| |
| |
| |
Mark Janssen
door Joke Bellemans
Mark Janssen is op 24 juli 1974 geboren in Eijsden (Limburg). In 1997 studeerde hij af aan de Academie voor Beeldende Kunsten in Maastricht, afdeling Visuele Communicatie, richting Illustratie. Hij kreeg daar les van onder anderen Willemien Min en leerde er zijn latere vrouw, de illustratrice Suzanne Diederen kennen. Janssen illustreert zowel voor kinderen als voor volwassenen. Voor de laatste groep voornamelijk in kranten en magazines, voor kinderen in jeugdtijdschriften en boeken. Daarnaast maakt hij vrij werk, grote schilderijen in rustige kleuren. Zijn illustraties werden tweemaal geselecteerd voor een expositie van de prestigieuze Biennal of Illustrations in Bratislava. In 2003 ging het om tekeningen uit Een steen, en wat voor een! (2002) en in 2005 om illustraties uit het prentenboek Jacobus (2004).
| |
Werk
Mark Janssen heeft als illustrator een grote ontwikkeling doorgemaakt. Ieder jaar wordt er meer werk van hem uitgegeven, met name door Zwijsen. Voor deze uitgeverij illustreert hij zowel verhalen voor beginnende lezers als voor oudere kinderen. Zijn eerste opdracht kreeg Janssen in het jaar dat hij afstudeerde. Lemniscaat vroeg hem Mijn vriend de sjeik (1997) van Ulf Stark te illustreren. De zwartwit-tekeningen (pen en inkt voor de contouren en verder potlood) zien er heel anders uit dan de illustraties in bijvoorbeeld In het moeras (2001) van Henk van Kerkwijk. Voor dit boek gebruikte Janssen aquarel, aangevuld met accenten in andere technieken: de ene keer een stukje effen papier, dan weer potloodstrepen of -krullen. De figuren zijn veel strakker vormgegeven dan die in Mijn vriend de sjeik.
| |
| |
Uit Mijn vriend de sjeik van Ulf Stark
In Het verloren zwaard (2000) van Hans Petermeijer gebruikte Mark Janssen voor de paginavullende zwart-wit-illustraties dezelfde materialen als voor Mijn vriend de sjeik, maar hij paste die op een totaal andere manier toe. De illustraties zijn hier in een kader geplaatst en de contrasten tussen zowel voor- en achtergrond als tussen donkere en lichte vlakken zijn sterker dan in Mijn vriend de sjeik. Met name door dit laatste ontstaat een spanning die nauw aansluit bij de geheimzinnige sfeer van het verhaal.
In dit alles ligt voor een belangrijk deel de visie van Mark Janssen besloten: hij zoekt steeds naar nieuwe mogelijkheden en laat zich daarbij leiden door het verhaal. De laatste jaren gebruikt hij meestal aquarel voor de figuren en (dekkende) acrylverf voor de achtergrond. Deze is vaak in felle, egale kleurvlakken weergegeven. Het geheel wordt dikwijls gecombineerd met stukken papier, waarop soms strakke potloodlijnen staan, bijvoorbeeld voor bomen. Door de sterke contrasten roept het resultaat associaties op met een toneeldecor. Kenmerkend voor de gezichten die Mark Janssen tekent, zijn de liploze monden en neuzen die vaak uit een enkel, vrijwel horizontaal lijntje bestaan. Of anders een soort wipneusje. Ook opvallend is, met name in het latere, meer gestileerde werk, dat de armen polsloos in handen overgaan. Details zijn overbodig geworden.
Janssen heeft een voorkeur voor cirkels. In veel boeken komen die terug als decoratief element. In het door hemzelf geschreven prentenboek De grote verrassing (2002), gemaakt met overwegend zachte kleuren, lijken de figuren tot leven gekomen knuffels. De illustraties in Jacobus (2004, met tekst van Steven Pont), over een stinkdier dat ontdekt dat hij bijzonder is, zijn feller van kleur. Ook in De koning en zijn schat
| |
| |
(2005), een prentenboek van Eric van Os & Elle van Lieshout, gebruikt Janssen veel pittige kleuren. Het verhaal, over een vergeetachtige koning die door zijn dochter steeds bijgestuurd moet worden, bood de illustrator veel vrijheid en daar maakte hij dankbaar gebruik van. Dat leidde tot humoristische tekeningen, zoals op de illustraties van de koning die samen met de prinses uit de bakjes van de huisdieren zit te eten.
| |
De grote verrassing
Het jongetje Job woont in een hoge toren. Op een dag gaat hij samen met Douzou, een soort olifant, op pad om zijn vriend Siem te bezoeken. Ze ondervinden onderweg veel tegenslagen, waarbij telkens iets verloren gaat: Jobs muts waait weg, op de wiebelige brug gaat zijn verrekijker verloren en in het donkere bos raakt hij zijn lantaarn kwijt. Als Job bij zijn vriend aankomt, heeft hij gelukkig de grote verrassing voor Siem nog: een hoge paal met een platform waarop Siem kan zitten als hij naar Job wil zwaaien, wanneer deze op zijn eigen uitkijkpost zit.
