| |
| |
| |
Aline Sax
door Jet Marchau
Aline Sax is op 20 maart 1984 geboren in Borgerhout, België. Samen met een jongere zus groeide ze op in Wilrijk. Middelbaar onderwijs volgde ze op het Sint-Agnesinstituut in Hoboken. De richting Latijn-wetenschappen was het resultaat van een compromis tussen de wens van haar vader, een chemicus, en haar eigen interesse voor cultuur, geschiedenis en talen. Ook haar vrije tijd stond in het teken van een sociaal-culturele belangstelling. Ze studeerde jarenlang viool, speelde in een toneelgezelschap en was lid van een scoutingroep. Reizen naar Afrika leidden tot een actieve deelname aan hulpprojecten in onder meer Senegal en Burkina Faso.
De historische romans van Thea Beckman en Paul Kustermans wakkerden haar belangstelling voor geschiedenis aan. Na een schrijfcursus debuteerde ze op zeventienjarige leeftijd met het oorlogsverhaal Mist over het strand (2001). Sax studeerde geschiedenis aan de Universiteit Antwerpen en militaire geschiedenis in Berlijn. In 2006 begon ze aan een doctoraatstudie over Vlaamse collaboratie tijdens de Tweede Wereldoorlog. Ze is actief als lid van het historisch onderzoeksbureau Geheugen Collectief en werkt in hoog tempo aan een literair oeuvre. Voor Wij, twee jongens ontving ze in 2008 de Prijs voor Letterkunde van de Provincie Antwerpen en de Kleine Cervantes van de stad Gent; daarnaast behaalde het boek een tweede plaats bij de Kinder- en jeugdjury Vlaanderen.
| |
Werk
Aline Sax combineert historisch onderzoek met literaire fictie. Ze situeert haar jongerenromans bij voorkeur in de eerste helft van de
| |
| |
twintigste eeuw. De hoofdpersonages, veelal leeftijdsgenoten van de auteur, zijn op zoek naar hun identiteit. Ze proberen te overleven in extreme omstandigheden en voelen zich vaak gevangen tussen twee werelden of culturen. De confrontatie met oorlog en persoonlijk geweld maakt hen bewust van het verschuiven van waarden en de betrekkelijkheid van ideeën. De betekenis en invloed van vriendschap loopt als een rode draad door dit centrale thema.
Als 14-jarige raakte Aline Sax gefascineerd door de Normandische stranden. Op zoek naar informatie over D-day - de landing van de geallieerde troepen op 6 juni 1944 - schuimde ze musea en bibliotheken af. De film van Steven Spielberg, Saving Private Ryan (1998), bracht haar verder op weg. Aangemoedigd door Bart Moeyaert begon ze aan de uitwerking van een kort verhaal. Na negen maanden bood ze het manuscript aan bij uitgeverij Clavis. Een jaar later verscheen Mist over het strand (2001). Meteen al viel het onconventionele uitgangspunt op. De auteur beschrijft de landing in Normandië vanuit twee Duitse kindsoldaten, Sepp en Ralph, beiden vijftien jaar oud. Na te zijn gehersenspoeld bij de Hitlerjugend is vooral Sepp overtuigd van het nut van het ‘Ene Duitse Rijk’. De brute confrontatie met de dood, gesprekken met een twijfelende Ralph en de persoonlijke ontmoeting met Amerikaanse soldaten doen zijn wereldbeeld wankelen.
Mist over het strand laat zien dat Aline Sax al op jonge leeftijd mateloos geïnteresseerd was in geschiedenis. Ze verwerkte in dit debuut veel historische informatie en gaf alle betrokken partijen een stem. De drang naar volledigheid resulteerde in een nog expliciete verhaaltrant en enigszins geforceerde flashbacks. Opvallend is haar grote empathie met Sepp. Zijn ideeën krijgen voorrang boven haar eigen visie. Ook in later werk volgt ze consequent de opvattingen van haar hoofdpersonen. In Duivelsvlucht (2002), een jeugdroman over Limburgse bokkenrijders in de achttiende eeuw, gaat ze op de ingeslagen weg voort. De verteltoon is onderhoudend en hoofdpersoon Hasse is een krachtige persoonlijkheid. Door de confrontatie met recht en onrecht, vriendschap en opportunisme legt zij haar eigen waarden vast. Net als Sepp evolueert de tiener naar een zelfstandige adolescente met een eigen mening.
