| |
| |
| |
Georgien Overwater
door Joke Bellemans
Georgien Overwater is op 10 november 1958 in Gorinchem geboren. Ze volgde de opleiding Grafisch Ontwerp aan de Academie voor Beeldende Kunsten in Arnhem, waar ze les kreeg van onder anderen Friso Henstra en Pim van Boxsel. Tijdens haar stageperiode werkte ze bij de Marten Toonder Studio's. Na haar opleiding was ze een tijdlang werkzaam bij de nos en maakte ze animatiefilmpjes voor de ncrv. Voor drie animatiefilms van Paul Driessen schilderde ze achtergronden. Ze maakt regelmatig kleurige tekeningen bij liedjes in Sesamstraat.
Sinds 1989 werkt ze samen met Gertie Jaquet en Gitte Spee in de Illustratiestudie in Amsterdam. Samen met Gitte Spee volgde ze in 1999 een cursus Animatiefilm aan het Royal College in Londen, om haar kennis op dat punt bij te spijkeren.
| |
Werk
Kenmerkend voor de illustraties van Georgien Overwater is de zwier waarmee ze tekst in beeld omzet. Om uitdrukking te geven aan gevoelens en spanningen gebruikt ze vaak het middel van de overdrijving. Op een eigenzinnige manier zet ze de realiteit naar haar hand, waarbij ze regels van perspectief, verhoudingen en anatomie negeert. Ledematen zijn vaak stokstijf getekend, of juist onnatuurlijk rond bij elleboog en knie. Paarden zien eruit als te strak opgeblazen speelgoedbeesten en krokodillen zijn kort en dik.
Deze tekenstijl leent zich uitstekend voor vrolijke, grappige boeken, al dan niet met een ernstige ondertoon. William Steig en de cartoonist en illustrator Sempé zijn enkele van haar grote voorbeelden. In Ik verdwaal nooit! zegt Sammie (1987), een prentenboek van Paul van Loon, tekende ze huizen die schots en scheef staan. In een dakgoot zit een grote zwarte kat met een muis in zijn bek, de maan heeft een sombere uitdrukking. Het is meteen duidelijk: hier is het niet pluis! Enkele bladzijden verder rent een monster ter
| |
| |
grootte van tien huizen achter de kleine Sammie aan; en even later een bende inbrekers van het klassieke type. Op twee tegenover elkaar staande bladzijden belagen ze in volle vaart het kind, dat verschrikt achterom kijkt. De tekening is op details weinig uitgewerkt, van de schoenen van de boeven zijn bijvoorbeeld slechts de contouren weergegeven. Daardoor komt het accent nog meer op de dreigende boeventronies te liggen.
Een eenvoudige cursus voor beginners in de liefde (1988) van Ivan Wolffers gaf Overwater met haar karikaturale manier van werken een luchtig karakter. Daarmee onderschreef ze de boodschap van de schrijver: ‘Sex kan je behoorlijk onzeker maken, maar vergeet niet dat er ook veel te lachen valt!’
Vaak zijn de tekeningen van Georgien Overwater heel druk, maar ook met weinig middelen weet ze zich sterk uit te drukken, getuige het gemeen loensende jongenshoofdje dat tussen de tekst opduikt op bladzijde 67 van De duivel is los! (1994) van Trude de Jong. Het expressieve tekeningetje is niet meer dan 1 bij 2 centimeter groot.
Overwater heeft veel boeken van Trude de Jong geïllustreerd. Ze voelt de sfeer en de kleine grapjes van deze schrijfster goed aan. Buitenlandse uitgevers wilden daarom Lola de beer
Uit Koningin Bee van Trude de Jong
| |
| |
Uit Bram en de veelvraat van Rindert Kromhout
| |
| |
(1978) graag uitgeven met de originele pentekeningen. Noor heeft in dit boek voor kleuters heel wat te stellen met Lola, een beer die ze gekregen heeft voor haar verjaardag. De kleine eenvoudige tekeningetjes, soms wel drie op een bladzijde, benadrukken steeds het belangrijkste in de tekst. De ene keer is dat de sfeer, de andere keer een bepaald gevoel of een grappig voorval. De bijen in Koningin Bee (1997) zien eruit als mensen, maar hebben vier benen en leven een echt bijenleven. De koningin, die steeds deftig van ‘wij’ spreekt wanneer ze ‘ik’ bedoelt, heeft net zo'n kapsel als koningin Beatrix - een knipoog van de illustratrice naar de werkelijkheid. Een palm op de Veluwe (1999) beschrijft de wederwaardigheden van Gijs, als hij een pleegkind in huis heeft gehaald. Door middel van tientallen aandoenlijke tekeningen laat Overwater zien dat hij heel wat te stellen heeft met de negenjarige Lily Waterstone. Regelmatig gebruikt ze tekstballonnen om gebeurtenissen een extra accent te geven.