Het verhaal wordt verteld in korte zinnen. De illustraties tonen een bonte mix van opmerkelijke figuren, die iets weg hebben van ruimtewezens, met in hun midden de vrolijke Job. Vanuit wisselend perspectief volgt de kijker Job op zijn onfortuinlijke reis. De illustraties zijn gemaakt in aquarel in zachte tinten.
Uit Het verloren zwaard van Hans Petermeijer
| |
Waardering
In het juryrapport van het Charlotte Köhler Stipendium 2002, dat in dat jaar naar Yvonne Jagtenberg ging, schrijft Ted van Lieshout: ‘We hebben kunnen zien dat het gloeit, groeit en bloeit in de wereld van het prentenboek.’ Hij noemt enkele jonge kunstenaars die ieder op eigen wijze opvallen door allerlei combinaties van eigenheid, virtuositeit en speelsheid, onder wie Mark Janssen. Jant van der Weg meldt het feit dat Job in De grote ver-
| |
| |
rassing onderweg telkens iets verliest en schrijft dan: ‘Door dit afvalaspect is een aardig verhaal ontstaan, dat op enigszins absurdistische, aansprekende wijze is geïllustreerd’ (Friesch Dagblad). Jan van Coillie is vooral lovend over de illustraties in De grote verrassing, over inhoud en taalgebruik is hij minder enthousiast.
Ook Janssens fantasie wordt geprezen. Bert Van Molle schrijft in De Morgen: ‘Vooral Mark Janssen slaagt er in het boekje Wat doet een heks? in de heksfiguur vormen te geven die gegarandeerd stevig voedsel zullen zijn voor ons aller kinderfantasie.’
| |
Bibliografie
Door Mark Janssen geschreven en geïllustreerd
|
De grote verrassing. Amsterdam, Hillen, 2002. |
Geïllustreerd door Mark Janssen (selectie)
|
Ulf Stark, Mijn vriend de sjeik. Rotterdam, Lemniscaat, 1997. |
Martine Letterie, De leeuw is los! Tilburg, Zwijsen, 1998. (Spetter) |
Bies van Ede, Het verboden bos. Tilburg, Zwijsen, 1999. (Bizon) |
Wouter Klootwijk, De vergeten spoorlijn. Tilburg, Zwijsen, 1999. (Spetter) |
Kolet Janssen, Samen met Sander. Leuven, Davidsfonds/Infodok, 2000. |
Hans Petermeijer, Het verloren zwaard. Tilburg, Zwijsen, 2000. (Zoeklicht) |
Bette Westera, Wat doet een heks? Amsterdam, Hillen (i.s.m. Davidsfonds/Infodok), 2000. |
Roswitha Wiedijk, Verdwaald in een film. Tilburg, Zwijsen, 2000. (Bolleboos) |
Kolet Janssen, De weg naar school. Leuven, Davidsfonds/Infodok, 2001. |
Martine Letterie, De tweelingclub. Tilburg, Zwijsen, 2001. (Spetter) |
Hans Petermeijer, Draken op internet. Tilburg, Zwijsen, 2001. (Zoeklicht) |
Els Rooyers, Benno bijt nooit. Tilburg, Zwijsen, 2001. (Bolleboos) |
Marita de Sterck, Daar gaat mijn tak. Tilburg, Zwijsen, 2001. (Estafette) |
Karel Verleyen, De dromendief. Leuven, Davidsfonds/Infodok, 2001. |
Ibis, Een steen, en wat voor een! Tilburg, Zwijsen, 2002. (Pardoes de tovenaar) |
Jac Linders, Beste koning. Leuven, Davidsfonds/Infodok, 2002. |
Hans Petermeijer, Potvis op het strand! Tilburg, Zwijsen, 2002. (Zoeklicht) |
Hans Petermeijer, Tijl Uilenspiegel. Tilburg, Zwijsen, 2002. (Wachtwoord) |
Lydia Rood, Assepoester en zoon. Tilburg, Zwijsen, 2002. (Spetter) |
