| |
| |
| |
J.K. Rowling
door Bea Ros
Foto: J.P. Masclet
Joanne Kathleen Rowling is op 31 juli 1965 geboren in Chipping Sodbury (Gloucestershire, Engeland). Ze studeerde Frans aan de universiteit van Exeter. Daarna deed ze een korte secretaressecursus, maar ze maakte die niet af. Na een baan als onderzoeksassistente bij Amnesty International vertrok ze naar Portugal om aan een taleninstituut Engelse les te gaan geven. Ze trouwde met een Portugese man, maar dit huwelijk bleek geen succes. In 1994 keerde ze terug naar Engeland en vestigde zich met haar dochtertje Jessica in Edinburgh. Sinds het succes van haar boeken over tovenaarsleerling Harry Potter is ze fulltime schrijfster.
De Harry Potter-boeken zijn herhaaldelijk bekroond, onder meer met de Smarties Book Prize (de Engelse kinderjury), de Whitbread Children's Book Award, de Bram Stoker Award, de prijs van Nederlandse Kinderjury en de Jonge Jury, de Kinderboekenwinkelprijs en de Hotze de Roosprijs.
| |
Werk
Rowling debuteerde in 1997 met Harry Potter and the Philosopher's Stone (Harry Potter en de Steen der Wijzen). Het boek sloeg meteen aan, niet alleen bij kinderen maar ook bij volwassenen. In Engeland verscheen het zelfs in twee edities, een met een omslag voor kinderen en een met een ‘volwassenen’ omslag.
Het boek is het eerste deel van een zevendelige serie over de weesjongen Harry Potter. Bij elk volgend deel dat verscheen, nam de media-aandacht toe. Ook de indrukwekkende verkoopcijfers - Harry Potter wordt het
| |
| |
snelst verkopende boek uit de geschiedenis genoemd - droegen bij aan deze hype. Er ontstond de nodige mythevorming rondom de schrijfster: Rowling, toen nog een werkloze alleenstaande moeder, zou het eerste deel grotendeels in de kroeg geschreven hebben, op momenten dat haar dochtertje in de buggy eindelijk sliep. In werkelijkheid ontstond het verhaal over Harry Potter die leerling op tovenaarsschool Zweinstein wordt, veel eerder. Rowling werkte er al vanaf 1990 aan en echt niet voortdurend in een café.
Feit blijft de enorme populariteit: de boeken over Harry Potter zijn in vele landen in vertaling verschenen. Filmmaatschappij Warner Bros. verwierf de filmrechten van Harry Potter en bracht van elk deel een film uit. Evenals de boeken verbreken de films bezoekersrecords. Afgezien van de nodige merchandising zijn er tal van boeken en websites over Harry Potter.
Rowling behoort tot de rijkste vrouwen van Engeland en doneert veel geld aan liefdadigheid. Op verzoek van de Britse liefdadigheidsinstelling Comic Relief schreef ze onder de pseudoniemen Kennilworthy Whisp en Newt Scamander boeken over de geschiedenis van Zwerkbal en over fabeldieren (beide zijn ook zogenaamd in de bibliotheek van Zweinstein te vinden). De opbrengst van de verkoop ging via Comic Relief naar projecten voor arme kinderen in onder meer Afrika. In 2007 schreef Rowling Tales of Beedle the Bard (De vertelsels van Baker de Bard), waarvan een handgeschreven exemplaar op een veiling bijna 2 miljoen pond opbracht, bestemd voor de Children's Voice Campaign. Ook de royalty's van dit eind 2008 in druk verschenen boek gingen naar een goed doel, de Britse Children's High Level Group, een organisatie waarvan Rowling medeoprichter is en die zich inzet voor kinderen in vooral Oost-Europa. In het zevende Harry Potter-deel werd al een verhaal uit dit sprookjesboek genoemd, ‘Het verhaal van de drie gebroeders’.
