al eens in moeilijkheden. ‘Wat ben je toch een verschrikkelijk stout jongetje,’ roept zijn moeder dan, maar hij krijgt nooit straf. Ook niet als hij uit medelijden de kanarie uit het kooitje laat ontsnappen, of als hij zijn kleine broertje Shing-er ruilt voor het broertje van zijn beste vriend Dikkop, omdat die al kan lopen en praten.
In de jaren vijftig en zestig zijn ook enkele andere boeken van E.F. Lattimore vertaald. Deze zijn bestemd voor de iets oudere jeugd (zeven jaar en ouder) en bevatten één lang verhaal. Net als de verhalen over kleine Sjang zijn ze door de schrijfster zelf geïllustreerd; minder naïef, met wat meer details en arceringen.
Ching Lai, de hoofdpersoon in De reis van Ching Lai, is een jongen net als Sjang, maar iets ouder. Hij wordt door zijn vader en moeder nogal verwend, want hij is hun enige zoon. ‘De meisjes waren gewoon maar meisjes, en als ze groot waren zouden ze trouwen en het huis uitgaan. De jongen zou voor zijn ouders moeten zorgen als ze oud waren.’ Het is Ching Lai's liefste wens de zee te zien. Om zijn neefje te tonen hoe dapper hij is, klimt hij op een loslopende ezel waardoor hij uiteindelijk bij de zee komt.
Kimi speelt in Japan. Lattimore zet in dit verhaal traditie tegenover vernieuwing. De vader van Kim vindt werk in de stad; Kim is de enige die moet achterblijven op het platteland. Haar tante vindt dat zij grootgebracht moet worden als ‘een echt Japans meisje’, dat wil zeggen dat ze moet leren bloemschikken en theeschenken. Kim is daar niet gelukkig mee. Op een diplomatieke manier, zonder haar tante te kwetsen, gaat zij haar eigen gang.
Junior, het negerjongetje, Jocko, het aapje van Crofton en Melinda hebben een Amerikaans decor. Junior, het negerjongetje viel nogal op toen het in 1938 werd gepubliceerd. Het verhaal speelt in de zwarte gemeenschap, wat destijds nog ongebruikelijk was. Junior is een inventief jongetje uit de stad Charleston. Het gezin is arm; moeder doet de was voor blanke mensen, vader is timmerman, maar heeft slechts af en toe werk. Junior wil graag rolschaatsen hebben. Elk hoofdstuk beschrijft een manier hoe hij aan geld probeert te komen, ook om de lasten van het gezin te verlichten als vader weer eens werkloos is.
Lattimore beschrijft andere culturen van binnenuit, zonder oordelen uit te spreken. De portretten die zij van haar jeugdige hoofdfiguren schetst, getuigen van veel psychologisch inzicht. Grote dramatische gebeurtenissen komen in haar verhalen niet voor; ze hebben altijd een gelukkig eind en zijn gekruid met een eenvoudige, fijnzinnige humor.