Karel Verleyen, Nina's neusje. Leuven, Davidsfonds/Infodok, 2002. |
Kolet Janssen, Zullen we ruilen? Assen. Maretak, 2003. |
Hans Petermeijer. Big vermist. Tilburg, Zwijsen, 2003 (Zoeklicht) |
Hans Petermeijer, Complot in de kathedraal. Tilburg, Zwijsen, 2003, (‘Toen... in de tijd van’) |
Tais Teng, Duizend eilanden ver. Baarn, De Fontein, 2003. (Dossier gesloten) |
Sanne de Bakker, De kleine Mozart op wereldreis. Amsterdam, Van Goor, 2004. |
Lieneke Dijkzeul, Dat kan ik ook. Tilburg, Zwijsen, 2004. (Maantjes) |
Lieneke Dijkzeul, Wat ben ik? Tilburg, Zwijsen, 2004. (Maantjes) |
Marcel van Driel, Straatwijs. Tilburg, Zwijsen, 2004. (Wachtwoord) |
Dita, De koning wil een kindje. Voorschoten, De Vier Windstreken, 2004. |
Jan Heerze, Het zwarte raadsel. (alleen binnenwerk), Baarn, De Fontein, 2004. |
| |
| |
Henk Hokke, Avontuur op de heksenroute. Assen, Maretak, 2004. |
Gerda van Erkel, Nachtvlinders. Leuven, Davidsfonds/Infodok, 2004. |
Ibis, R...ik...Rik! Tilburg, Zwijsen, 2004, (Maanroos-vis-samenleesboek) |
Henk van Kerkwijk, De neus. Tilburg, Zwijsen, 2004. (Wachtwoord) |
Hans Kuyper, Baas Buik is moe. Tilburg, Zwijsen, 2004. (Raketjes) |
Hans Kuyper, Mis, Rik, mis! Tilburg, Zwijsen, 2004. (Raketjes) |
Dirk Nielandt, Mam, waar ben je? Tilburg, Zwijsen, 2004. (Zoeklicht) |
Erik van Os en Elle van Lieshout, Ik kan niks. Tilburg, Zwijsen, 2004. (Maantjes) |
Bill Richardson, Terug naar Hamelen. Hasselt/Amsterdam, Clavis, 2005. |
Steven Pont, Jacobus. Amsterdam, Van Goor, 2004. |
Anne West, De aardmagiër. Baarn, Piramide, 2004. (De macht van het zwaard) |
Anne West, De watermagiër. Baarn, Piramide, 2004. (De macht van het zwaard) |
Marcel van Driel, Help, Katman, help! Tilburg, Zwijsen, 2005. (‘Het leven van...’) |
Marcel van Driel, Straatwijs. Tilburg, Zwijsen, 2005. (Wachtwoord) |
Bies van Ede, De laatste elf. Tilburg, Zwijsen, 2005. (Wachtwoord) |
Maria van Eeden, Marleen. Tilburg, Zwijsen, 2001. (Maantjes) |
Dirk Nielandt, De bende van Stijn. Tilburg, Zwijsen, 2005. (Zoeklicht) |
Eric van Os & Elle van Lieshout, De koning en zijn schat. Amsterdam, Gottmer, 2005. |
Rian Visser, Het geheim van juf Petra. Hasselt/Amsterdam, Clavis, 2005. (Samenleesboek) |
Rian Visser, een streep op papier. Hasselt/Amsterdam, Clavis, 2005. (Robijnreeks) |
Monique van der Zanden. De bloedsteen, Baarn, Piramide, 2005. |
Over Mark Janssen
|
Catharien Romijn, Verstilde dromen op papier: de fantasiewereld van kinderboekenillustrator Mark Janssen. In: Limburgs Dagblad, 1-10-1997. |
Bert Van Molle, [Over Wat doet een heks]. In: De Morgen, 2-8-2000. |
Jant van der Weg, Het is zomer, ook in jeugdboekenland. In: Friesch Dagblad, 10-7-2002. [Over De grote verrassing] |
Jan van Coillie, [Over De grote verrassing]. In: Leesidee jeugdliteratuur jaargang 8 (2002), afl. 8, blz. 327-328. |
Websites
|
www.mark-janssen.nl |
www.leesplein.nl |
71 Lexicon jeugdliteratuur
juni 2006
|
|