Sax' derde roman, De gebroken harp (2004), speelt in de twintigste eeuw rond de Paasopstand van 1916 in Ierland. De 18-jarige Brian probeert na de dood van zijn vader, ‘vermoord’ door een Britse kogel, het gezin in balans te houden. Het eerste deel toont hem als een zachtaardige, plichtsgetrouwe adolescent. Hij rebelleert niet en weigert toe te treden tot het volksleger. De vriendschap met Kevin en enkele schaarse geluks- | |
| |
momenten in de pub houden hem overeind. In het tweede deel van de roman breekt de opstand tegen de Engelsen uit. De grote armoede en de dwingende vraag van zijn moeder laten Brian geen keuze: hij meldt zich bij het volksleger en belandt, gekweld door twijfel, in een spiraal van geweld. De gebroken harp is duidelijk beïnvloed door de studie geschiedenis die Aline Sax in 2002 begon. De historische juistheid staat voorop: ‘Ik zie het als een sport om ervoor te zorgen dat er geen enkele historische fout in staat,’ vertelt ze in een interview met Het Nieuwsblad. ‘Ik besteed dan ook ontzettend veel tijd aan opzoekingswerk.’
De precieze verwerking van informatie resulteerde in een strakke structuur. Het fragmentarisch gecomponeerde eerste deel vervloeit in de tweede helft tot een kleurrijk, gedetailleerd verslag van de woelige opstand. Tegen deze achtergrond tekent de auteur Brian als een slecht voorbereide en vertwijfelde adolescent. Zijn persoonlijke strijd tussen plichtsbesef en het verlangen naar een normaal bestaan staat model voor het dilemma van de jonge soldaten uit Sax' latere oorlogsromans.
In 2005 bekijkt Aline Sax de Tweede Wereldoorlog opnieuw vanuit een origineel gezichtspunt. In Geen stap terug beschrijft ze de Duitse aanval op Stalingrad (augustus 1942-februari 1943) vanuit drie hoofdpersonen en drie verschillende posities. De Duitser Friedrich, luitenant tegen wil en dank, is een van de leiders van de Duitse aanval; de journaliste Lena rapporteert over de Russische verdediging; het negenjarig jongetje Dmitri probeert met zijn broertje Nikolai te overleven in de verwoeste stad. Hun verhalen zijn doortrokken van ellende, honger en kou. Ze maken de waanzin van de oorlog bijna tastbaar. In de fragmentarische structuur kruisen de verhalen van de hoofdpersonen elkaar. Hun onderlinge confrontatie toont, sterker nog dan in eerdere romans van Sax, hoe mensen in extreme omstandigheden hun waarden ter discussie stellen. Geen stap terug werd genomineerd voor de Thea Beckmanprijs 2005 en de Gouden Uil Jeugdliteratuur 2006.
In 2006 verscheen Wij, twee jongens. Deze roman heeft een dubbele thematiek: de emigratie naar Amerika aan het begin van de twintigste eeuw én de ontdekking bij de hoofdpersoon van zijn seksuele identiteit. Adriaan is een Vlaamse boerenzoon die, afgesneden van zijn familie, probeert te overleven in New York. Hij vindt er een vriend en belandt in het homomilieu en het nachtleven van de stad. Adriaans ontwikkeling is, sterker dan in vorige romans, ingepast in de historische context.
In de vervolgroman Schaduwleven (2007) ligt de nadruk nog meer op de psychologische ontwikkeling van Adriaan. Het thema vriendschap, latent aanwezig in eerdere romans,
| |
| |
komt sterk naar voren. Binnen het gedetailleerd beschreven historisch kader van het New Yorkse homomilieu anno 1912 worstelt Adriaan nog altijd met zijn identiteit en met morele waarden in het bijzonder. Onder druk van levensbedreigende omstandigheden stelt hij de relatie tussen hem en zijn vrienden ter discussie.
Het begrip vriendschap ligt ook onder vuur in De hond van Roosevelt (2007). Net als haar debuut situeert Aline Sax deze korte roman in de nadagen van de Tweede Wereldoorlog. Ze kiest voor het standpunt van Sebastian Högelmann, een Duitser die is opgegroeid in New York. Vanwege zijn tweetaligheid moet hij tijdens het Ardennenoffensief infiltreren in de Amerikaanse linies. De Duitse tiener voelt zich een gevangene tussen twee culturen en worstelt tijdens de verwarrende confrontatie met zijn identiteit. De historische reconstructie loopt parallel met de beschrijving van Sebastians gewetensstrijd. De gebalde, strak gecomponeerde roman bevestigt Sax' ontwikkeling van expliciete verteller van historische verhalen naar een auteur van doorwerkte historische romans waarin taal en verhaal hand in hand gaan.
