| |
| |
| |
Hendrik van Tichelen
door Eric Hulsens
Foto: Archief en Museum voor het Vlaamse Cultuurleven
Hendrik van Tichelen werd op 6 maart 1883 in Antwerpen geboren. Zijn ouders distantieerden zich van de katholieke kerk en hijzelf ging in het verzuilde Vlaanderen tot het vrijzinnige kamp behoren. Net als zijn ouders werd hij onderwijzer en wel in scholen van de Antwerpse havenbuurt. In 1912 trouwde hij met zijn collega Celina Baptist. Van 1920 tot 1937 was Van Tichelen conservator van het School- en Onderwijsmuseum te Antwerpen.
Zijn betekenis voor de jeugdliteratuur dankt hij vooral aan zijn redactionele en kritische werk. Ruim 20 jaar redigeerde hij het kindertijdschrift De Kleine Vlaming (1914 en 1919-1940). Hij publiceerde bovendien enkele belangrijke studies over jeugdliteratuur.
Van Tichelen overleed op 18 november 1967 in zijn geboortestad Antwerpen.
| |
Werk
Al vanaf 1906 publiceerde Van Tichelen kinderversjes. Hij werd geen belangrijk scheppend auteur, maar wel een verdienstelijk vertaler, bewerker en uitgever van volksrijmpjes, sprookjes, klassieke verhalen en buitenlandse kinderboeken.
Samen met zijn vrouw werkte hij aan het kindertijdschrift Ons Kleine Volk, dat van 1912 tot 1914 verscheen als bijlage van het vrijzinnige tijdschrift De Nieuwe School. Vanaf 1914 werd het in eigen beheer uitgegeven onder de titel De Kleine Vlaming. Door inmenging van de bezetter werd de uitgave nog datzelfde jaar gestaakt en pas in 1919 hervat. Het verscheen maandelijks tot 1940, toen het opnieuw door bemoeienissen van de bezettingsmacht werd gestopt. In de twintig jaar van zijn verschijnen werd De Kleine Vlaming niet alleen geleid maar ook bekostigd door Van Tichelen, die voor zijn blad de medewerking kreeg van vele bekende auteurs. Van
| |
| |
1951 tot 1959 werd het tijdschrift opnieuw uitgegeven op initiatief van Leo van Tichelen, de jongste zoon van het echtpaar Van Tichelen-Baptist, beter bekend onder zijn pseudoniem Leo Roelants.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog nam Van Tichelen een belangrijk pedagogisch initiatief. In de grote feestzaal van het Liberaal Volkshuis in Antwerpen organiseerde hij een openbaar ‘kinderuur’, een wekelijkse ontspanningsmiddag voor de schoolgaande jeugd met op het programma vertellen, voorlezen en zingen. Daarnaast zorgde hij voor voorleesuurtjes in een meisjesweeshuis en verteluurtjes in de stedelijke ziekenhuizen. Aan het eind van de oorlog hield het kinderuur op te bestaan. Van Tichelen stelde zijn ervaringen te boek in Het Kinderuur (1923).
In 1919 publiceerde hij een plan voor een School- en Onderwijsmuseum te Antwerpen, dat door het stadsbestuur werd overgenomen. In 1920 werd hij benoemd als conservator van dit museum. Die functie bleef hij vervullen tot 1937, toen hij om gezondheidsredenen zijn ambt neerlegde. Ook na zijn pensionering bleef hij actief op het gebied van de jeugdliteratuur.
In 1928 had Van Tichelen al zijn studie Over boeken voor kinderen gepubliceerd: een mijlpaal in de geschiedenis van de Vlaamse en Nederlandse jeugdliteratuur. In 1952 verscheen het grondig herzien en met dubbele omvang opnieuw als Over boeken voor kindsheid en jeugd.
| |
Opvattingen over jeugdliteratuur
Van Tichelen - die als jong onderwijzer met veel bewondering Jan Ligthart had gelezen - bleek in 1928 de vakliteratuur over jeugdliteratuur goed te kennen. Hij citeert met instemming auteurs als Heinrich Wolgast, Herman Köster, J.W. Gerhard en Nellie van Kol. Zijn eigen opvattingen zijn een synthese van die van de bestudeerde auteurs.
Aan een kinderboek stelt hij naast de ‘stoffelijke verzorging’ (lettertype, bladspiegel, illustraties, kwaliteit van papier en band) de volgende eisen: ‘Wat den vorm betreft, deze moet niet enkel korrekt en bevattelijk zijn, in nauw verband met den intellektuelen ouderdom der kinderen, maar ook oorspronkelijk, plastisch, levendig, zoodat de jonge lezers zich vanzelf geboeid gevoelen. Een goede vorm vergt dus kinderlijkheid, geen kinderachtigheid, - aantrekkelijkheid, geen opdringerigheid, - stijl, geen stijlmakerij. [...] Wat den inhoud aangaat, deze weze, naar den geest: wáár in essentie; zedelijk in den ruimst mogelijken zin; onzijdig in zijn heerlijst verdraagzame beteekenis; humanitair in zijn breedst menschelijke verschijning; en, naar den progressieven ontwikkelingsgang: prikkelend om het feitelijk vertelde en om den climax in de handeling, verrijkend om de kennis die aangebracht en het oordeel dat
| |
| |
gerijpt wordt.’ (Over boeken voor kinderen, blz. 10).
