| |
| |
| |
Ben Kuipers
door Wilma van der Pennen
Foto: Job Kuipers
Ben Kuipers is geboren op 13 juli 1944 in Oldenzaal. Na zijn middelbare schoolopleiding ging hij psychologie studeren, maar hij maakte deze studie niet af. Hij was een tijd werkzaam als journalist, onder meer voor het weekblad Margriet, en besloot toen verhalen te gaan schrijven. Sommige daarvan verschenen eerst in tijdschriften als Okki, Taptoe en Donald Duck. De verhalen over Job en Diede zijn, voordat ze werden gebundeld, in het televisieprogramma Sesamstraat voorgelezen. Ze zijn geïnspireerd op Kuipers' eigen ervaringen als vader van twee kinderen die ook Job en Diede heten.
Kuipers debuteerde in 1986 met Een zelfgemaakte zomer. Naast boeken voor kleuters en kinderen vanaf ongeveer acht jaar schrijft hij hoofdzakelijk verhalen voor beginnende lezers. Driemaal ontving hij een Vlag en Wimpel van de griffeljury: in 1996 voor De grote gevaren van Arno, in 2001 voor Boos in de doos en in 2004 voor Het schrift van Dries. Voor Steffie kreeg hij in 1997 een Pluim van de Maand. Dezelfde onderscheiding was er in 2001 voor Boos in de doos.
| |
Werk
Kuipers schreef zijn eerste teksten voor zijn eigen kinderen. Hij had niet de bedoeling deze ook daadwerkelijk te publiceren. Wel stuurde hij ze op goed geluk naar het tv-programma Sesamstraat. Dat resulteerde later in de publicatie van twee bundels over het duo: Job en Diede: verhalen (1989) en Diede en Job: meer verhalen (1994). Het zijn korte verhalen over de dagelijkse belevenissen van kleuters en over hun onnavolgbare fantasieën en hun spel.
| |
| |
Ook De grote gevaren van Arno (1995) en het vervolg, Arno hand in hand (1997) zijn bundels met voorleesverhalen voor kleuters. Arno heeft een rijke fantasie waarmee hij zijn angsten en onzekerheden onder controle houdt. Hij verliest de realiteit vaak flink uit het oog, om aan het einde van zijn avonturen weer met beide benen op de grond te belanden. Ook de verhalen over Arno zijn vóór publicatie voorgelezen in Sesamstraat. Dat geldt eveneens voor die over Steffie uit het gelijknamige boek (1996). Steffie zit in groep 1 en is een drukke kleuter, nieuwsgierig, boordevol vragen en in het bezit van een ontwapenende logica. In het vervolg, Steffie mist Bram (1999) is Steffie een jaar ouder en zit ze in groep 2. Haar vriendje Bram is verhuisd. Als een rode draad door de verhalen in dit boek loopt het gegeven dat ze Bram mist, maar ook dat ze een nieuwe vriend krijgt: Geert, die in Brams oude huis is komen wonen.
De boekjes over Diedier - Hier is Diedier, Diedier is geen wolk (beide 2000), Diedier ziet Sinterton (2001) en Als Diedier wil (2003) - verschenen bij uitgeverij Zwijsen. Ze zijn bedoeld voor kleuters en bevatten geen doorlopende verhalen, maar een serie korte anekdotes. Het zijn opgetekende gesprekjes van Diedier met mensen uit zijn omgeving of filosofisch getinte gedachten van kleuter Diedier. Ook voor kleuters is de bundel gedichten Ik wil alle kleuren aan (2005).
