| |
| |
| |
John Green
door Ria De Schepper
Foto © Ton Koene
John Green werd op 24 augustus 1977 geboren in Indianapolis (Indiana, Verenigde Staten). Kort na zijn geboorte verhuisde het gezin naar de staat Alabama. Green bezocht een kostschool in Birmingham en voltooide zijn studies Engels en godsdienstwetenschappen in 2000 in Kenyon College, Ohio. Aanvankelijk wilde hij priester worden in de Anglicaanse kerk. Sinds 2001 recenseert hij onder meer voor Booklist en The New York Times Book Review. Hij schrijft ook voor verschillende radioprogramma's. In 2005 publiceerde hij zijn eerste boek Looking for Alaska (Het Grote Misschien), dat goed ontvangen werd en bekroond met de Michael L. Printz Award. In de VS kennen zijn boeken oplagen van honderdduizenden exemplaren. Ze verschijnen in diverse landen in vertaling. Van april tot juni 2011 verbleef Green als Writer in Residence in Amsterdam, waar hij werkte aan The Fault in Our Stars. De Nederlandse vertaling van deze roman, Een weeffout in onze sterren kreeg de Dioraphte Jongerenliteratuurprijs 2013 voor het beste vertaalde boek en de publieksprijs.
John Green is niet alleen populair als schrijver van adolescentenromans. Hij behoort ook tot een groep jonge Amerikaanse auteurs die heel actief is op internet. In 2007 besloten hij en zijn jongere broer Hank een jaar lang niet meer schriftelijk met elkaar te communiceren. Dit leidde tot het videoblogproject Brotherhood 2.0, waarin ze elkaar videoboodschappen via YouTube stuurden. Het leverde hen een grote
| |
| |
schare fans op, die zichzelf ‘nerdfighters’ noemen.
| |
Werk
John Green schrijft adolescentenromans met een intellectuele toets. De sfeer van zijn verhalen is uitgesproken Amerikaans, maar de jonge personages zijn heel herkenbaar. Geïnspireerd door zijn opleiding godsdienstwetenschappen beschrijft Green graag de onzekerheid en de levensvragen waarmee jongeren worstelen. Hij heeft een voorkeur voor welbespraakte slimmeriken en voor nerds die goed zijn in wiskunde of een vreemde hobby hebben, zoals het verzamelen van anagrammen of laatste woorden van beroemdheden. Zijn personages houden vaak ook van filosoferen of van literatuur. Diepzinnige gesprekken en het zoeken naar zingeving wisselt Green moeiteloos af met absurde voorvallen en komische situaties.
Voor de situering en de personages in Het Grote Misschien liet Green zich leiden door jeugdherinneringen. De zestienjarige Miles Halter vindt in zijn rustige leventje in Florida te weinig uitdagingen en kiest ervoor om naar Culver Creek te gaan, een kostschool in Alabama. Hij is op zoek naar ‘het Grote Misschien’, een begrip dat hij ontleent aan de laatste woorden van de dichter Rabelais. Miles is ambitieus en onzeker tegelijk. Hij komt terecht in een bont gezelschap van rijkeluiskinderen en inwonende beursstudenten. Kamergenoot Chip Martin - ‘de Kolonel’ genoemd - kent het reilen en zeilen op school en introduceert Miles in zijn vriendenclubje. Het kostschoolleven is een kwestie van zich profileren in de groep. Dit gaat gepaard met stoer gedrag, bizarre stunts, roken en drinken, het voeren van verheven gesprekken en een fascinatie voor de andere sekse. Miles voelt zich aangetrokken tot de mooie, excentrieke Alaska op wie niemand echt vat krijgt. Net als hij denkt een kans te maken bij Alaska, gooit haar tragische dood zijn leven grondig overhoop.
