| |
| |
| |
Patricia MacLachlan
door Kitty Nooy
Patricia MacLachlan is op 3 maart 1938 als Patricia Pritzkau geboren in Cheyenne, Wyoming (Verenigde Staten). Ze groeide op op de prairie van Minnesota. Als enig kind van een docentenechtpaar bracht ze veel tijd door met haar ouders; in een sfeer van geborgenheid en vrijheid, met veel aandacht voor muziek en literatuur. In 1962 studeerde ze af aan de universiteit van Connecticut; in dat zelfde jaar trouwde ze met klinisch psycholoog Robert MacLachlan. Ze kregen drie kinderen: John, Jamie en Emily. Terwijl haar kinderen opgroeiden ging Patrica MacLachlan zich realiseren dat ze graag wilde schrijven. Ze gebruikt haar eigen jeugd en gezinsleven als inspiratiebron, naast het werk dat ze deed bij een bureau voor familiehulp.
Patricia MacLachlan was jarenlang docente Engels op een highschool. Sinds 1986 is ze als gastdocente verbonden aan Smith College in Massachusetts. Daarnaast geeft ze lezingen en workshops creatief schrijven voor volwassenen en kinderen. Ze debuteerde in 1979 met The Sick Day.
Verschillende van haar boeken zijn bekroond. Arthur, for the Very First Time (Eindelijk Michiel) met de Golden Kite Award for Fiction, The Facts and Fictions of Minna Pratt (Een wereld van verschil) met een Parent's Choice Award. Unclaimed Treasures (Verborgen schatten) kreeg een eervolle vermelding in de categorie fictie van de Boston Globe-Horn Awards en Through Grandpa's Eyes (Alsof je vingers water zijn) werd uitgeroepen tot Notable Children's Trade Book.
Het meest in de prijzen viel Sarah, Plain and Tall (Lieve, lange Sarah). Dit boek werd onder andere bekroond met de Golden Kite Award for Fiction, de Newbery Medal, de Christopher Award en de Scott O'Dell Award. In Vlaanderen ontving het in 1989 een
| |
| |
Boekenleeuw. Snippers kreeg in 1993 een Vlag en Wimpel.
Sarah, Plain and Tall is ook verfilmd. Patricia MacLachlan leverde zelf het script. Daarna schreef ze het script voor Skylark, dat ze vervolgens omwerkte tot boek. In beide films spelen Glenn Close en Christopher Walken de hoofdrollen.
| |
Werk
Patricia MacLachlan begon haar carrière als schrijfster van prentenboeken voor jonge kinderen. Omdat het geringe aantal pagina's haar te veel beperkingen oplegde, stapte ze geleidelijk over op het schrijven van jeugdromans. Daarin kon ze de ruimte nemen die ze nodig had, al bleef haar stijl kort en bondig.
Haar jeugdromans gaan over familierelaties, met als belangrijkste thema het gemis van een naast gezinslid, meestal (een van) de ouders. In de vroegste boeken van Patricia MacLachlan zijn de kinderen tijdelijk aan de zorg van anderen toevertrouwd; de hoofdpersoon in Eindelijk Michiel is bijvoorbeeld uit logeren gestuurd. Van andere hoofdfiguren is de moeder overleden of weggelopen; en als ze wel fysiek aanwezig is, blijkt ze niet aanspreekbaar. In latere boeken voert MacLachlan de onveiligheidsgraad nog op. Zo is in Snippers de moeder van de hoofdfiguur weggelopen, maar kan hij zich bovendien z'n vader ook niet meer herinneren. In Wie heeft de wind gezien? treurt de hoofdpersoon om een doodgeboren broertje dat ze nooit heeft gezien; daarnaast voelt ze zich bij de verwerking van dat verdriet alleen gelaten: haar ouders weigeren te praten over deze baby zonder naam.
De hoofdpersonen leren met het gemis om te gaan in de zomer rond hun elfde levensjaar. De lente aan het begin van het verhaal is een metafoor voor ontluikende problemen. De zomer staat voor een verheviging van de emoties. Als de herfst invalt, hebben de kinderen een eerste stap naar de volwassenheid gezet. Deze innerlijke reis verloopt, aldus een motto in Snippers, ‘zelden in een rechte lijn, meestal spiraalsgewijs’. Het is een groeiproces, een zoektocht naar de eigen identiteit.
De personages vinden elk hun eigen manier om met het gemis om te gaan. Michiel uit Eindelijk Michiel doet verwoede pogingen een daad te stellen, omdat hij leert dat het leven beter geleefd dan beschreven kan worden. Andere personages nemen hun toevlucht tot creatieve uitingsvormen. De hoofdpersoon in Wie heeft de wind gezien? zoekt de oplossing bijvoorbeeld in woorden en poëzie, terwijl haar moeder schildert en vader tapdanst op de salontafel.