Georgien Overwater werkt relatief veel in zwartwit. In het begin van haar carrière gebruikte ze vrijwel uitsluitend een kroontjespen of rietpen. Later gaf ze vlakken en schaduwen ook aan met gepenseelde grijstinten. Bleef ze aanvankelijk met egale tinten binnen de lijntjes, allengs werd haar stijl vrijer. Ze werkt sindsdien vaak met dikkere contouren, zoals in Mevrouw Triktrak in de wolken (1996) en Heksenliefde (1997) van Nanda Roep. Door deze ‘vlekkerige’
Uit Heksenliefde van Nanda Roep
techniek heeft ze in Mevrouw Triktrak in de wolken prachtig de sfeer weer kunnen geven van een verkleumde mevrouw Triktrak op de Noordpool en van een stel reuzen in het dorpscafé.
Wanneer Overwater in kleur werkt, gebruikt ze waar mogelijk heldere aquareltinten. Grappig is de wijze waarop ze de veelvraat in Bram en de veelvraat (1993) van Rindert Kromhout neerzet. Het monster is enigszins doorzichtig, bijna zonder contouren getekend en heeft een zwartbruine kleur, waardoor hij sterk contrasteert met de helder gekleurde omgeving. Heel sfeervol is de laatste illustratie in Dip en zijn kip (1992) van Hans Tellin, waar de paarden, koeien en varkens verspreid over een groot weiland 's avonds lekker aan het relaxen zijn. Ze kijken tele- | |
| |
visie, schaken, lezen of doen een computerspelletje bij het licht van gezellige schemerlampjes.
| |
Waardering
Recensenten waarderen de mate waarin Georgien Overwater zich in een tekst verdiept, waardoor de illustraties er nauw bij aansluiten. Vooral bij humoristische boeken krijgt de tekst door de illustraties een meerwaarde, vinden ze. Rindert Kromhout schreef in 1988 in de Volkskrant: ‘Over schattige illustraties gesproken: Berofielen zullen heel gelukkig zijn met het werk van Georgien Overwater in Lola de beer. Talrijke kleine, geinige pentekeningen versieren deze bundel.’ Katinka de Croon in Leesidee naar aanleiding van Meester Kikker van Paul van Loon: ‘De maffe avonturen van Meester Kikker [-] zijn op geheel eigen wijze geïllustreerd door Georgien Overwater; haar tekeningen maken het verhaal nog prettiger om te lezen.’
Slechts een enkele keer heeft een recensent een iets minder vleiende mening. Zo schreef W. Goeman in 1988 in de Leeuwarder Courant naar aanleiding van Ik ben het beu! zegt Sammie van Paul van Loon: ‘De tekeningen zijn nogal karikaturaal. Ze laten Sammies boosheid wel zien, maar tegelijkertijd lijkt de lijnvoering die erg rond en krullerig is, daar weer mee in tegenspraak.’
In 2000 behoorden Trude de Jonge en Georgien Overwater met Een palm op de Veluwe tot de zes finalisten van de Woutertje Pieterse Prijs. Ze wonnen de prijs niet, maar de jury had lovende woorden: ‘Schrijfster Trude de Jong en illustratrice Georgien Overwater vormen een vast koppel, dat lichte humor en het plezier van het vertellen voorop stelt.’