Green beschrijft de relaties, gevoelens en bezigheden van jongeren die op een besloten schoolcampus leven. Ze willen uitbreken, hun grenzen verkennen en opvallen door hun gedrag. Maar tegelijk willen ze slagen voor de examens en niet van school worden gestuurd. De opbouw van het verhaal is origineel. De droevige gebeurtenis halverwege het boek staat centraal. De lezer volgt de belevenissen van Miles als ik-figuur vanaf dag 136 tot dag 1 vóór Alaska's dood en vanaf dag 1 tot dag 136 erna. Vooral in het tweede deel, tijdens het verwerkingsproces, wordt het verhaal soms nadrukkelijk beschouwend. Miles is verzot op de colleges levensbeschouwing, waarin de dood in de verschillende wereldgodsdiensten onder de loep genomen wordt. Via zijn werkstuk voor dit vak wil Miles vat krijgen op de tragische dood van Alaska. Wie
| |
| |
was Alaska eigenlijk en hebben haar vrienden schuld aan het drama? Het boek is grappig, heftig en avontuurlijk maar stelt ook vragen over zingeving, weerbaarheid, vriendschap en verliefdheid. Miles gaat van huis met veel idealen. Dat de realiteit anders uitpakt dan verwacht, maakt deel uit van zijn groeiproces.
In 19 keer Katherine behaalt wonderkind Colin Singleton zijn highschooldiploma en wordt hij voor de negentiende keer gedumpt door een meisje met de naam Katherine. Samen met zijn vriend Hassan maakt Colin een roadtrip door de Amerikaanse staat Alabama. Ze belanden in het onooglijke plaatsje Gutshot waar Hollis Wells en haar dochter Lindsey hen logies en een baantje aanbieden. De bizarre ontmoetingen en gebeurtenissen die volgen, brengen het tweetal op het spoor van wie ze zijn en van wat belangrijk is in het leven. Op een originele manier bespeelt Green thema's als puberteit, liefde en het ontdekken van identiteit en eigenwaarde. Met Colin, Hassan en Lindsey - respectievelijk de nerd, de levensgenieter en het op het eerste gezicht domme grietje - zet Green doorleefde en grappige personages neer. Door de vriendschap tussen de Afro-Joodse Colin en de islamitische Hassan benadrukt hij ook het gewone van het ongewone, zeker in een zuidelijke staat als Alabama.
Colin is een kei in anagrammen
Omslag 19 keer Katherine
en talen. Hij wil beroemd worden en met een Katherine trouwen, maar de kans dat die wensen uitkomen is klein. Hij probeert zijn liefdesverdriet en ontgoocheling te overwinnen door een theorema te ontwikkelen dat liefdesrelaties kan voorspellen. Het gefilosofeer en wiskundig denken van Colin is gevat in vaak ironische beschrijvingen en dialogen. Het verhaal is lichtvoetig, soms zelfs hilarisch, en doorspekt met nutteloze weetjes die de wereldvreemdheid van Colin onderstrepen.
Paper towns. Waar is Margo Roth Spiegelman? speelt zich af in Florida. Vanaf het moment dat ze als negen- | |
| |
jarige kinderen een lijk in het park ontdekten, is Quentin - kortweg Q - gefascineerd door zijn buurmeisje Margo Roth Spiegelman. Wanneer hun eindexamen van de highschool in zicht is, neemt Margo hem mee op een bizarre tocht door de stad, waarin ze iedereen die haar dwars heeft gezeten op een verrassende manier straft. De volgende dag is ze verdwenen. Q start een intensieve zoektocht naar Margo. Fragmenten uit Leaves of Grass van Walt Whitman dienen als leidraad in de roman. Ze zijn het enige aanknopingspunt dat Margo achterliet. De titel Paper Towns verwijst naar deze dichtbundel en de ontraadseling van de betekenis ervan leidt tot een verrassende climax.
Green bouwt het verhaal langzaam op, met een ongewoon begin, een flitsende nachtelijke citytrip en een minutieuze zoektocht naar de mogelijke schuilplaats van Margo, gevolgd door een roadtrip van vier vrienden om haar te vinden. Net als in eerdere boeken van Green is de hoofdfiguur in de ik-vorm aan het woord. Green schetst ook hier met humor de relaties tussen jongeren. Het zijn opnieuw highschoolnerds, vooral Q's vriend Radar die dag en nacht de lemma's van een soort Wikipedia bijwerkt. Ze gaan schijnbaar moeiteloos en vrolijk door het leven, maar ze hebben meer diepgang dan op het eerste gezicht lijkt. Af en toe wisselen dialogen en beschrijvingen af met bespiegelingen of ironische beschouwingen. De zoektocht naar Margo brengt Q tot het inzicht dat hij haar nooit echt heeft gekend. Tegelijk bijt Q zich voor het eerst hardnekkig vast in een probleem en wordt de zoektocht naar Margo voor hem een ‘coming of age’-proces waardoor hij niet langer een timide, aarzelende jongen is.
