| |
| |
| |
Joyce Pool
door Wilma van der Pennen
Foto © Mariëlle van Gelderen
Joyce Pool is op 29 juli 1962 in Delft geboren als Joyce Makkus. Ze was het tweede kind in een gezin met vijf kinderen. Na de middelbare school ging ze naar de Pedagogische Academie in Den Haag. Ze werkte een tijdje in het basisonderwijs en volgde daarna een opleiding tot verpleegkundige. Die brak ze af om in Leiden onderwijskunde te gaan studeren. Vervolgens werkte ze korte tijd aan de universiteit van Delft, tot ze in 1992 met haar man en twee kinderen naar Texel verhuisde. Daar woont ze nog steeds en is ze docent maatschappijleer op een middelbare school.
Pool volgde een schrijfopleiding bij Script+, waar ze les kreeg van onder anderen kinderboekenschrijfster Claire Hülsenbeck. Ze debuteerde in 2000 met Vals beschuldigd, een historische jeugdroman over de moord op Willem van Oranje. Kamp in de jungle en De castraat zijn in respectievelijk 2012 en 2013 genomineerd voor de Thea Beckmanprijs voor het beste historische jeugdboek.
| |
Werk
Joyce Pool schrijft zowel historische verhalen als verhalen die in het heden spelen. Met name in de eigentijdse verhalen toont ze een maatschappelijk engagement. Zo gaat Blauw (2004) over de problematiek van asielzoekers. Senna, een klasgenootje van Nienke, komt uit Turks-Koerdistan. Haar familie wacht al jaren op een verblijfsvergunning, maar wordt plotseling het land uitgezet. De moeder van Nienke was als agente betrokken bij die uitzetting, wat Nienke een schuldgevoel bezorgt. Samen met Bob, het geheime vriend-
| |
| |
Omslag Vals beschuldigd
je van Senna, probeert ze opnieuw in contact te komen met Senna. In Groeten uit Londen (2007) staan vooroordelen ten aanzien van buitenlanders centraal. Tijdens een werkweek in Londen worden de zestienjarige Jamal en zijn vriendin Sanne op straat aangesproken door een groepje buitenlands ogende mannen, die zich nogal aan hen opdringen. Ze willen Jamal een boek cadeau doen, maar die weigert het te accepteren. Omdat Sanne dat onbeleefd vindt, pakt hij het boek uiteindelijk toch aan. Er blijkt een bom in verscholen te zitten. De twee worden opgepakt op verdenking een terroristische aanslag te willen plegen. Sanne wordt de volgende dag weer vrijgelaten; Jamal komt pas na een week vrij. De gebeurtenis heeft hem sterk veranderd: vroeger voelde hij zich Nederlander met Marokkaanse ouders; nu voelt hij zich vooral Marokkaan.
De historische jeugdromans van Joyce Pool spelen in verschillende tijden. Haar debuut, Vals beschuldigd, is gesitueerd in haar geboorteplaats Delft, in de jaren 1583 en 1584. De veertienjarige Job is pas naar Delft verhuisd, in afwachting van de komst van de prins, voor wie zijn vader als stalmeester werkt. Hij komt al snel in conflict met de zoon van een van de schepenen. Wanneer hij van medeplichtigheid aan de moord wordt beschuldigd, keert het stadsbestuur zich tegen hem.
In een aantal historische verhalen van Pool staat het thema slavernij centraal. Haar betrokkenheid bij dit onderwerp vloeit voort uit haar afkomst: de voorouders van haar moeder zijn slaven geweest. In een interview naar aanleiding van het verschijnen van Sisa (2002) zegt ze daarover: ‘De wetenschap dat ik via haar een band heb met de slavernij, heeft mij erg gestimuleerd om erover te schrijven. Het viel me bovendien op dat er weinig over slavernij is geschreven voor jongeren en omdat ik heel graag wil dat Nederlandse mensen beseffen dat ook dit een deel van de geschiedenis is, besloot ik er iets mee te doen’ (Lemniscaatkrant). Sisa is het
| |
| |
verhaal van de vijftienjarige Marie-Louise (‘Map’), een blanke planters-dochter, die heel anders omgaat met de slaven op de Surinaamse plantage van haar vader dan veel van haar landgenoten. Na een overval door de Fransen op het bedrijf van haar oom vlucht ze met de slaaf Kwasi door het oerwoud naar het dorp waar veel gevluchte slaven zich schuilhouden. Als ze in het marrondorp hoort wat de slaven hebben moeten ondergaan, besluit ze het voor hen op te nemen.