Naast deze boeken schreef Kuipers voor Zwijsen verhalen voor beginnende lezers. Zo kwam in 2000 Boos in de doos uit. Daan is zo vreselijk boos, dat hij in een doos kruipt en er niet meer uit wil. Het boek verscheen in de reeks ‘Samenleesboeken’, een serie voor kinderen die er een aantal weken leesonderwijs op hebben zitten. In Het schrift van Dries (2003) ontdekt Dries dat hij zijn eigen wereld kan scheppen in zijn verhalen, die hij in een schrift noteert. Hij schrijft over wat hij meemaakt en zet vervolgens de werkelijkheid geheel naar zijn hand. Nel uit Nel verft wat ze wil (2003) doet in feite hetzelfde: ze verft wat ze graag wil zien, ook al is haar bedoeling niet meteen iedereen duidelijk. Naast leesboeken maakte Kuipers verhalen op rijm voor beginnende lezers (De zee wil mee, 2004) en gedichten voor deze doelgroep: Ik zag het niet, ik keek (2005) en Pestkop! Pestkop! (2006).
Hij publiceerde ook een aantal verhalen over de verbondenheid tussen een kind en één van zijn grootouders. In Een zelfgemaakte zomer (1986) wordt de achtjarige Sijmen voor het eerst in zijn leven geconfronteerd met de dood. Als oma beseft dat ze nog maar kort te leven heeft, probeert ze op haar eigen, bijzonder creatieve manier Sijmen op haar naderende dood voor te bereiden. Samen halen ze herinneringen aan het verleden op, door oma aangevuld met fantasieën. Die zijn, naar- | |
| |
mate het verhaal vordert, steeds duidelijker gericht op dat wat onafwendbaar is: oma's dood. In Jandoedel: mijn opa en ik (1991) staan een tienjarige jongen en zijn opa centraal. Opa wordt door zijn omgeving gezien als slappeling, als een Jandoedel. Wat zijn kleinzoon na de dood van opa bezighoudt, is de vraag of opa inderdaad een slap figuur was, of gewoon erg lief.
Wie kan er beter het verhaal van de schepping uitleggen dan oma? In Hoe de wereld begon (2002) vraagt Thea zich af wie de eerste mens was: ‘Hoe is alles begonnen?’ Oma vertelt haar over god - een klein meisje van ongeveer zes jaar dat Thea heet -, over Eva, die haar gezelschap komt houden, en over de wereld die door god gemaakt is omdat Eva het wat saai vond zo met z'n tweeën. En over Adam, die eigenlijk een vergissing was: god wilde een vriendinnetje scheppen voor Eva, omdat god zelf erg moe geworden was van al dat scheppen. Het meisje Thea gaat zich steeds meer bemoeien met oma's verhaal. Zij bepaalt het verdere verloop. Kuipers geeft daarmee een eigen interpretatie aan het bijbelse scheppingsverhaal.
Ook een soort scheppingsverhaal is Ik wil mijn eigen verhaal (1997). Niet het bijbelse verhaal, maar een uiteenzetting over het proces van het schrijven zelf: een schrijver, Deejoes, krijgt het aan de stok met Sebastiaan, het hoofdpersonage uit zijn verhalen. Sebastiaan is een lastpost die nooit tevreden is met het lot dat Deejoes hem toebedeelt. Hun gesprekken vormen de basis van het verhaal: ‘Je moet wel je best doen. Jij hoeft het alleen maar te schrijven. Maar ik moet het beleven. Wil je daar wel aan denken. Dus je moet geen onzin schrijven.’
Allemachtig wat zijn de meiden prachtig (1993) is de enige jeugdroman van Kuipers. Hij vertelt daarin over de veertienjarige Frits, die zich opeens bewust wordt van het bestaan van het andere geslacht. Frits gaat hen met andere ogen bekijken en biecht zijn beste vriendin Martje op dat hij verliefd is op alle meisjes. Pas later dringt het tot hem door dat hij in werkelijkheid op Martje verliefd is.