Will Grayson, Will Grayson is een adolescentenroman waarin twee jongeren met dezelfde naam relaties aangaan en hun seksualiteit ontdekken. Green schreef de oneven hoofdstukken over Will en zijn homoseksuele vriend Tiny. Will is van nature een zwijgzame denker die probeert afstand te houden om problemen te vermijden. Hij is verliefd op Jane, maar houdt de boot voorlopig af. In de even hoofdstukken, geschreven door David Levithan, is de andere Will Grayson een depressieve jongeman die verliefd is op zijn internetvriend Isaac. Bij een afspraak blijkt dat Isaac niet bestaat. Will ontmoet de joviale Tiny en ze beginnen een relatie. Tiny is monumentaal van gestalte, grappig en extrovert. Hij wordt de spilfiguur in de vriendschappen en relaties van de twee naamgenoten. Voor beiden is Tiny een katalysator in hun groeiproces als jongvolwassene.
De beide Will Graysons - de ene hetero-, de andere homoseksueel - hebben weinig vrienden en gaan moeizaam relaties aan. Ze piekeren en hullen zich vaak in stilzwijgen,
| |
| |
maar dat helpt hen niet vooruit. Relaties aangaan is een kwestie van risico's nemen en tegenslagen kunnen incasseren. Geleidelijk ontdekken de naamgenoten dat alleen liefde gebaseerd op waarheid, stand kan houden. Het dagelijks leven van beide jongens wordt gedetailleerd beschreven. De introductie van de personages neemt tijd in beslag, maar als ze elkaar eenmaal hebben ontmoet, komt het verhaal in een stroomversnelling. De roman is strak gecomponeerd met diverse verhaallijnen rondom de hoofdpersonages, zowel in het echte leven als in de autobiografische musical over de liefde die Tiny schrijft en regisseert. De uitbundige opvoering van de musical vormt een romantische apotheose over vriendschap en liefde. De auteurs hanteren verschillende schrijfstijlen met geloofwaardige jongerentaal: Green luchtig en bedachtzaam, vol meanderende zinnen, Levithan direct; gevat in gedachtestromen en zinnen zonder hoofdletters. Beiden slagen erin de zielenroerselen van hun Will Grayson treffend te verwoorden.
In de boeken van Green staat vriendschap onder jongeren en de liefdesrelaties die ze aangaan, of willen aangaan voorop. Vaak zijn de personages onzeker, bang om zich open te stellen voor de ander. Ze analyseren nauwgezet hun eigen handelen en proberen dat van hun tegenspelers in te schatten. Vaak ontdekken ze dat ze de anderen niet goed kennen en dat die evenzeer onzeker zijn of geheimen hebben. Pas als ze eerlijk zijn en de waarheid onder ogen durven zien, kunnen ze vooruit met hun leven. Greens personages zijn stadsjongeren, intelligent en ad rem in hun gesprekken. De humoristische, filosofische en laconieke dialogen vormen de kern van zijn schrijverschap. Hij daagt zijn lezers uit met intelligente personages, die net als zij zoekend zijn. De boeken zijn meestal geschreven vanuit het standpunt van jongens. Voor hen lijken meisjes vaak zelfverzekerd, sexy, mysterieus en ondoorgrondelijk. De structuur van de verhalen is steeds doordacht. Door een autorit, een reis of een speurtocht brengt Green vaart in de verhalen. In Een weeffout in onze sterren brengt een reis naar Amsterdam een ommekeer teweeg die tragische gevolgen heeft. Het lijkt erop dat hoe groter de levensvragen zijn in Greens boeken, hoe sterker zijn verhalen worden. Green is een man met een missie. Hij heeft steeds een boodschap in zijn verhalen, maar zonder prekerig te worden. Via zijn boeken en zijn blogs bereikt hij een grote groep trouwe fans.