Pool schreef voor de serie ‘Terugblikken’ - historische verhalen bij de geschiedeniscanon - in 2010 een deel over slavernij: Schoenen voor een slaaf. Ndjosi is twaalf jaar en werkt als slaaf op een suikerplantage in Suriname. Zijn leven neemt een wending als hij verkocht wordt aan een rijke heer, bij wie hij thuisknecht wordt.
Ook Kamp in de jungle (2010) speelt gedeeltelijk in Suriname. Dit boek verscheen in de serie ‘Vergeten oorlog’, waarin gebeurtenissen uit de Tweede Wereldoorlog worden belicht die weinig bekendheid kregen. Omdat zijn vader lid was van de Indische nsb, wordt de vijftienjarige Dieter kort na het uitbreken van de oorlog samen met hem in een kamp op Java vastgezet. Na een lange en moeizame zeereis belanden ze vervolgens in Jodensavanne, een kamp in de jungle van Suriname. Dieter vindt troost in het maken van tekeningen. Het verhaal is gebaseerd op de waargebeurde geschiedenis van Rolf Breier. Tijdens zijn gevangenschap tekende Rolf alles wat hij om zich heen zag gebeuren. Pool deed voor het schrijven van Kamp in de jungle onderzoek naar deze tekeningen en naar het leven van Breier, die vijftien jaar was toen hij in 1942 in Jodensavanne terechtkwam.
| |
De castraat
De twaalfjarige Angelo Montegne heeft een mooie stem. Op een dag wordt hij uitgenodigd om auditie te doen: binnenkort zal de paus het dorp bezoeken en een jongen van de koorschool mag een solo voor hem zingen. Bij de auditie zijn twee padres van het conservatorium van Florence aanwezig, en de componist Alessandro Scarlatti met zijn dochter Rosa. De padres merken Angelo's talent op. Zij bieden de jongen een opleiding op kosten van de school aan, maar Angelo's vader weigert, omdat hij zijn zoon niet kan missen in de werkplaats.
Alles verandert als vader Carlo plotseling overlijdt. Angelo's zus Mariana oppert dat de jongen beter naar Florence kan gaan dan zijn verdere leven als knecht te moeten werken. Angelo stemt na enige aarzeling in en een week later komt padre Battista hem ophalen. Voordat ze definitief naar Florence afreizen, gaan ze langs bij de barbier. Nog voor Angelo beseft wat er aan de hand is, raakt hij buiten bewustzijn. Als hij ontwaakt, bevindt hij zich op de slaapzaal van het internaat van
| |
| |
het conservatorium. Hij blijkt te zijn gecastreerd.
In het tweede deel, dat vier jaar later speelt, leert Angelo prins Ferdinando de' Medici kennen, die voorstelt Angelo's contract met het conservatorium af te kopen, zodat de jongen bij hem in dienst kan komen. Hij belooft hem een grootse carrière, in ruil voor Angelo's liefde. Die gruwt van de gedachte dat hij de liefde met de prins moet bedrijven, maar beseft dat - als hij instemt met het voorstel - hij zijn eigen toekomst en die van zijn zus veiligstelt. Bovendien ziet hij dan iedere dag Rosa Scarlatti, die als assistente van haar vader samen met hem in de villa van de prins woont.
Maar al snel gaat het mis: als de prins hem liefheeft, zijn Angelo's gedachten bij Rosa. Hij fluistert haar naam, waarop de prins in woede uitbarst. De volgende dag wordt Scarlatti ontslagen. Angelo besluit met hem en Rosa mee te gaan naar Napels, waar de componist in dienst zal treden van de onderkoning van Spanje. De toekomst is onzeker, maar Angelo weet dat hij nu vrij is.
Het verhaal is gesitueerd in het Italië van rond 1700. De kerk speelde in die tijd een belangrijke rol: het zijn de padres die uit naam van de kerk jongens laten castreren. De ontmande jongens moeten troost putten uit de gedachte dat zij door God zijn uitverkoren en dat zingen hen dichter bij de hemel brengt.