Kuipers' verhalen hebben vaak een lieflijk karakter. In een interview met Belle Kuijken (De Morgen, 2002) zegt hij: ‘Ik wil aan kinderen niet vertellen dat het leven niet altijd de moeite waard is. Hoewel ik dat soms denk. Ik begrijp de wereld niet, dat lukt me echt niet, en misschien is het daarom wel dat ik kinderboeken schrijf.’ En: ‘De lieflijke wereld die ik met mijn kinderboeken oproep is een soort tegengif voor mezelf, want ik ben helemaal niet zo'n optimist.’
| |
Wolf en Lam
Het eerste verhaal over Wolf en Lam verscheen in 1999 in de serie Spetter, een reeks boekjes voor het leesonderwijs van uitgeverij Zwijsen. In Wolf en Lam maakt de lezer
| |
| |
Illustratie van Ingrid Godon uit De wereld van Wolf en Lam
kennis met de twee vrienden: Lam, lief en wat dromerig, en Wolf, stoer en bedillerig tegenover Lam. De twee keren regelmatig terug in het oeuvre van Kuipers. In leesboekjes van Zwijsen als Lam is weg, Voor Lam van Wolf (beide 2000), Lam doet niet meer mee (2004), Een bos voor Wolf (2005), in kleuterboeken van dezelfde uitgeverij ( Lam zoekt Wolf, 2007), maar ook in De wereld van Wolf en Lam (2001) en in De warme dagen van Wolf en Lam (2002), uitgegeven als voorleesboeken door Leopold, waar ook het prentenboek De schaduw van Wolf en Lam (2007) verscheen.
In alle verhalen staat de, volgens de wetten van de natuur, onmogelijke vriendschap tussen Lam en Wolf centraal. Het wordt hun menig keer onder de aandacht gebracht: een wolf en een lam kúnnen geen vrien- | |
| |
den zijn! Maar zij zijn het wel. Ook al komt bij Wolf soms zijn wolven-aard naar boven en denkt hij er al likkebaardend aan een niet-vriend op te eten. Een niet-vriend kan je eten, een vriend niet. Als je die opeet, heb je geen vriend meer! Soms heeft Wolf opeens een mus onder zijn poot gevangen, of een kikker platgetrapt. Per ongeluk allemaal, dat wel.
Kuipers zet de twee vrienden neer als mensen. Wolf heeft een filosofische aard en kan soms melancholiek raken over de kleine dingen van het leven. Lam heeft het naïeve en soms veeleisende gedrag van een kleuter. Wolf blijft altijd geduldig met hem, ook al doet Lam soms een tikkeltje eigenwijs. Zoals in De warme dagen van Wolf en Lam, waarin Lam zich bijzonder tevreden met zichzelf voelt: hij is slim, kan goed tekenen en schilderen. Wolf is soms te zwaar op de hand, vindt Lam: hij denkt te veel na.
De boeken voor het leesonderwijs bevatten steeds een afgerond avontuur. In Wolf en Lam is Lam jarig en mag hij iets bijzonders vragen. Hij wil graag geaaid worden door een mens. Wolf doet er alles aan om deze wens in vervulling te doen gaan. In Voor Wolf van Lam is het Lam die Wolf graag eens wil verwennen. Hij wil hem een cadeau geven, maar het lukt Lam niet iets te bedenken waar hij Wolf een plezier mee kan doen. Zijn oplossing is verrassend: hij geeft zichzelf. Lam is weg vertelt het aangrijpende verhaal van de ontvoering - door een boer - van Lam. Wolf trekt er vanzelfsprekend op uit om hem te bevrijden en krijgt daarbij hulp van de andere dieren. Ook Lam zoekt Wolf, een pictoboek in de serie Rompompom voor kleuters, heeft een afgerond verhaal. Lam is op zoek naar Wolf, hij gaat bij alle dieren vragen of ze hem gezien hebben. Sommige hebben Wolf tot hun spijt niet gezien; andere zijn juist erg blij hem niet te zijn tegengekomen: konijn bijvoorbeeld, die weet dat Wolf hem maar al te lekker vindt. Uiteindelijk vindt Lam Wolf in zijn eigen huis.