| |
Bibliografie
Door Georgien Overwater geïllustreerd
|
Trude de Jong, Miepjes fantastische vlechten. Utrecht, Sjaloom, 1983. |
Els Pelgrom (naar Arnold Wesker), Hanglip. Tilburg, Zwijsen, 1984. |
Paul van Loon, Ik ben het beu! zegt Sammie. Utrecht, Sjaloom, 1985. |
Ries Moonen, Een stoel met losse pootjes. Utrecht, Sjaloom, 1985. |
Trude de Jong Lola de beer. Utrecht, Sjaloom, 1987. |
Paul van Loon, Ik verdwaal nooit! zegt Sammie. Utrecht, Sjaloom, 1987. |
Corrie Hafkamp, Jarig! Houten, Van Holkema & Warendorf, 1988. |
Ivan Wolffers, Dokter Levertraan, Doc Silver en Reinoud. Amsterdam, Van Goor, 1988. |
Ivan Wolffers, Een eenvoudige cursus voor beginners in de liefde. Amsterdam, Van Goor, 1988. |
Trude de Jong, Je bent geweldig! Amsterdam, De Harmonie, 1989. |
Georgien Overwater, Wie wil mijn rug insmeren? Tilburg, Zwijsen, 1990. |
Frank Herzen, Nooit meer naar huis. Tilburg, Zwijsen, 1991. |
Trude de Jong, Het spinmeisje. Tilburg, Zwijsen, 1991. |
Jetty Krever, Emiel en zijn detectives. Groningen, Dijkstra, 1991. (Wenteltrap-serie, naar een verhaal van Erich Kästner.) |
Sjoerd Kuyper, De freules en andere liedjes. Amsterdam, Leopold, 1991. |
Ted van Lieshout, Herrie: klein voorleesboek over een grote schreeuwlelijk. Amsterdam, Van Goor, 1992. |
Marjan Berk, Gijs. Amsterdam, Leopold, 1992. |
| |
| |
Carry Slee, Kaatje Knal en de biefstukbende. Houten, Van Holkema & Warendorf, 1992. |
Hans Tellin, Dip en zijn kip. Tilburg, Zwijsen, 1992. |
Mathijs Beentjes, Ik wil koekjes, allemaal! Amsterdam, Van Goor, 1993. |
Rindert Kromhout, Bram en de veelvraat. Tilburg, Zwijsen, 1993. |
Elle van Lieshout en Erik van Os, Een wc is toch wel handig. Tilburg, Zwijsen, 1993. |
Paul van Loon, Weg met die krokodil! Tilburg, Elzenga, 1993. |
Trude de Jong, De duivel is los! Amsterdam, De Harmonie, 1994. |
Erik van Os en Elle van Lieshout, Jop is op de juf. Tilburg, Zwijsen, 1994. |
Truus van de Waarsenburg, Meneer Lutje op mollejacht. Tilburg, Zwijsen, 1994. |
Mathijs Beentjes, Mijn spaarpot heeft honger. Amsterdam, Van Goor, 1995. |
Paul van Loon, Meester Kikker. Tilburg, Elzenga, 1995. |
Nanda Roep, Mevrouw Triktrak in de wolken. Amsterdam, Leopold, 1996. |
Truus van de Waarsenburg, De blauwe toverbal. Tilburg, Elzenga, 1996. |
Truus van de Waarsenburg, Pas op, toverballen. Tilburg, Elzenga, 1996. |
Trude de Jong, Koningin Bee. Amsterdam, De Harmonie, 1997. |
Rindert Kromhout, Oorlog op de achterbank. Tilburg, Zwijsen, 1997. |
Ben Kuipers, Ik wil mijn eigen verhaal. Amsterdam, Leopold, 1997. |
Nanda Roep, Heksenliefde. Amsterdam, Leopold, 1997. |
Truus van de Waarsenburg, Reus Koek. Tilburg, Zwijsen, 1997. |
Eljay Yildirim, Tante Dora's avontuurlijke wereldreis. Amsterdam, Sjaloom, 1997. |
Thea Dubelaar, Sander. Amsterdam, Ploegsma, 1998. |
Bies van Ede, Klaar Rover. Tilburg, Zwijsen, 1998. |
Robert Francissen, Streng geheim. Tilburg, Zwijsen, 1998. |
Rindert Kromhout, Door dik en dun. Tilburg, Zwijsen, 1998. |
Gerard Tonen, Violet en de kinderen van de Giraffestraat. Tilburg, Zwijsen, 1998. |
Truus van de Waarsenburg, Echt toveren. Amsterdam, Elzenga, 1998. |
Truus van de Waarsenburg, Weer te laat? Tilburg, Zwijsen, 1998. |
Trude de Jong, Een palm op de Veluwe. Amsterdam, Leopold, 1999. |
Gerard Tonen, De hondenfabriek. Tilburg, Zwijsen, 1999. |
Rita Törnqvist (naar Astrid Lindgren), Karlsson van het dak. Amsterdam, Ploegsma, 1999. |
Over Georgien Overwater:
|
W. Goeman, Ik ben het beu, zegt Sammie. In: Leeuwarder Courant, 3-6-1986. |
Rindert Kromhout, Taal in kleuterboeken soms veel te moeilijk. In: de Volkskrant, 7-6-1988. |
Selma Niewold, Een sterk gekrompen Jeen droomt van heldendom. In: de Volkskrant, 23-9-1989. |
Joyce Kramer, De duivel helpt. In: Haagse Courant, 29-4-1994. |
Katinka de Croon, Meester Kikker. In: Leesidee, jaargang 1995, nr. 7, blz. 261. |
Ali Baba en de veertig tekenaars. Amsterdam, De Bijenkorf, 1995. (Uitgegeven ter gelegenheid van de Kinderboekenweek) |
55 Lexicon jeugdliteratuur
februari 2001
|
|