| |
Harry Potter-serie
Harry Potter is een weesjongen die bij zijn oom, tante en neefje Duffeling in Londen woont. Hij wordt er als voetveeg behandeld en moet zelfs in de gangkast slapen. Op zijn elfde jaar verandert zijn leven ingrijpend: hij krijgt een uitnodiging om naar Zweinstein te gaan, de Hogeschool voor Hekserij en Hocus Pocus. Harry komt letterlijk en figuurlijk in een andere wereld terecht: een parallelwereld van heksen en tovenaars waar je via speciale toegangspoorten, zoals perron 9¼ op King's Cross Station, terecht kunt komen. In deze nieuwe wereld is Harry niet langer een verschoppeling, maar een held. Hij blijkt beroemd: als baby weerstond hij de gevreesde zwarte tovenaar Voldemort, toen deze zijn ouders doodde. Een litteken op zijn
| |
| |
voorhoofd in de vorm van een bliksemschicht is zijn geuzenteken.
Voldemort wint in elk deel aan kracht en de toverwereld raakt steeds verder in de greep van zijn kwade genius. De delen worden navenant steeds grimmiger en spannender. In de eerste drie delen - Harry Potter en de Steen der Wijzen, Harry Potter en de Geheime Kamer en Harry Potter en de Gevangene van Azkaban - is Harry zijn vijand telkens te slim af, mede met hulp van zijn vrienden Ron Wemel en Hermelien Griffel en schoolhoofd Albus Perkamentus. Op het eind van het vierde deel, Harry Potter en de Vuurbeker, valt de eerste dode, een leerling van Zweinstein die samen met Harry het Vuurbeker-toernooi wint. Als ze de begeerde beker pakken, worden ze weggeflitst naar een kerkhof waar Voldemort de strijd met Harry aanbindt. Ternauwernood weet Harry aan hem te ontsnappen. Hij en zijn vrienden weten dat het nu menens is: de Zwarte Heerser is opgestaan en klaar om de macht over te nemen. De gezagsdragers in de toverwereld hechten echter geen geloof aan hun waarschuwingen. Daarom wordt in deel 5, Harry Potter en de Orde van de Feniks, een geheim verbond opgericht. De strijd tegen Voldemort kost in dit deel het leven van Sirius Zwart, Harry's peetvader. In deel 6, Harry Potter en de Halfbloed Prins, raakt het gewone leven op Zweinstein steeds verder naar de achtergrond. Harry krijgt privé-lessen van Perkamentus. Ze
© illustratie: Ien van Laanen, © grafische vormgeving: Anne Lammers
duiken - letterlijk - in het verleden en de herinneringen van Voldemort, zodat Harry zijn vijand en diens zwakheden door en door leert kennen. Zo ontdekken ze dat Voldemort zijn levenskracht heeft verdeeld over zes zogeheten gruzielementen: zes voorwerpen waarin hij een stukje van zijn ziel heeft opgesloten. Pas als deze vernietigd zijn, is de Heer van het Duister uitgeschakeld. Dit vormt Harry's missie in het zevende en laatste deel, Harry Potter en de Relieken van de Dood. De toverwereld is inmiddels in handen van Voldemort en zijn Dooddoeners zitten Harry op de hielen. Hij moet het bovendien stellen
| |
| |
© illustratie: Ien van Laanen, © grafische vormgeving: Anne Lammers
zonder de hulp van Perkamentus, die in deel 6 vermoord is. In zijn jacht op de gruzielementen komt Harry ook drie relieken op het spoor die de eigenaar macht over de dood geven. Uiteindelijk slaagt Harry, mede met hulp van Ron en Hermelien die hem trouw volgen, in zijn missie. Hij weerstaat de verleidingen van de macht en weet door zijn keuze voor medemenselijkheid en (naasten)liefde Voldemort uiteindelijk definitief te verslaan.
