| |
| |
| |
Heleen Kernkamp-Biegel
door Hilly Appel
Foto: Marieke Verhaar
Helena Phyllis Maria Biegel werd geboren te Bussum op 10 juni 1922. Na haar schoolopleiding op de mms (Middelbare Meisjes School) deed ze de verpleegstersopleiding in het Emmakinderziekenhuis en Onze Lieve Vrouwe Gasthuis te Amsterdam, waar ze in 1945 haar diploma verpleging A behaalde.
Ze is als verpleegster werkzaam geweest in Nederland en Indonesië, waar ze in 1947 trouwde. Ze kreeg drie kinderen.
Omdat twee van de kinderen woordblind bleken, hield Heleen Kernkamp-Biegel zich intensief met deze handicap bezig. Een en ander leidde tot contacten met uitgeverijen. Van 1962 tot 1977 was ze medewerker van uitgeverij Ploegsma als ‘reader’, vertaler, bewerker en adviseur. Ze vertaalde ook voor enkele andere uitgeverijen.
Van 1963 tot 1973 zat ze in de redactie van de serie Blokboekjes (Ploegsma). Van 1977 tot 1978 was ze medewerker en redactielid van het Leesproject Oudere Jeugd (Gottmer). Van 1963 tot 1975 voerde ze de hoofdredactie over de serie De Wenteltrap (Wolters, later Wolters-Noordhoff), waarvoor ze later redactielid was. Verder werkte Heleen Kernkamp-Biegel mee aan de Streepjesboeken (Ploegsma) en Woordbeeld (Thieme). Samen met anderen bedacht ze de Ploegsma Leeswijzer, met zowel leestechnische avi-niveau) als inhoudelijke aanwijzingen over de bruikbaarheid van boeken. Ook was ze lid van de commissie (later werkgroep) Boeken voor geestelijk gehandicapten (nblc) en
| |
| |
de commissie Boeken voor moeilijk lezende kinderen.
Heleen Kernkamp-Biegel heeft een belangrijke rol gespeeld in de ontwikkeling van aangepaste lectuur voor moeilijk lezenden.
In 1981 (het jaar van de gehandicapten) kreeg ze de J.H. Gottmerprijs voor haar bijdrage aan de stimulering van het lezen (uitgereikt in 1982).
| |
Werk
Twee kinderen van Heleen Kernkamp-Biegel kregen op school het lezen niet onder de knie. Ze bleken erfelijk woordblind te zijn. Bij gebrek aan hulp van buitenaf ging Heleen Kernkamp zich in het verschijnsel woordblindheid of dyslexie verdiepen. Dit leidde in 1960 tot het bewerken van klassieke verhalen voor haar zoon.
Om erachter te komen waar precies de leesproblemen van dyslectische kinderen liggen, liep ze een tijd stage op diverse lom- en mok-scholen en zocht ze contact met het Pedotherapeutisch Instituut te Amsterdam. Ze toetste de bewerkte teksten telkens opnieuw in de praktijk en ontwikkelde zo een methode van tekstanalyse om boeken toegankelijk te maken voor ‘leesgehandicapten’.
Met een aantal strips van Marten Toonder experimenteerde Heleen Kernkamp-Biegel met typografie en lay-out. Na een periode van intensief werken en onderzoeken, benaderde ze uitgeverij Wolters. Daar werden de Olle Kapoen-strips uitgegeven en haar bewerking van de verhalen over Baron van Münchhausen. De avonturen van de Baron (deel 1, 2 en 3) was het eerste deel in een serie boeken voor kinderen met leesproblemen: De Wenteltrap.
Behalve met boeken voor moeilijke lezers houdt Heleen Kernkamp-Biegel zich bezig met kinderboeken voor de algemene markt. Voor uitgeverij Ploegsma vertaalde ze vele titels. Samen met Jannie Daane en Andries Oldersma vormde ze de redactie van de serie Blokboekjes voor beginnende lezers.