Angelo is geschokt als hij ontdekt dat hij gecastreerd is. Hij heeft, zonder goed te beseffen wat hij deed, een contract ondertekend waardoor hij jarenlang verplicht is tot gehoorzaamheid en dienstbaarheid aan het conservatorium. In de vier jaren dat hij op het conservatorium verblijft, vraagt hij zich voortdurend af of het offer niet te groot is. Liever dan de rijkdom die zijn zangcarrière hem kan opleveren, wil hij trouwen en een gezin stichten. Die weg lijkt voorgoed afgesloten, maar Rosa Scarlatti wil zijn vrouw zijn, ook al kan Angelo geen kinderen meer verwekken.
| |
Waardering
Recensenten zijn over het algemeen positief over Pools keuze en uitwerking van haar onderwerpen. Pjotr van Lenteren noemt De castraat (2013) een van de interessantere bijdragen aan de historische jeugdliteratuur van de laatste tijd (de Volkskrant). Over ditzelfde boek schrijft Harm de Jonge in Dagblad van het Noorden: ‘Historische romans mislukken vaak omdat de auteur te veel gaat uitleggen en toelichten. Vooral in jeugdboeken is de schrijver al gauw aan het doceren. Joyce Pool weet in De castraat dat gevaar goed te omzeilen. Je ergert je nergens aan een al te nadrukkelijke couleur locale en ongemerkt krijgen we een goed beeld van de renaissancetijd in Florence. Pool heeft zo een interessant boek geschreven over een vrij onbekend onderwerp in de jeugd- | |
| |
literatuur.’ Els Van Steenberghe merkt in Leesidee Jeugdliteratuur naar aanleiding van Sisa (2002) op: ‘Pool toont zich een bedreven vertelster die de finesse bezit om geschiedenis en avontuur tot een beklijvende, informatief onderbouwde roman over de Nederlandse kolonisten in Suriname te verwerken.’ Wietske Koen noemt in de Leeuwarder Courant Pools hedendaagse jeugdroman Groeten uit Londen (2007) een eyeopener die verplicht zou moeten worden op elke school.
Eefje Buenen vindt in De Leeswelp dat de kracht van Groeten uit Londen ligt in de keuze van de hoofdpersoon. Pool slaagt er volgens haar goed in een levensechte tiener neer te zetten: Jamal is een ‘doodgewone scholier, die ongewild bij een ernstige zaak betrokken raakt. Hierdoor groeit het onderwerp uit tot meer dan een actueel thema: het is niet iets waar je alleen over leest in de krant, het is iets wat iedereen kan overkomen’. Pjotr van Lenteren is positief over de hoofdpersoon in De castraat: ‘(...) Angelo Montegne is een geslaagder historisch personage dan de gebruikelijke, individualistisch denkende jongeren in de doorsneegeschiedenisroman’ (de Volkskrant). Els Van Steenberghe is daarentegen van mening dat Pool in Sisa types schetst die ‘vooral een voorspelbare rol’ spelen (Leesidee Jeugdliteratuur).
Over de schrijfstijl wordt wisselend geoordeeld. Iris Paschalidis noemt Pools stijl in Blauw (2004) ‘babbelig’, waardoor het verhaal er niet spannender op wordt (De Leeswelp). Harm de Jonge zegt over Pool schrijfstijl in De castraat: ‘Ze schrijft gemakkelijk, maar is wel wat breedsprakig. De castraat was als literaire roman sterker geweest, als ze haar verteltalent had kunnen intomen’ (Dagblad van het Noorden). Vanessa Joosen is over Vals beschuldigd (2000) positiever. Zij vindt dat Pool ‘treffend en aangrijpend’ vertelt.