De bundels met voorleesverhalen bieden los van elkaar staande avonturen. Alle verhalen over Wolf en Lam zijn geïllustreerd door Ingrid Godon.
| |
Waardering
De reacties op Kuipers debuut, Een zelfgemaakte zomer, waren overwegend positief. Victor Frederik roemt de manier waarop Kuipers het beladen thema van de dood brengt: de ‘afgewogen dosering van ernst en humor maakt het boek zeer lezenswaard’.
Waardering is er voor Kuipers' taal en zijn inlevingsvermogen in jonge kinderen. Lieke van Duin stelt dat alle voorleesverhalen die Kuipers voor Sesamstraat heeft gemaakt (over Job en Diede, Arno en Steffie) ‘opvallend sterk zijn geschreven, met een strakke taaleconomie.’ Heide Boonen noemt Kuipers' dialogen in Steffie spits en natuurlijk. Marita de Sterck schrijft over Jandoedel: mijn opa en ik: ‘Het sterkste
| |
| |
punt van de schrijver is ongetwijfeld die gevoelsevocatie, in korte, kernachtige, rake zinnen.’ Heide Boonen vindt dat Kuipers er in Steffie in is geslaagd ‘Steffies kinderlijke manier van spreken, denken, voelen en reageren authentiek te doen overkomen, zonder dat het kinderachtig wordt’. Zij prijst ook de humor in de verhalen: ‘Niet het soort humor dat je doet achterovervallen van het lachen. Maar een zachte humor die vertedert en je doet glimlachen.’ Jan van Coillie concludeert naar aanleiding van Steffie mist Bram: ‘Ben Kuipers heeft maar weinig woorden nodig om iets bijzonders te maken.’
Ook de verhalen over Wolf en Lam oogsten waardering. Marijke Umans schrijft over het eerste deel: ‘Het verhaal bruist van de sfeer, de fantasie en de originaliteit.’ Tanja Maes merkt over Voor Wolf van Lam op, dat het verhaal ‘geen enkel moment vervlakt’ of ‘langdradig wordt’.
Een enkele keer is er kritiek op Kuipers' verhalen voor beginnende lezers. Soms acht men de inhoud te weinig afgestemd op het leestechnisch niveau van de lezer. Anderzijds prijst Chris Bulcaen de natuurlijk aandoende dialogen in Nel verft wat ze wil en merkt Mik Ghys over Wat fijn dat hij er is op: ‘Kuipers heeft binnen de beperkingen van het avi-niveau 2 een gevoelig en herkenbaar verhaal neergezet.’
| |
Bibliografie
Kinder- en jeugdboeken
|
Een zelfgemaakte zomer. Met illustraties van Ietje R?nsburger. Utrecht, Sjaloom, 1986. |
Praat jij met beesten. Met illustraties van Kees de Kiefte. Utrecht, Sjaloom, 1987. |
Job en Diede: verhalen. Met illustraties van Helen van Vliet. Amsterdam, Sjaloom, 1989. |
Jandoedel: mijn opa en ik. Met illustraties van Jan Jutte. Amsterdam, Sjaloom, 1991. |
Allemachtig, wat zijn de meiden prachtig. Amsterdam, Sjaloom, 1993. |
Diede en Job: meer verhalen. Met illustraties van Helen van Vliet. Amsterdam, Sjaloom, 1994. |
De grote gevaren van Arno. Met illustraties van Floris Tilanus. Amsterdam, Leopold, 1995. |
Steffie. Met illustraties van Floris Tilanus. Amsterdam, Leopold, 1996. |
Ik wil mijn eigen verhaal. Met illustraties van Georgien Overwater. Amsterdam, Leopold, 1997. |