Halverwege de jaren zeventig kwam er steeds meer belangstelling voor de problemen van dyslectici en toen Heleen Kernkamp-Biegel in 1982 de J.H. Gottmerprijs kreeg uitgereikt, kwam een golf van publikaties over dit onderwerp op gang. De schrijfster zelf liet zich gelden in een aantal artikelen over het bewerken van boeken voor moeilijk lezenden. Ze beschrijft daarin aan welke specifieke criteria deze boeken moeten voldoen. Daarbij zijn drie elementen van wezenlijk belang: de leesstof moet boeiend zijn, de stijl helder (korte zinnen, niet te moeilijke woorden) en de bladspiegel rustig met een duidelijk lettertype, ruime regelafstand en smalle regelbreedte. ‘Dit soort bewerken’, schrijft Kernkamp-Biegel, ‘is eigenlijk een combinatie van vertalen, omzetten en opnieuw schrijven,
| |
| |
waardoor de inhoud van een boek - met behoud van het eigene - in een vorm gemodelleerd wordt, die moeilijke lezers wél “verstaan”.’ Een gevaar daarbij is, dat door de korte zinnen de taal onnatuurlijk wordt. De auteur wijst daarop en stelt nadrukkelijk dat je voor kinderen met leesproblemen de beste taal moet geven die je hebt.
Na vele vertalingen en bewerkingen maakte Heleen Kernkamp-Biegel in 1982 haar debuut als schrijfster met Gappen. Haar tweede boek, Een paard als Tienie, verscheen in 1984.
| |
Gappen
Gappen is het verhaal van de elfjarige Jan, die het thuis niet zo gemakkelijk heeft. Zijn vader dreigt werkloos te worden, moeder heeft een baan die haar veel moeite kost en er zijn veel ruzies. Tot overmaat van ramp ligt Jans beste vriend Bart in het ziekenhuis, waar hij hem trouw elke dag bezoekt.
Als de fiets van Jan stuk gaat, kan hij Bart niet bezoeken. Om de fietsenmaker te kunnen betalen, gapt Jan vijfentwintig gulden uit moeders portemonnee en dan komt hij pas goed in de problemen. Hij voelt zich rot over het stelen, maar durft het niet op te biechten. Na allerlei gebeurtenissen vertelt hij ten slotte thuis het hele verhaal en komt alles goed.
Gappen is een boekje uit de Wenteltrap-reeks. ‘Elk woord is gewikt en gewogen’, schrijft recensente Wieke Goeman-van Randen. ‘De wijze
Illustratie van Elice Kernkamp uit Gappen
waarop zinnen achter elkaar aan komen, roept heel snel geladenheid op. Je voelt dat er iets gaat gebeuren en daarmee is de lezer in de ban van het boek.’ Heleen Kernkamp-Biegel voldoet daarmee aan haar eigen criterium dat leesstof voor moeilijk lezenden boeiend moet zijn.
Dat het verhaal kinderen inderdaad kan boeien, blijkt uit het oordeel van diverse kinderjury's die Gappen als beste boek van 1983 kozen.
Na alle bewerkingen van klassieken schreef Kernkamp-Biegel zelf een hedendaags probleemverhaal met een heel andere sfeer, maar met dezelfde zorgvuldige soberheid die de boeken zo leesbaar maakt voor kinderen met leesproblemen.
| |
| |
| |
Waardering
Doordat Heleen Kernkamp-Biegel voor een specifieke doelgroep schrijft, kijken critici op een bepaalde manier naar haar boeken. Een enkele recensent wie de bedoeling ontgaat van een boek als Avonturen van de Baron noemt het zuinig ‘leesbare en aardig geïllustreerde lectuur’, maar vindt de schrijftrant ‘kinderlijk op het kinderachtige af’.
In de meeste besprekingen van zowel de bewerkingen als de eigen verhalen van Heleen Kernkamp-Biegel, wordt een grote waardering uitgesproken voor haar vakmanschap. ‘Ze heeft haar sporen verdiend met het op meer dan voortreffelijke wijze toegankelijk maken van klassieke boeken voor deze kinderen,’ schrijft Goeman-van Randen in de Leeuwarder Courant. ‘Sober’ en ‘boeiend’ zijn telkens terugkerende woorden waarmee de boeken van Heleen Kernkamp-Biegel getypeerd worden. Critici beschouwen haar werk als stimulerend en aantrekkelijk voor minder goede lezers.
