het te bont maakt, naar een strenge kostschool wordt gestuurd en het daar eveneens te bont maakt. Doordat de oude, strenge directeur plaats maakt voor een nieuwe, aardige directeur, wordt voorkomen dat dit toonbeeld van een ruwe-bolster-blanke-pit schooljongen opnieuw wordt weggestuurd.
Tom en Thijs Reedijk, in De Katjangs, zijn twee broers van hetzelfde type met het hart op de rechte plaats. Ze worden door hun ouders uit Indië naar Nederland gestuurd om hier een behoorlijke opleiding (HBS) te krijgen. Ze komen terecht bij twee lieve tantes, voor wie de zorg voor de jongens toch te veel blijkt. De joviale vader van een schoolvriend stuurt alles in goede banen.
In De A.F.C.-ers ontmoet een stel aan voetbal verslingerde HBS-ers slechte rapporten, bijbehorende strenge vaders en verkeerd aflopende kwajongensstreken als versperringen op hun weg naar het voetbalveld. De eigenlijke held is Eddy Loomans; dramatisch hoogtepunt is zijn val in een wak, waaruit hij door zijn trouwe vriend Kees Brummer met gevaar voor eigen leven gered wordt. Het harmonisch slotakkoord, Eddy's triomf ir een voetbalwedstrijd met de bijbehorende huldiging, wordt nog extra aan gezet door de uitreiking van een medaille aan Kees Brummer voor zijn moedig gedrag.
De Artapappa's brengt een variant aan in deze ode aan wildebrasserige HBS-ers. Bloemhof en Paul Artapappa zijn twee ‘kafferjongens’, die om duister blijvende redenen naar Nederland komen, waar ze worden ondergebracht in een pleeggezin met meer kostgangers, onder anderen Pukkie oftewel Rob Verhey. Paul vindt snel vrienden, maar Bloemhof blijft eenzaam, tot zich tussen hem en Pukkie een diepe relatie ontwikkelt. Dramatisch is het einde: de Artapappa's moeten onverwacht terug, wat hartverscheurende taferen rond Bloemhof en Pukkie oplevert, en uiteindelijk sterft Bloemhof in een ziekenhuis in Pretoria. Het vermoeden wordt gewekt dat hij stierf door verdriet.
Hoewel Schuil dit verhaal met goede bedoelingen schreef, valt toch zijn licht patroniserend beeld van de hoofdfiguren op. Dit wordt nog versterkt door de ongelukkige vondst ze een vreemd, krom taaltje te laten uitslaan (hoe verklaarbaar dit ook zou kunnen zijn door hun Zuidafrikaanse afkomst).
Met Doodverklaard (vanaf de tweede druk Rob en de strooper van Tjot Idi getiteld) keert Schuil terug op vertrouwd terrein: de HBS en zijn bevolking van blagen met een gouden hart, tot berouw geneigde lafaards, strenge, zielige en joviale leraren. Rob Felten wordt door zijn klasgenoten doodverklaard, omdat ze hem ervan verdenken de diefstal van proefwerkvragen te hebben verraden. Rob vindt troost bij een stroper, die vroeger onder Robs (al lang overleden) vader in Indië