Arno hand in hand. Met illustraties van Floris Tilanus. Amsterdam, Leopold, 1997. |
Steffie mist Bram. Met illustraties van Floris Tilanus. Amsterdam, Leopold, 1999. |
Wat fijn dat hij er is. Met illustraties van Ingrid Godon. Tilburg, Zwijsen, 1999. (Spetter) |
Wolf en Lam. Met illustraties van Ingrid Godon. Tilburg, Zwijsen, 1999. (Spetter) |
Hier is Diedier. Met illustraties van Yvonne Jagtenberg. Tilburg, Zwijsen, 2000. (Leesleeuw) [Herdr.: 2003 (Avontuur voor peuter en kleuter)] |
Stappen en stilstaan. Met illustraties van Ingrid Godon. Tilburg, Zwijsen, 2000. (Pictoboek) |
Lam is weg. Met illustraties van Ingrid Godon. Tilburg, Zwijsen, 2000. (Spetter) |
Boos in de doos. Met illustraties van Ingrid Godon. Tilburg, Zwijsen, 2000. (Maan roos vis samenleesboeken) |
Voor Wolf van Lam. Met illustraties van Ingrid Godon. Tilburg, Zwijsen, 2000. (Spetter) |
| |
| |
Diedier is geen wolk. Met illustraties van Yvonne Jagtenberg. Tilburg, Zwijsen, 2000. (Leesleeuw) [Herdr.: 2004 (Boekbeesten)] |
De wereld van Wolf en Lam. Met illustraties van Ingrid Godon. Amsterdam, Leopold, 2001. |
Diedier ziet Sinterton. Met illustraties van Yvonne Jagtenberg. Tilburg, Zwijsen, 2001. (Leesleeuw) |
Mijntjes kijker. Met illustraties van Yvonne Jagtenberg. Tilburg, Zwijsen, 2001. (Bizon boek) |
De warme dagen van Wolf en Lam. Met illustraties van Ingrid Godon. Amsterdam, Leopold, 2002. |
Hoe de wereld begon. Met illustraties van Ingrid Godon. Amsterdam, Leopold, 2002. |
Het schrift van Dries. Met illustraties van Marjolein Pottie. Tilburg, Zwijsen, 2003. (Bizon boek) [Herdr.: Wolters-Noordhoff, 2006]. |
Als Diedier wil. Met illustraties van Yvonne Jagtenberg. Tilburg, Zwijsen, 2003. (Leesleeuw) |
Nel verft wat ze wil. Met illustraties van Yvonne Jagtenberg. Tilburg, Zwijsen, 2003. (Ik lees!) |
Ik ben... ik ben. Met illustraties van Daniëlle Schothorst. Tilburg, Zwijsen, 2004. (Leesleeuw) |
Saar en Saar. Met illustraties van Helen van Vliet. Tilburg, Zwijsen, 2004. (Raketjes) |
De zee wil mee. Met illustraties van Helen van Vliet. Tilburg, Zwijsen, 2004. (Raketjes) |
Dat doe ik wel een keer. Met illustraties van Ingrid Godon. Tilburg, Zwijsen, 2004. (Maantjes) |
Lam doet niet meer mee. Met illustraties van Ingrid Godon. Tilburg, Zwijsen, 2004. (Maantjes) |
Sems winter. Met illustraties van Ingrid Godon. Tilburg, Zwijsen, 2004. (Leesleeuw) |
Ik zag het niet, ik keek. Met illustraties van Yvonne Jagtenberg. Tilburg, Zwijsen, 2005. (Leesleeuw) |
Ik wil alle kleuren aan. Met illustraties van Yvonne Jagtenberg. Tilburg, Zwijsen, 2005. (Avonturen voor peuter en kleuter) |
Een bos voor Wolf. Met illustraties van Ingrid Godon. Tilburg, Zwijsen, 2005. (Maantjes) |
Pestkop! Pestkop! Met illustraties van Yvonne Jagtenberg. Tilburg, Zwijsen, 2006. (Leesleeuw) |
Lam zoekt Wolf. Met illustraties van Ingrid Godon. Tilburg, Zwijsen, 2007. (Rompompom) |