De kinderen die al iemand missen, zijn doodsbenauwd ook nog anderen te verliezen. Anna en Caleb (Lieve, lange Sarah) hechten zich aan hun nieuwe moeder voordat ze haar hebben ontmoet. In ieder gebaar lezen ze een mogelijke kans haar te verliezen. In het vervolgboek Sarah, lang en gelukkig vertrouwen de kinderen het niet,
| |
| |
als ze vanwege de droogte door Sarah tijdelijk worden meegenomen naar zee. Vertwijfeld vragen de kinderen zich af of ze hun vader ooit nog zullen terugzien. Doordat hun echte moeder gestorven is in het kraambed, worden ze erg angstig als Sarah in verwachting blijkt. In de boeken van Patricia MacLachlan is opvallend vaak sprake van bezorgdheid rond de geboorte van een baby (Eindelijk Michiel, Verborgen schatten, Wie heeft de wind gezien?).
Tegenover het gemis van de geliefde persoon staat de aanwezigheid van bondgenoten. Dat kunnen broers en zussen zijn, leeftijdgenootjes of (huis)dieren waarmee de hoofdpersoon een speciale band krijgt. MacLachlan, die zelf immers opgegroeide als enig kind, idealiseert de relatie tussen broers en zussen. Deze band kenmerkt zich door wederzijds respect en begrip. De kinderen lijken alles voor elkaar over te hebben, nooit ontstaat er onenigheid. Alleen Anna uit Lieve, lange Sarah heeft aanvankelijk moeite met haar broertje Caleb, omdat haar moeder een dag na zijn geboorte stierf.
Naast een bondgenoot is er de veilige, warme aanwezigheid van oudere personen: begripvolle grootouders of verzorgende (oud)ooms en (oud)tantes. Deze personen zijn allemaal een beetje gek. Ze gedragen zich excentriek en houden zich niet aan de algemeen geldende gedragscodes. De een laat zichzelf in de modder ploffen om voor een varken te zingen, de ander eet alle beslag op voordat er een cake
Illustratie van Gertie Jaquet uit Sarah, lang en gelukkig
van kan worden gebakken. Toch blijken deze onconventionele mensen de beste verzorgers van kinderen. Sommige kinderen hebben in het begin moeite met deze merkwaardige verzorgers, maar uiteindelijk leren ze hun leefstijl waarderen.
Door de intimiteit in deze liefdevolle omgeving slagen de kinderen erin hun problemen te overwinnen en een eigen identiteit te vinden. Meestal is die gesymboliseerd in een naam. De titel Eindelijk Michiel duidt daarop, omdat de hoofdpersoon, na eerst voortdurend plagerig te zijn aangesproken met ‘Muis’, aan het eind van het boek eindelijk ‘Michiel’ wordt genoemd. Uit de naam Tim Dribbel (Snippers) spreekt de rusteloosheid van zijn moeder. De door Tim gevonden
| |
| |
kat krijgt pas bestaansrecht als ze een naam heeft. De baby in Wie heeft de wind gezien? heeft gedurende het grootste deel van het verhaal geen naam. Alleen wie een naam heeft, is iemand.
In haar latere boeken kiest Patricia MacLachlan meer en meer voor een vertelling vanuit de ik-persoon, wat de betrokkenheid van de lezer met de emoties van de hoofdpersoon vergroot. Verscheidene van deze verhalen worden onderbroken door cursief gedrukte hoofdstukjes, verteld vanuit een ander perspectief. Daarin kijkt de hoofdpersoon bijvoorbeeld na jaren terug op de verhaalde geschiedenis en komt de lezer te weten hoe het hem verder is vergaan.
Sommige boeken van Patricia MacLachlan zijn onderling met elkaar verbonden. Zo heeft ze een bijverhaal uit Eindelijk Michiel later uitgewerkt tot de jeugdroman Lieve, lange Sarah. Het is niet precies hetzelfde verhaal, maar wel een vergelijkbare situatie, waarin dezelfde namen figureren. De papegaai die Emma zich wenst in Zeven kusjes op een rij verschijnt levensecht in Verborgen schatten als kameraad van Ouwe Pepper.
| |
Waardering
Het eerste boek van Patricia MacLachlan dat in het Nederlands werd vertaald, Lieve, lange Sarah, is lovend ontvangen. Sindsdien uiten recensenten zich over bijna al haar boeken positief. De meeste critici noemen de verhalen ontroerend en hartverwarmend. Veel aandacht is er voor de sprankelende dialogen, innige verteltoon en rake karaktertekening. Vooral Maclachlans beknopte poëtische schrijfstijl wordt geroemd. Men vindt dat ze in een enkele zin goed een emotie of sfeer weet te treffen.