Rowling maakt in haar Harry Potter-boeken gebruik van diverse klassieke motieven en genres. Met de strijd tussen goed en kwaad en de vele wonderlijke en magische zaken hoort deze serie eerst en vooral thuis bij de fantasy. Daarnaast bouwt ze elk deel op als een klassieke kostschoolroman. Zweinstein lijkt wat systeem en regels betreft op zo'n Engelse kostschool, zij het dat de leerlingen geen rekenen en geschiedenis krijgen, maar vakken als Verweer tegen Zwarte Kunsten en Spreuken. De school kent, zoals in Engeland gebruikelijk is, afdelingen. Elke afdeling is hecht, maar onderling is er voortdurend competitie. Zweinstein telt vier afdelingen: Griffoendor, Ravenklauw, Huffelpuf en Zwadderich. Harry en zijn vrienden zitten bij het nobele Griffoendor, hun vijanden bij Zwadderich. En natuurlijk wordt er gesport op school: Zwerkbal. En dan is er nog het motief van de arme weesjongen die een held wordt.
Net als klassieke serieboeken zijn de eerste delen van de Harry Potter-serie opgebouwd volgens een vast stramien: zomervakantie bij de Duffelingen, aankomst op Zweinstein, het indelen door de Sorteerhoed van eerstejaars leerlingen in de vier afdelingen, het schooljaar met vaste elementen zoals Kerstmis, de Zwerkbalcompetitie en de examens, de strijd tussen Harry en Voldemort. Met een goede afloop voor de hoofdpersoon. Vanaf het vijfde deel, Harry Potter en de Orde van de Feniks, wordt dit patroon grotendeels doorbroken.
Tegelijkertijd, en daarmee ontstijgt Harry Potter het gemiddelde se- | |
| |
rieboek, loopt er een verhaallijn door alle delen heen. Stukje bij beetje onthult de schrijfster het verleden van Harry, zijn ouders, de vrienden van zijn ouders en Voldemort. Daarbij is niet iedereen altijd wie hij leek te zijn. In het laatste deel komen alle lijnen uit de voorgaande delen samen.
Een andere reden waardoor de Harry Potter-serie uitstijgt boven de doorsnee serie is dat de held in elk deel groeit, letterlijk en figuurlijk. Harry leert niet alleen toveren, hij wordt ook volwassen. Hij leert, mede door het verleden, zichzelf kennen en zijn eigen zwakheden en angsten overwinnen. Die morele groei bereikt een apotheose in het zevende deel. Harry heeft op een bepaald moment de keuze: enorme macht verwerven of deze (in de vorm van de drie relieken) verzaken en de wereld verlossen van het kwade. Rowling geeft haar held daarmee messiaanse trekjes. Ze laat hem niet letterlijk sterven, maar Harry accepteert wel zijn eigen sterfelijkheid. Goed of kwaad, zo benadrukt Rowling hiermee, is een kwestie van keuzes die mensen in hun leven maken. Anders dan in menig serie- of fantasy-boek zijn goed en kwaad dus geen gegevenheden. Personages zijn niet alleen maar goed of slecht. Zo blijkt Perkamentus in zijn jeugd misstappen te hebben begaan en is hij niet altijd eerlijk geweest tegen Harry. Ook Severus Sneep is niet de slechterik waar Harry - en de lezer - hem bijna zeven delen voor gehouden heeft.
Wiebe Buddingh' vertaalde de Harry Potter-boeken met verve in het Nederlands. Anders dan veel collega's uit het buitenland liet hij namen en begrippen niet onvertaald, maar zocht hij naar passende, grappige Nederlandse equivalenten. Zo werd ‘quidditch’ Zwerkbal, heten Harry's pleegouders niet ‘the Dorsleys’, maar de Duffelingen en kreeg de ijdele, maar laffe leraar Gilderoy Lockhart in het Nederlands de naam Gladianus (Gladjanus) Smalhart.
| |
Waardering
Over weinig kinderboeken is zoveel geschreven en zo heftig gediscussieerd als over de Harry Potter-boeken. Er zijn duidelijke Potter-adepten en Potter-haters.