Sprettie, aapjes en meer. Met illustraties van Ingrid Godon. Tilburg, Zwijsen, 2007. (Leesleeuw) |
De schaduw van Wolf en Lam. Met illustraties van Ingrid Godon. Amsterdam, Leopold, 2007. |
Over Ben Kuipers
|
Victor Frederik, [over Een zelfgemaakte zomer]. In: Utrechts Nieuwsblad, 2-8-1986. |
Herman de Graef, [over Een zelfgemaakte zomer]. In: Jeugdboekengids, jaargang 29 (1987), nr. 2, blz. 54-55. |
Marijke Visscher, Een titel is om nieuwsgierig te maken. In: Vernieuwing, jaargang 46 (1987), nr. 8, blz. 10-13. |
Rindert Kromhout, [over Praat jij met beesten]. In: de Volkskrant, 7-6-1988. |
Marita de Sterck, [over Jandoedel]. In: Jeugdboekengids, jaargang 33 (1991), nr. 10, blz. 338. |
Bregje Boonstra, [over Jandoedel]. In: NRC Handelsblad, 24-1-1992. |
Joyce Kammer, [over Allemachtig wat zijn die meiden prachtig]. In: Utrechts Nieuwsblad, 20-4-1995. |
Baukje Wytsma, [over De grote gevaren van Arno]. In: Leeuwarder Courant, 28-4-1995. |
Cathérine van Houts, [over De grote gevaren van Arno]. In: Het Parool, 19-9-1995. |
Joke Linders, [over Steffie]. In: Algemeen Dagblad, 19-7-1996. |
Heide Boonen, [over Steffie]. In: De Standaard, 22-8-1996. |
Lieke van Duin, [over De grote gevaren van Arno]. In: Trouw, 4-9-1996. |
Hanneke Leliveld, [over Steffie mist Bram]. In: de Volkskrant, 12-3-1999. |
Jan van Coillie, [over Steffie mist Bram]. In: Lee- |
| |
| |
sidee jeugdliteratuur, jaargang 5 (1999), nr. 6, blz. 246. |
Erick Kila, [over Stappen en stilstaan]. In: Goudsche Courant, 22-4-2000. |
Anita Wuestenberg, [over Stappen en stilstaan]. In: Leesidee jeugdliteratuur, jaargang 6 (2000), nr. 6, blz. 238. |
Marijke Umans, [over Wolf en Lam]. In: Klapper 2000, nr. 2, blz. 13. |
Casper Markesteijn, [over Lam is weg]. In: Leesidee jeugdliteratuur, jaargang 6 (2000), nr. 8, blz. 336. |
Annemie Leysen, Geestigheid voor beginners. In: De Morgen, 13-6-2001. [Over Stappen en stilstaan] |
Marita Vermeulen, Samen is minder alleen. In: De Standaard, 19-12-2002. [Over Hoe de wereld begon] |
Belle Kuijken, God is een meisje van een jaar of zes. In: De Morgen, 4-12-2002. [Interview n.a.v. Hoe de wereld begon en De warme dagen van Wolf en Lam] |
Hilde Debacker, [over Hoe de wereld begon en De warme dagen van Wolf en Lam]. In: Leesidee jeugdliteratuur, jaargang 9 (2003), nr. 2, blz. 58. |
Karin van Camp, [over Het schrift van Dries]. In: Leesidee jeugdliteratuur, jaargang 9 (2003), nr. 3, blz. 380. |
Chris Bucaen, [over Nel verft wat ze wil]. In de Leeswelp, jaargang 10 (2004), nr. 1, blz. 22-23. |
Karin van Camp, [over Hier is Diedier]. In: de Leeswelp, jaargang 10 (2004), nr. 3, blz. 103. |
Jan van Coillie, [over Als Diedier wil]. In: de Leeswelp, jaargang 11 (2005), nr. 9, blz. 338. |
Jeugdliterom
|
Verzamelde recensies en artikelen over Nederlandstalige jeugdliteratuur. De Jeugdliterom is te vinden in iedere openbare bibliotheek. |
Websites
|
www.leesplein.nl |
www.leopold.nl |
78 Lexicon jeugdliteratuur
oktober 2008
|
|