Op Een wereld van verschil werd door Bregje Boonstra en Joke Linders kritisch gereageerd, omdat het storende wisselingen van de verleden naar de tegenwoordige tijd bevat. Verder richt de kritiek zich vooral op de zoete omslagtekeningen. Die zouden een verkeerde indruk geven van de boeken, omdat Maclachlans verhalen juist niet zoet en sentimenteel zijn. Integendeel, de sobere, ingehouden wijze van vertellen maken de verhalen in de ogen van menige recensent aangrijpend.
| |
Bibliografie
Niet in het Nederlands vertaalde jeugdboeken
|
The Sick Day (1979); Moon, Stars, Frogs, and Friends (1980); Cassie Binegar (1982); Mama One, Mama Two (1982); Tomorrow's Wizard (1982), Three Names (1994), All the Places to Love (1994), What You Know First (1998) |
In het Nederlands vertaalde boeken voor kinderen
|
Through Grandpa's Eyes (1980): Alsof je vingers water zijn. Vertaald door Angèle Janse. Met illustraties van Gertie Jaquet. Tielt, Lannoo, 1993. |
Arthur, for the Very First Time (1980): Eindelijk Michiel. Vertaald door Louis Thijssen. Met illustraties van Gertie Jaquet. Tielt, Lannoo, 1988. |
Seven Kisses on a Row (1983): Zeven kusjes op een rij. Vertaald door Angèle Janse. Met illustraties van Gertie Jaquet. Tielt, Lannoo, 1990. |
Unclaimed Treasures (1984): Verborgen schatten. Vertaald door Angèle Janse. Met illustraties van Gertie Jaquet. Tielt, Lannoo, 1991. |
| |
| |
Sarah, Plain and Tall (1985): Lieve, lange Sarah. Vertaald door Louis Thijssen. Met illustraties van Gertie Jaquet. Tielt, Lannoo, 1987. |
The Facts and Fictions of Minna Pratt (1988): Een wereld van verschil. Vertaald door Angèle Janse. Met illustraties van Gertie Jaquet. Tielt, Lannoo, 1989. |
Journey (1991): Snippers. Vertaald door Angèle Janse. Met illustraties van Gertie Jaquet. Tielt, Lannoo, 1992. |
Baby [1993]: Wie heeft de wind gezien? Vertaald door Angèle Janse. Tielt, Lannoo, 1994. |
Skylark (1994): Sarah, lang en gelukkig. Vertaald door Angèle Janse. Met illustraties van Gertie Jaquet. Tielt, Lannoo, 1995. |
Over Patricia MacLachlan
|
Patricia MacLachlan, Facts and Fictions. In: The HornBook Magazine, Volume 62 (1986), nr. 1, blz. 19-26. |
Children's Literature Review, Volume 14. Detroit, Gale, 1988, blz. 177-186. |
Marita de Sterck, Eindelijk Michiel. In: Jeugdboekengids, jaargang 30 (1988), nr. 8, blz. 256-257. |
Charlotte Zolotow, Dialogue between Charlotte Zolotow and Patricia MacLachlan. In: The HornBook Magazine, Volume 65 (1989), nr. 6, blz. 736-745. |
Something about the Author, Volume 62. Detroit, Gale, 1990, blz. 115-122. |
Bregje Boonstra, Wereld van verschil. In: nrc Handelsblad, 16-2-1990. |
Joke Linders, Puberteitsperikelen. In: Algemeen Dagblad, 1-3-1990. |
Marita De Sterck, Patricia MacLachlan. In: Jeugdboekengids, jaargang 34 (1992), nr. 9, omslag. |
Patricia MacLachlan, From Story to Film: Sarah, Plain and Tall. In: The Antic Art. Edited by Lucy Rollin. Fort Atkinson, Highsmith Press, 1993, blz 5-14. |
Major Authors and Illustrators for Children and Young Adults. Detroit, Gale, 1993, p 1550-1553. |
Roberta Seelinger Trites, Claiming the treasures. In: Children's Literature Association Quarterly, Volume 18 (1993), nr. 1, blz. 23-28. |
Jet Marchau, Het wonderbaarlijke van woorden of... hoe het onzegbare gezegd wordt. In: Jeugdboekengids, jaargang 36 (1994), nr. 4, blz. 98-99. |
Bregje Boonstra, Een vleermuis als huisdier. In: Een iets te hoge toonbank. Baarn, Bekadidact, 1994, blz. 120. |
Roberta Seelinger Trites, Is Flying Extraordinary? Patricia MacLachlan's Use of Aporia. In: Children's Literature, Volume 23, 1995, blz 202-220. Patricia MacLachlan |
49 Lexicon jeugdliteratuur
februari 1999
|
|