Alleen het feit al dat de boeken bij een groot publiek populair zijn, is voor diverse critici reden ze met argwaan te bekijken. Rowling zou de zogeheten Playstation-generatie weer aan het lezen gekregen hebben. De Britse premier Gordon Brown zei zelfs dat Rowling ‘meer [heeft] gedaan voor de geletterdheid in de hele wereld dan om het even wie’. Dat mag dan zo zijn, haar boeken missen elke literaire kwaliteit, aldus tegenstanders. Ze noemen het taalgebruik clichématig, de karakters oppervlakkig en elk volgend deel meer van hetzelfde. De Vlaamse auteur Bart Moeyaert vindt Rowlings verhalen allerminst overtuigend: haar personages zijn van ‘bordkarton’ en
| |
| |
haar fantasie is ‘willekeurig’ en ‘betekenisloos’. In een bespreking van het vierde deel, Harry Potter en de Vuurbeker, zegt criticus en literatuurwetenschapper Jan van Coillie wel te begrijpen waarom zoveel kinderen smullen van de boeken: Rowling is namelijk ‘een meester in spanningsopbouw’. Toch heeft zijn volwassen oordeel de overhand en stoort hij zich aan ‘de hoge mate van voorspelbaarheid en overtolligheid van dit boek’. De vergelijking van Rowling met Roald Dahl vindt hij dan ook buitensporig: ‘Voor mij reikt ze niet eens tot aan zijn enkels.’ De hype rond Harry maakt kritiekloos, vinden sommige critici. Ze spreken over de ‘verpottering’ van de jeugdliteraire kritiek - alsof er niet veel betere boeken te bespreken zijn dan het zoveelste Harry Potter-deel en, in het kielzog daarvan, het zoveelste fantasy-boek.
Voorstanders van de Potter-boeken wijzen er juist op dat de serie met elk volgend deel beter wordt. ‘Het commerciële circus rond Potter laat onverlet dat Rowlings boeken simpelweg voortreffelijk zijn geschreven’, schrijft Trouw-recensent Peter de Boer. Hij noemt het vijfde deel, Harry Potter en de Orde van de Feniks, het beste deel tot dan toe: ‘Het is een meesterlijk claustrofobisch boek.’ NRC Handelsblad-recensente Judith Eiselin schrijft over ditzelfde deel: ‘Het is meer van hetzelfde en tegelijk totaal nieuw, heerlijke herkenning en fantastische verrassing: een indrukwekkende prestatie.’ Haar collega Karel Berkhout is het daar niet mee eens, hij noemt het vijfde deel juist ‘de zwakste Potter-aflevering’, want ‘zeldzaam wijdlopig’. Hij prijst daarentegen het zesde deel, Harry Potter en de Halfbloed Prins: ‘De grote kracht van Harry Potter schuilt boven alles in de hoofdpersoon zelf.’ Hij vindt de strijd tussen Harry en Voldemort ‘spannend’, de knipogen naar de actualiteit ‘geestig’, de levenslessen ‘waardevol’ en de vondsten ‘briljant’, maar ‘meest fascinerend is echter de verstandhouding tussen Harry en het kwaad’.
Over het zevende en laatste deel is de lof vrijwel unaniem. De Vlaamse recensent Peter Vantyghem zegt: ‘Vooral de psychologische diepgang en de morele thematiek maken Rowlings laatste boek tot een topper.’ Vrij Nederland-redacteur Harm Ede Botje ziet in het boek een queeste naar Harry's eigen ziel. ‘Harry leert te begrijpen. En dat, meer dan wat ook, is de leidraad van het boek. De blootlegging van dat karakter is magistraal en roept herinneringen op aan de Judasfiguur in Nikos Kazantzakis' De Laatste Verzoeking. Dat in een kinderboek terug te vinden, is op zich al een intellectueel genoegen.’