Aline Sax schrijft bewust voor jongeren. ‘De adolescentenliteratuur verenigt de leuke kanten van jeugdliteratuur met de leuke kanten van volwassen literatuur’, meent ze. ‘In de jeugdliteratuur komt het verhaal vaak op de eerste plaats en dat vind ik goed. In de volwassen literatuur kan en mag alles. Zowel inhoudelijk als stilistisch. En dat vind ik ook wel fijn. Zo kan ik het verhaal vertellen op de manier die ik zelf wil, zonder me te moeten laten leiden door de kennis of het niveau van de doelgroep.’
Sax' hoofdpersonen groeien in leeftijd met haar mee. Met De gebroken harp en Geen stap terug was ze bij de adolescentenliteratuur aangekomen. Ze besloot dat ze daar wilde blijven: ‘Ik heb zelf de overgang tussen jeugdliteratuur en volwassen literatuur erg gemist en ben blij dat die categorie nu aan een serieuze opmars bezig is. En daar wil ik dus verder aan meewerken. Tot er geen grenzen meer zijn maar één doorlopende lijn.’
| |
Wij, twee jongens
In Wij, twee jongens geeft Aline Sax de lijdensweg van Vlaamse landverhuizers naar Amerika een eigen naam en karakter. In deel 1 maken vader De Belder en de onafscheidelijke tweeling Alexander en Adriaan de oversteek met de Red Star Line naar Het Beloofde Land. Het is 1910; moeder en het zieke zusje Charlotte blijven noodgedwongen achter in Antwerpen. Adriaan, de ik-persoon, schrijft gedetailleerd over de medische controles, de gore logementen, de ontluisterende oversteek en de sluwe agenten op Ellis Island. Als zijn vader en broer Alexander teruggestuurd worden, blijft Adriaan verweesd en berooid achter. In dit filmische eerste deel zorgen scherpe
| |
| |
Omslag Wij, twee jongens
waarnemingen van Adriaan en mentale flashbacks naar het land van herkomst voor een historisch tijdsbeeld.
In deel 2 verschuift het accent naar de overlevingsstrijd van Adriaan. In de achterbuurten van New York wordt hij gehard en gevormd. Hij ontmoet er Jack; met hem ontdekt hij niet alleen de stad met haar duistere nachtleven en kleurrijke personages, maar ook zijn ontluikende homoseksualiteit. De titel, Wij, twee jongens, verschuift van Adriaan-Alexander naar Adrian-Jack. Wanneer tweelingbroer Alexander hem achterna komt en voorstelt om samen in het zuiden een boerderij te beginnen, voert Adriaan een hevige gewetensstrijd. Hij moet de keuze maken tussen een opwindend, maar volgens officiële normen amoreel leven én de veiligheid van zijn oude twee-eenheid met Alexander.
Sax beschrijft gedetailleerd en beeldend het homomilieu en het verborgen nachtleven in het puriteinse New York anno 1910. Verwijzingen naar de poëzie van Walt Whitman en Lord Alfred Douglas nuanceren en verfijnen het karakterbeeld van Adriaan. Het verhaal wordt gepresenteerd als één lange flashback, gevat tussen twee delen van een brief aan Alexander. In 2007 verscheen een vervolg: Schaduwleven.
| |
Waardering
Bij haar debuut Mist over het strand (2001) verwonderden de recensenten zich over de jonge leeftijd van de auteur. ‘Een bijzonder knap jeugdboek dat nergens laat doorschemeren dat het door een tiener geschreven is’, noteerde Focus Knack.
De gebroken harp (2004) oogstte lof vanwege de vlotte stijl en de nauwkeurige historische reconstructie van de Ierse Paasopstand. ‘Het lijkt een ooggetuigenverslag, en het dilemma van Brian komt scherp naar voren’, aldus de recensiedienst van Biblion. De Leeswelp wijst op de grote aandacht voor details en meent dat de fragmentarisch structuur inleving remt. ‘Toch niet’, vindt Eric Vanthillo in Pluizuit: ‘Door een genuanceerde opbouw vermijdt ze een tranendal
| |
| |
en weet ze ellende, hoop en strijd goed met elkaar te verbinden tot een spannend verhaal.’
Geen stap terug (2005) is volgens Ed Franck in Standaard der Letteren vakkundig geschreven, met een realistisch en levendig beeld van de stadsguerrilla, maar het is niet echt verrassend of origineel. ‘Zware kost’ waarschuwt Bie van Laer in Zone 03, ‘het stelt je inlevingsvermogen op de proef, het is veel diepgaander dan Hollywoodfilms.’