Van Tichelen pleit voor kinderboeken die zedelijk zijn zonder prekerigheid, voor boeken die levensbeschouwelijk neutraal zijn (geen levensbeschouwing opdringen en geen andere levensopvattingen afbreken), en kant zich tegen chauvinisme en racisme en verheerlijking van geweld (vgl. Heinrich Wolgast in Duitsland).
In Over boeken voor kindsheid en jeugd zet hij zich scherp af tegen de katholieke jeugdlectuuradviseurs die alleen expliciet katholieke boeken acceptabel vinden en al het andere willen weren. Naast algemene beoordelingscriteria geeft Van Tichelen in aparte hoofdstukken uiteenzettingen over een groot aantal genres: prentenboeken, verzen, volksverhalen en volksboeken, kunstsprookjes en fantastische verhalen, leesboekenreeksen, tijdschriften, boeken over kinder- en gezinsleven, fantastische dierenverhalen, biografische verhalen, informatieve lectuur, avontuurlijke verhalen, lectuur voor oudere jongens en meisjes en naslagwerken. Dit alles wordt afgerond met nabeschouwingen en een becommentarieerde lijst van vakliteratuur. Bij alle genres biedt Van Tichelen lijsten met aanbevolen boeken. Zo is dit boek een uitgebreid compendium van de jeugdliteratuur, dat in de geschiedenis van de Nederlandstalige vakliteratuur een unieke plaats inneemt.
| |
Bibliografie
Kindergedichten
|
Versjes en liedjes voor 't jonge volkje. Antwerpen, De Vos & Van der Groen, 1906. |
Van een kleine wereld. Antwerpen, De Sikkel, 1912. |
Poëzie voor kinderen. [Bloemlezing.] Antwerpen, Ruquoy, 1923. |
De waarachtige geschiedenis van Op-Sinjorken. Met prenten van Edmond van Offel. Antwerpen, De Nederlandsche Boekhandel, 1927. |
Prentenboeken
|
Koekeloere-haan! Met prenten van Juliaan Severin. Antwerpen, Ruquoy, 1924. |
Daar was eens... Met prenten van Felix Timmermans. Antwerpen, Ruquoy, 1924. |
Hier is gebeurd... Met prenten van Felix Timmermans. Antwerpen, Ruquoy, 1928. |
Van Nieuwjaar tot Oudejaarsavond. Met prenten van Felix Timmermans. Antwerpen, Ruquoy, 1929. |
Dick Whittington en zijn kat. Met houtsneden van Victor Stuyvaert, Antwerpen, De Sikkel, 1929. |
Keuze uit de uitgaven van sprookjes en verhalen
|
Sprookjes en vertellingen uit den vreemde. Met houtsneden van Victor Stuyvaert. Antwerpen, De Sikkel, 1927. |
Engelse volksvertelsels. Met houtsneden van Victor Stuyvaert. Antwerpen, De Sikkel, 1935. |
Koningen van het sprookje. Met houtsneden van Victor Stuyvaert, Antwerpen, Opdebeek, 1937. |
Vertellen maar! Met houtsneden van Victor Stuyvaert. Antwerpen, Opdebeek, 1939. |
| |
| |
Keuze uit zijn studies
|
Het kinderuur. Zijn ontstaan, zijn ontwikkeling en werking, zijn mogelijke toekomst. Antwerpen, E. Sele, 1923. |
Over boeken voor kinderen. Studie ten gerieve van leerkrachten, ouders, bibliothekarissen. Antwerpen, De Nederlandsche Boekhandel / Groningen, J.B. Wolters, 1928. |
Voor het kinderboek in Vlaanderen. Antwerpen, De Sikkel, 1931. (Derde, geheel herziene druk onder de titel: Leve de daad! Antwerpen, Desclée, 1944.) |
Over boeken voor kindsheid en jeugd. Studie ten gerieve van leerkrachten, ouders en bibliothekarissen. Antwerpen, Ontwikkeling, 1952. |
Late oogst. Losse opstellen. Antwerpen, uitgave in eigen beheer, 1965. |
Over Hendrik van Tichelen
|
Zestig! Gedenkboek ter eere van Hendrik van Tichelen, Hoogstraten, Moderne Uitgeverij, 1943. |
Amedee Arents, Bibliografie van en over Hendrik van Tichelen. Antwerpen, Opdebeek, 1943. |
Jos Peeters (red.), Getuigenissen bij de 60e verjaardag van Hendrik van Tichelen. Antwerpen, Buschmann, 1943. |
H. van Tichelen, Een blik terug. Een vluchtig levensbeeld. Antwerpen, De Voorzorg, 1961. (Autobiografie) |
Hendrik van Tichelen en andere pioniers van de Vlaamse jeugdliteratuur. Antwerpen, Openbare Bibliotheek Antwerpen, 1983. (Tentoonstellingscatalogus) |
10 Lexicon jeugdliteratuur
februari 1986
|
|