Er kwam ook buitenliteraire kritiek. Anne Nijburg van de stichting Bijbel & Onderwijs waarschuwde in de folder Herrie om Harry en in diverse adviezen en artikelen op de website www.bijbelenonderwijs.nl dat de
| |
| |
Potter-boeken de geestelijke gezondheid van (jonge) lezers ernstig kunnen bedreigen, aangezien ze hen binnenleiden in een occulte wereld van satanisme en bovennatuurlijke krachten zonder die af te wijzen. Rowling laat ‘haar lezers zowel geestelijk als moreel in grote verwarring achter’, en ouders zouden er alles aan moeten doen hun kinderen van deze ‘wereld van duisternis’ af te houden.
Uit christelijke hoek komen echter ook andere geluiden. In Looking for God in Harry Potter ziet John Granger de verhalen zelfs als een allegorie op de christelijke normen en waarden. Zijn conclusie: ‘Harry is een christelijke held die ouders vreugdevol mogen delen met hun kinderen.’ Op Grangers website hogwartsprofessor.com woedt een intense discussie over het christelijk gehalte van Harry Potter.
Na de verschijning van het zevende deel spreekt ook de schrijfster zelf zich hierover uit: ‘Voor mij waren die religieuze connotaties altijd overduidelijk. Maar ik wilde er niets in het openbaar over zeggen, want ik dacht dat ik de lezers op het spoor zou zetten van de afloop van het verhaal.’
| |
Bibliografie
Jeugdboeken
|
Harry Potter and the Philosopher's Stone (1997): Harry Potter en de Steen der Wijzen. Vertaald door Wiebe Buddingh'. Amsterdam, De Harmonie, 1998. |
Harry Potter and the Secret Chamber (1998): Harry Potter en de Geheime Kamer. Vertaald door Wiebe Buddingh'. Amsterdam, De Harmonie, 1999. |
Harry Potter and the Prisoner of Azkaban (1999): Harry Potter en de Gevangene van Azkaban. Vertaald door Wiebe Buddingh'. Amsterdam, De Harmonie, 2000. |
Harry Potter and the Goblet of Fire (2000): Harry Potter en de Vuurbeker. Vertaald door Wiebe Buddingh'. Amsterdam, De Harmonie, 2000. |
Kennilworthy Whisp (ps. van Rowling), Quidditch Through the Ages (2001): De geschiedenis en ontwikkeling van het zwerkbal, een sport die wordt beoefend in de Harry Potterboeken. Vertaald door Wiebe Buddingh'. Amsterdam, De Harmonie, 2001. |
Newt Scamander (ps. van Rowling), Fantastic Beasts and Where to Find Them (2001): Fabeldieren en waar ze te vinden. Vertaald door Wiebe Buddingh'. Amsterdam, De Harmonie, 2001. |
Harry Potter and the Order of the Phoenix (2003): Harry Potter en de Orde van de Feniks. Vertaald door Wiebe Buddingh'. Amsterdam, De Harmonie, 2003. |
Harry Potter and the Half Blood Prince (2005): Harry Potter en de Halfbloed Prins. Vertaald door Wiebe Buddingh'. Amsterdam, De Harmonie, 2005. |
Harry Potter and the Deathly Hallows (2007): Harry Potter en de Relieken van de Dood. Vertaald door Wiebe Buddingh'. Amsterdam, De Harmonie, 2007. |
The Tales of Beedle the Bard (2008; eerder in oplage van 7 handgeschreven exemplaren verschenen in december 2007): De vertelsels van
|
| |
| |
Bakerde Bard. Vertaald door Wiebe Buddingh'. Amsterdam, De Harmonie, 2009. |
Over J.K. Rowling
|
‘J.K. Rowling.’ In: Something About the Author (Gale). Volume 109 (1999), blz. 199-202. |