| |
Bibliografie
Kinderboeken en -verhalen
|
Een ongewone kerstverrassing. In: Het licht schijnt overal. Amsterdam, Ploegsma, 1964, blz. 29-35. |
Kerstmis-wegwijzer. In: Het licht schijnt overal. Amsterdam, Ploegsma, 1969, blz. 46-47. |
Gappen. Met illustraties van Elice Kernkamp. Groningen, Wolters-Noordhoff, 1982. (Serie De Wenteltrap) |
Een paard als Tienie. Met illustraties van Elice Kernkamp. Zutphen, Thieme, 1984. (Serie Woordbeeld) |
Bewerkingen
|
Reisverhalen (De avonturen van de Baron 1). Met illustraties van Mance Post. Groningen, Wolters-Noordhoff, ca. 1964. (Serie De Wenteltrap) |
Mijn paard Lito (De avonturen van de Baron 2). Met illustraties van Mance Post. Groningen, Wolters-Noordhoff, ca. 1964. (Serie De Wenteltrap) |
Verhalen over de jacht (De avonturen van de Baron 3). Met illustraties van Mance Post. Groningen, Wolters-Noordhoff, ca. 1964. (Serie De Wenteltrap) |
Het schateiland. Een oud verhaal van R.L. Stevenson. Met illustraties van P. van Boxsel. Groningen, Wolters-Noordhoff, ca. 1964. (Serie De Wenteltrap) |
Kapitein Nemo. Een verhaal van Jules Verne. Met illustraties van Elice Kernkamp. Groningen, Wolters-Noordhoff, 1973. (Serie De Wenteltrap) |
Pinokkio. Een verhaal. Groningen, Wolters-Noordhoff, 1980. (Serie De Wenteltrap) |
Alleen op de wereld. Groningen, Wolters-Noordhoff, 1980. (Serie De Wenteltrap; 2 delen) |
Marten Toonder, Tom Poes en de dropslaven. Groningen, Wolters-Noordhoff, 1981. Van dezelfde auteur bewerkte Heleen Kernkamp-Biegel Tom Poes en de pruikenmaker (herdr. 1981) en Tom Poes in de Middeleeuwen (herdr. 1981). |
Avonturen van Baron van Münchhausen. Met illustraties van Annemarie van Haeringen. Groningen, Wolters-Noordhoff, 1983. (Serie De Wenteltrap) |
Robinson Crusoë. Een verhaal van Daniël Defoe. Met illustraties van Elice Kernkamp. Groningen, Wolters-Noordhoff, 1983. (Serie De Wenteltrap) |
| |
| |
Artikelen
|
Het bewerken van boeken voor moeilijk lezenden. In: Resonans, jaargang 13 (1980), nr. 4, blz. 12-14. |
Leren lezen; een weg bezaaid met distels en doornen. In: Speciaal onderwijs, jaargang 55 (1982), nr. 6, blz. 170-175. |
Moeilijk lezen: een onzichtbare handicap. In: En nu over jeugdliteratuur, jaargang 9 (1982), nr. 4, blz. 165-166. |
Woordblindheid - een modewoord? In: De Pijler, jaargang 9 (1982), nr. 2, blz. 9-11. |
Onbegrijpelijke fouten. In: Onze taal, jaargang 52 (1983), nr. 9, blz. 101-103. |
Woordblindheid? Dat komt bij ons nooit voor... In: PCO magazine, jaargang 9 (1983), nr. 4, blz. 12-15. |
Schrijven voor moeilijke lezers. In: Jeugdboekengids, jaargang 29 (1987), nr. 5, blz. 153-160. |
Over Heleen Kernkamp-Biegel
|
Fred Lammers, De grote opdracht van Heleen Kernkamp. In: Trouw, 1-3-1982. |
Herman Verschuren, J.H. Gottmerprijs. In: En nu over jeugdliteratuur, jaargang 9 (1982), nr. 4, blz. 165. |
Jessica Voeten, Wie niet leest is gek; ‘kern-nederlands’ als remedie tegen woordblindheid. In: NRC Handelsblad, 4-3-1982. |
E. Lockhorn, Dit jaar gaat de Gouden Margriet naar Heleen Kernkamp. In: Margriet, 28-1-1983. |
H. van Amsterdam, Woordblind, maar niet stom. In: Algemeen Dagblad, 8-1-1983. |
P. Mooren en G. Zije, ‘Wat je deze kinderen moet geven is de beste taal die je hebt’. In: En nu over jeugdliteratuur, jaargang 12 (1985), nr. 6. |
Ria de Schepper, Heleen Kernkamp-Biegel. In: Jeugdboekengids, jaargang 29 (1987), nr. 3. |
Documentatie auteurs en illustratoren van jeugdboeken, knipselkrant jeugdliteratuur, jaargang 10 (1986), nr. 1. Den Haag, NBLC (wordt regelmatig bijgewerkt). |
31 Lexicon jeugdliteratuur
februari 1993
|
|