| |
Bibliografie
Kinder- en jeugdboeken
|
Vals beschuldigd. Rotterdam, Lemniscaat, 2000. |
Sisa. Rotterdam, Lemniscaat, 2002. |
Het witte-muizenplan. Met illustraties van Yolanda Eveleens. Tilburg, Zwijsen, 2004. |
Blauw. Rotterdam, Lemniscaat, 2004. |
Groeten uit Londen. Rotterdam, Lemniscaat, 2007. |
Anna en het meesterstuk: de tijd van regenten en vorsten 1600-1700: Rembrandt. Met illustraties van Mark Baars. Drunen, Delubas, 2008. |
Een meesterlijk plan: de Friese opstand tegen de Romeinen. Met illustraties van Jan Braamhorst. Drunen, Delubas, 2009. |
Kamp in de jungle. Amsterdam, Leopold, 2010. (Vergeten oorlog) |
Schoenen voor een slaaf: de tijd van pruiken en revoluties 1700-1800: slavernij. Drunen, Delubas, 2010. |
De castraat. Rotterdam, Lemniscaat, 2013. |
Over Joyce Pool
|
Vanessa Joosen, [Over Vals beschuldigd]. In: Leesidee Jeugdliteratuur, jaargang 7 (2001), nr. 1, blz. 25-26. |
| |
| |
Thomas de Veen & Joyce Kraaijeveld, ‘Hier durven de mensen elkaar nauwelijks aan te raken’. In: Lemniscaatkrant, winter 2002. Ook op: www.lemniscaatkrant.nl. [interview] |
Els van Steenberghe, [Over Sisa]. In: Leesidee Jeugdliteratuur, jaargang 9 (2003), nr. 3, blz. 125-126. |
Henriette Lakmaker, Vader martelt toch geen slaven? In: Trouw, 4-1-2003. [Over Sisa] |
Nienke Westerbeek, [Over Sisa]. In: Nederlands Dagblad, 5-2-2003. |
Noor Hellmann, Alleen in de jungle ben je vrij. In: NRC Handelsblad, 21-2-2003. [Over Sisa] |
Joyce Kraaijeveld, Enkele reis Turkije. In: KidsWeek, 26-11-2004. [Over Blauw] |
Iris Paschalidis, [Over Blauw]. In: De Leeswelp, jaargang 11 (2005), nr. 2, blz. 85. |
Truka Bast, Waar is Senna? In: Het Parool, 6-1-2005. [Over Blauw] |
Monique Snoeijen, Joyce Pool laat de sfeer in een opgewonden klas zien. In: NRC Handelsblad, 14-1-2005. [Over Blauw] |
Willeke Heijkoop, Op de vlucht voor een zeemonster. In: Haarlems Dagblad, 29-1-2005. [Over Blauw] |
Marja Boonstra, Met een spiegel en een bedsok. In: Leeuwarder Courant, 18-2-2005. [Over Blauw] |
Mirjam Norduijn, Waar blijven de politieke kinderboeken? In: De Groene Amsterdammer, 25-3-2005. [Over Blauw] |
Ingrid Spelt, Texelse schrijfster stuurt ‘Groeten uit Londen’. In: Haarlems Dagblad, 25-6-2007. [Over Groeten uit Londen] |
Wietske Koen, Van Marokkaanse afkomst. In: Leeuwarder Courant, 20-7-2007. [Over Groeten uit Londen] |
Thomas de Veen, Een boek met een bom. In: KidsWeek, 24-8-2007. [Over Groeten uit Londen] |
Bea Ros, Levende geschiedenis. In: Didaktief, 1-9-2007. [Over Groeten uit Londen] |
Eefje Buenen. [Over Groeten uit Londen]. In: De Leeswelp, jaargang 14 (2008), nr. 2, blz. 64. |
Hans Mijnders, De pijn van oorlog. In: Reformatorisch Dagblad, 2-5-2010. [Over Kamp in de jungle] |
Bas Maliepaard, Castraat in Florence. In: Trouw, 26-1-2013. [Over De castraat] |
Hanneke van den Berg, Alles voor een mooie stem. In: Noordhollands Dagblad, 30-1-2013. [Over De castraat] |
Jaap Friso, Er is een overbodig stukje lichaam weggehaald. Op: www.jaapleest.nl, 3-2-2013. [Over De castraat] |
Annemarie Terhell, ‘Zing mooie jongen’. In: 7Days, 8-2-2013. [Over De castraat] |
Thomas de Veen, Een halve man is geen man. In: NRC Handelsblad, 15-2-2013. [Over De castraat] |
Harm de Jonge, Een jonge castraatzanger. In: Dagblad van het Noorden, 23-2-2013. [Over De castraat] |
Pjotr van Lenteren, [Over De castraat]. In: de Volkskrant, 23-3-2013. |
93 Lexicon jeugdliteratuur
oktober 2013
|
|