteerbaar. Zijn strijd tegen vooroordelen, tegen zwart-wit denken, tegen uitsluiting en tegen het grote zwijgen onderbouwt hij met toenemend vakmanschap.
| |
De watervalvogel
De twaalfjarige poliopatiënt Serge past zich moeizaam aan in het revalidatiecentrum waar hij verblijft. Als kwetsbaar groentje is hij een makkelijke prooi voor pestkoppen. Met hulp van de wat oudere Tony ontdekt hij op een bedaarde manier zijn homoseksuele gerichtheid. Brieven aan zijn vroegere klasgenoten tonen hoe hij zich gaandeweg emotioneel wapent. Net als de watervalvogel die vanwege zijn biotoop, een donderende waterval, een eigen manier moet vinden om zich verstaanbaar te maken, leert Serge met anderen omgaan. Dankzij zijn sterker wordende persoonlijkheid kan hij de maskers van zijn kamergenoten doorprikken. Het communicatieprobleem met zijn vele facetten krijgt bij Van Tolhuyzen diepgang door een rijk gebruik aan beelden. Naast de symboliek van uit el- | |
| |
kaar drijvende continenten geeft hij de schilderkunst van James Ensor een prominente plaats. Tijdens zijn uitstapjes in Oostende ontdekt Serge diens vreemde schilderijen en merkt hij hoe Ensor het onbegrip van de buitenwereld parodieerde in maskers en monsters. Die ontdekking verstevigt Serges groeiproces. Het psychologisch portret van een jongen met een moeilijke puberteit wordt opgevrolijkt door de geschiedenis van de heimelijke minnaar van de directrice van het revalidatiecentrum. De taal is pittig, eigentijds en trefzeker.
| |
Waardering
Recensenten wezen van meet af aan op Van Tolhuyzens grote betrokkenheid met minderheidsgroepen. Zware onderwerpen maakt hij verteerbaar met stekelige humor, aldus de recensent van Handiscoop. In De Vrijzinnige Lezer en Leesidee Jeugdliteratuur wordt Slimoor (1998) geprezen als een schitterend jeugdboek en een opsteker voor kinderen met leerproblemen. Het dagblad De Morgen vindt de boodschap en de bewustwording van Felix echter net iets te expliciet uitgewerkt. Meer dan de inhoud bepaalt de taal de waarde van Van Tolhuyzens detectiveverhalen, menen de recensenten. Klapper vindt de plot in Een schaduw voor twee (1999) ingenieus geconstrueerd, met voldoende oog voor de emotionele kanten van de zaak. Leesidee Jeugdliteratuur prijst de psychologische uitwerking, maar vindt dat het detectiveverhaal zelf op te veel toeval steunt. De Vrijzinnige Lezer vindt De uitverkorene (2001) een must voor iedere tiener vanwege het realistische beeld van nazi-Duitsland vlak voor de Tweede Wereldoorlog. Vele scènes raken door de zuivere beschrijving aan het bevattings- en het incasseringsvermogen van de lezer, schrijft Katrien Vloeberghs in Leesidee Jeugdliteratuur. De watervalvogel (2000) oogst bij alle recensenten bijval vanwege het mooie, psychologische portret van een jongen met een moeilijke puberteit. Leesidee Jeugdliteratuur en Standaard der Letteren zien een positieve evolutie van gechargeerde taal en een ietwat gekunstelde structuur in het vroege werk naar een pittige, levendige en beeldrijke taal en een toenemend vakmanschap in De watervalvogel en Het Maanoog (2003).
| |
Bibliografie
Jeugdboeken
|
Vroeger is nooit lang geleden. Leuven, Davidsfonds, 1994. |
Twee doden en twee lijken. Leuven, Davidsfonds/Infodok, 1995. |
Slimoor. Leuven, Davidsfonds, 1998. |
Een schaduw voor twee. Leuven, Davidsfonds/Infodok, 1999. |
De watervalvogel. Leuven, Davidsfonds/Infodok, 2000. |
De uitverkorene. Leuven, Davidsfonds/Infodok, 2001. |
Het Maanoog. Leuven, Davidsfonds/Infodok, 2003. |
| |
| |
Over Luc van Tolhuyzen
|
Geert De Weyer, Geschiedenis achter behangpapier. In: Handiscoop, jaargang 49 (1994), nr. 3. |
Jet Marchau, Twee doden en twee lijken. In: Leesidee, jaargang 1 (1995), nr. 5. |
Luk de Waele, Slimoor. In: De Vrijzinnige Lezer, jaargang 19 (1998), nr. 4. |
Roos Truwant, Simoor. In: Leesidee Jeugdliteratuur, jaargang 4 (1998), nr. 10. |
Belle Kuyken, Slimoor. In: De Morgen, 22-10-1998. |
Jet Marchau, Een schaduw voor twee. In: Leesidee Jeugdliteratuur, jaargang 5 (1999), nr. 6. |
Jet Marchau, De watervalvogel. In: Leesidee Jeugdliteratuur, jaargang 6 (2000), nr. 3. |
Jan van Coillie, De watervalvogel: vreemde vogels. In: De Standaard der Letteren, 18-5-2000. |
Bart Van Nuffel, Een schaduw voor twee. In: Klapper, jaargang 8 (2001), nr. 1. |
Pieter Ghijsels, Weids en diep als de zee. In: Handiscoop, jaargang 55 (2002), nr. 1. |
Luc Vlerick, Een boek van Luc Van Tolhuyzen om meer dan een keer te lezen. In: Nema, maart 2001, te vinden op www.nema.be. |
Kolet Janssen, Liever dood dan zonder benen? In: Belleman, te vinden op users.skynet.be/lucvantolhuyzen. |
Luc Verbeeck, De uitverkorene. In: De Vrijzinnige Lezer, jaargang 22 (2001), nr. 3. |
Pieter Ghijsels, Tegen de stroom in. In: Handiscoop, jaargang 56 (2001), nr. 3. |
Katrien Vloeberghs, Om het te bewaren, hoe graag ik het ook zou vergeten. Drie romans over de Tweede Wereldoorlog. In: Leesidee Jeugdliteratuur, jaargang 7 (2001), nr. 4. |
Jet Marchau, In een verhaal kan je rondlopen. Luc Van Tolhuyzen in de kijker. In: Leesidee Jeugdliteratuur, jaargang 9 (2003), nr. 5. |
Jet Marchau, Amor vindt omnia! Het Maanoog van Luc Van Tolhuyzen. In: Leesidee Jeugdliteratuur, jaargang 9 (2003), nr. 5. |
Harm de Jonge, Het Maanoog in: Dagblad van het Noorden, 5-9-2003. |
Websites
|
users.skynet.be/lucvantolhuyzen |
www.davidsfonds.be |
67 Lexicon jeugdliteratuur
februari 2005
|
|