Joukje Akveld, Betoverend echt. Over de Harry Potter-boeken van J.K. Rowling. In: Literatuur zonder leeftijd, jaargang 13 (1999), nr. 50, blz. 456-463. (Met verwijzingen naar recensies.) |
Bart Moeyaert, Harry Potter bestaat niet. Van Pippi tot Potter. In: Vrij Nederland, 12-2-2000. |
Bea Ros, Een apologie voor Harry Potter. Een reactie op Bart Moeyaerts verkettering. In: Literatuur zonder leeftijd, jaargang 14 (2000), nr. 52, blz. 251-258. |
Peter van den Hoven, Potters paradox. Over de kinderboeken van J.K. Rowling. In: Literatuur zonder leeftijd, jaargang 15 (2001), nr. 56, blz. 361-371. |
Nicoline Baartman, Graag per omgaande per uil reageren. In: de Volkskrant, 10-2-2000. |
Ann Treneman, Schrijfster J.K. Rowling: ‘Ik ben een meisje van de lange adem’. In: Vrij Nederland, 15-7-2000. (interview) |
Xandra Schutte, Harry Potter, de universele kinderfantasie. In: Vrij Nederland, 15-7-2000. |
Jan van Coillie, ‘Allen naar perron 9.’ In: De Standaard, 25-1-2001. (Over HP deel 4) |
Martine Letterie, Het dossier van Harry Potter & J.K. Rowling & woordenboek. Arnhem, Ellessy Jeugd, 2001. |
Sean Smith, J.K. Rowling: een biografie. Vertaald door Cora Brouwer. Amsterdam, Het Spectrum, 2002. |
David Colbert, De magische wereld van Harry Potter. Amsterdam, Prometheus, 2002. |
Maaike van Riel, Over genres en intertekstualiteit in Harry Potter. In: Literatuur zonder leeftijd, jaargang 17 (2003), nr. 61, blz. 56-67. |
Jeremy Paxman, Interview with J.K. Rowling. BBC Newsnight, 19 juni 2003. Integraal na te lezen op http://news.bbc.co.uk/1/hi/entertainment/arts/3004456.stm (of via www.bbc.co.uk en dan zoeken op Rowling) |
Judith Eiselin, Hoe Harry Potter een boze puber wordt. In: NRC Handelsblad, 23-6-2003. (Over HP deel 5) |
Peter Vantyghem, Wie gelooft Harry? In: De Standaard, 23-6-2003. (Over HP deel 5) |
Peter de Boer, Harry voelt het kwaad in zichzelf: J.K. Rowling werkt toe naar een gruwelijke finale. In: Trouw 28-6-2003. (Over HP deel 5) |
Benoît Virole, De betovering van Harry Potter. Kampen, Kok, 2003. |
Jan van Coillie e.a. (red.), Encyclopedie van de jeugdliteratuur. Houten, Fontein/Groningen, Wolters-Noordhoff, 2004, blz. 135 en blz. 285-286. |
John Granger, Looking for God in Harry Potter. Tyndale House, 2005. |
Peter Vantyghem, Geluk in een flesje. In: De Standaard, 18-11-2005. (Over HP deel 6) |
Karel Berkhout, Harry Potter wordt eenzaam en volwassen. In: NRC Handelsblad, 18-07-2005. (Over HP deel 6). |
A Year in A Life. Tv-documentaire van James Runcie waarin J.K. Rowling in haar laatste ‘Potter-jaar’ wordt gevolgd. 2007. |
Peter Vantyghem, Huiveringwekkende helden. In: De Standaard, 23-07-2007. (Over HP deel 7) |
Harm Ede Botje, Harry Potter: een intellectueel genoegen. In: Vrij Nederland, 4-08-2007. (Over HP deel 7) |
Lodewijk Dros, Rowling schreef christelijk epos. In: Trouw, 25-10-2007 |
Wilma de Rek, ‘Ik was een beetje een freak in mijn familie.’ Interview met J.K. Rowling. In: de Volkskrant, 17-11-2007. |
Websites
|
www.leesplein.nl (met bibliografie en links) |
www.harrypotter.nl |
www.jkrowling.com |
www.hpana.com |
79 Lexicon jeugdliteratuur
februari 2009
|
|