Wij, twee jongens (2006) kreeg juichende recensies. ‘Waarom lezen of horen wij in Nederland niets over Aline Sax, die recentelijk met Wij, twee jongens haar vakmanschap definitief heeft bewezen?’ vraagt Mirjam Noorduijn zich af in De Groene Amsterdammer. ‘Sax schreef een meeslepende en vlot geschreven historische én Bildungsroman’. ‘Dit boek is met afstand het beste boek van Aline Sax. Ze is een volwassen schrijver geworden en daar hebben veel schrijvers veel meer jaren voor nodig’ oordeelt Richard Thiel op zijn weblog. Bas Mailiepaard voegt er in Trouw aan toe: ‘Wij, twee jongens is zeer verdiend een van de vijf genomineerden voor de Thea Beckmanprijs.’
Biblion vindt ook het vervolg, Schaduwleven (2007), een krachtig en meeslepend boek voor adolescenten en voegt er over De hond van Roosevelt (2007) aan toe: ‘Zij weet in beeldend taalgebruik en op bijna nuchtere toon een heel spannend verhaal neer te zetten, dat niet alleen over geweld, overleven, vriendschap en eenzaamheid gaat, maar ook een belangrijk thema als identiteit aansnijdt.’
| |
Bibliografie
Jeugd- en adolescentenromans
|
Mist over het strand. Hasselt-Amsterdam, Clavis, 2001. |
Duivelsvlucht. Hasselt-Amsterdam, Clavis, 2002. |
De gebroken harp. Hasselt-Amsterdam, Clavis, 2004. |
Geen stap terug. Hasselt-Amsterdam, Clavis, 2005. |
Wij, twee jongens. Hasselt-Amsterdam, Clavis, 2006. |
Schaduwleven. Hasselt-Amsterdam, Clavis, 2007. |
De hond van Roosevelt. Averbode, Averbode, 2007. (Fahrenheitreeks) |
In de schaduw van de Zwarte Dood. Averbode, Averbode, 2010. (Vlaamse Filmpjes) |
De laatste reis. Brugge, Die Keure, 2010. (Kameleonbieb 5) |
De Jodenvervolging in Europa, 1933-1945. Brugge, Die Keure, 2010. (Kameleonbieb 5) |
Over Aline Sax
|
Tom Naegels, ‘Een boek schrijven is niet zo moeilijk’. In: Het Laatste Nieuws, 9-11-2001. |
Mist over het strand. In: Focus Knack, 2-1-2002. |
Mik Ghys, Mist over het strand. In: Pluizuit, 7-3-2005 |
Ed Franck, Hoe kies je een boek? Zes leestips. In: Standaard der Letteren, 9-9-2004. |
Jet Marchau, Alles van waarde is weerloos. In: De leeswelp, jaargang 10 (2004), nr. 7, blz. 284-285 |
Eric Vanthillo, De gebroken harp. In: Pluizuit, www.archief.pluizuit.be, 7-4-2005. |
Ed Franck, Geen stap terug. In: Standaard der Letteren, 2-6-2005. |
| |
| |
Bie van Laer, Zware kost. In: Zone 03, 2-8 november 2005. |
Telex, Vier Vlaamse jeugdboeken genomineerd voor Thea Beckmanprijs. In: De Tijd, 14-9-2005. |
Jet Marchau, Slechts ruimte voor één keuze. In: De Leeswelp, jaargang 12 (2006), nr. 3, blz. 115. |
Ilona Plichart, ‘Moeten in boeken cadeaus gegeven worden? Ik dacht van niet!’ In: Leesgoed, jaargang 34 (2007), nr. 5, blz. 203-205. |
Richard Thiel, Wij, twee jongens. In: http://jipjip.web-log.nl |
Bas Maliepaard, In New York vindt Alexander een man. In: Trouw, 16-9-2006. |
[Anoniem], Wij, twee jongens. In: Blikopener, januari 2007. |
Jutta Sax en Frieda De Bondt, ‘Opzoekingswerk is mijn sport’. In: Het Nieuwsblad, 10-5-2007. |
Hannes Dedeurwaerder, Sax wint Kleine Cervantes. In: Het Laatste Nieuws, 18-4-2008. |
Patrick van Dyck, ‘Een roman is zoals een gebakken brood’. In: Gazet van Antwerpen, 18-12-2008. |
Monique Luijben, Schaduwleven. In: Biblion |
K. Ghonem-Woets, De hond van Roosevelt. In: Biblion |
Websites
|
www.alinesax.be |
www.leesplein.nl |
83 Lexicon jeugdliteratuur
juni 2010
|
|