| |
Een weeffout in onze sterren
Hazel Grace Lancaster heeft schildklierkanker. Dankzij een nieuw medicijn en de hulp van een beademingsapparaat dat ze overal meezeult, is ze inmiddels 17 jaar geworden. Haar
| |
| |
contacten met leeftijdgenoten beperken zich tot een praatgroep met lotgenoten, waar ze met tegenzin naartoe gaat. Als ze Augustus Waters ontmoet, klikt het meteen. Hij heeft botkanker gehad, verloor daardoor een been, maar is blijkbaar genezen. Ze worden verliefd op elkaar. Omdat hun liefde geen toekomst heeft, houdt Hazel de boot af. Ze dweept met Een vorstelijke beproeving, een boek van een Nederlandse schrijver dat midden in een zin abrupt eindigt. Hazel wil weten hoe het verder gaat en heeft er zo veel vragen over dat ze de schrijver wil ontmoeten. Wanneer ze met Augustus naar Amsterdam reist, nemen hun levens een tragische wending.
Zowel Hazel als Augustus is geloofwaardig getypeerd. Het zijn moderne jongeren die willen genieten en lachen. Ze filosoferen over het leven en de toekomst, ook al is die beperkt. Green schrijft in deze roman voor het eerst vanuit het standpunt van een meisje. Hazel is intelligent en humoristisch. Opvallend zijn haar beschouwende capaciteiten. Ze stelt indringende vragen bij de ongemakken, de hevige pijnen en de zin van leven met een ongeneeslijke ziekte. Het boek staat op een realistische, eerlijke manier stil bij de vergankelijkheid van het leven en de zingeving ervan, ook als alles uitzichtloos lijkt. De relatie tussen Hazel en haar ouders is ontroerend en realistisch getypeerd. Green beschrijft de tragische gebeurtenissen met zin voor humor, scherp maar gevoelvol, zonder te vervallen in sentimentaliteit. Ondanks de zware thematiek is deze roman niet deprimerend omdat Green de liefde en de levensdrang van twee bijzondere jongeren zo gevat beschrijft.
Green werkte aan Een weeffout in onze sterren toen hij in 2011 in Amsterdam verbleef. Een aantal elementen verwerkte hij in zijn roman: de trip naar Amsterdam, stad van vrijheid met zijn grachten en het Anne Frankhuis. In een interview met Joukje Akveld voor het tijdschrift Lezen vertelt hij: ‘Ik probeer dit verhaal al te schrijven sinds ik tijdens mijn studie als aalmoezenier in een ziekenhuis met terminaal zieke kinderen werkte. Dat werk vervulde me met gevoelens van boosheid en hopeloosheid, maar dat was niet wat ik in een boek wilde uitdragen. Het heeft een tijd geduurd voor ik me realiseerde dat het leven niet lang hoeft te zijn om waardevol te zijn.’
In zijn roman onderzoekt Green ook de relatie van een meisje met haar lievelingsboek. Hazel wil absoluut van schrijver Peter van Houten horen hoe het in zijn roman afloopt met een jonge kankerpatiënte. De ontmoeting is een teleurstelling voor Hazel, maar haar drang zegt iets over de manier waarop lezers met een lievelingsboek omgaan. Ze beleven het verhaal als echt gebeurd, omdat het iets voor hen betekent.
| |
| |
| |
Waardering
Algemeen is er grote waardering voor het werk van John Green. Zijn herkenbare personages, zijn humor, filosofische beschouwingen en gevatte dialogen worden vaak geprezen.
Volgens Jen de Groeve is Het Grote Misschien ‘een knap uitgewerkte adolescentenroman die geregeld stilistische en intellectuele hoogstandjes laat zien zonder aan overdaad te lijden’ (De Leeswelp). Pjotr van Lenteren vindt dat Green geestig schrijft en dat zijn personages ‘uitermate geloofwaardig’ zijn. ‘Dankzij heerlijk botte intellectuelenhumor leest deze jongerenroman als een trein’ (de Volkskrant).
Karel Berkhout noemt 19 keer Katherine ‘een road novel met een ultrakorte autorit, vol getob met identiteit en lotsbestemming en vol hilarische scènes’ (NRC Handelsblad). Judith Eiselin vindt het een vitaal boek. ‘Het is springerig en heeft absurde trekjes.’ Zij wijst ook op de gelijkenis met Greens debuut: ‘Hij hanteert een zelfde toon en introduceert opnieuw een eenzelvige, wereldvreemde maar innemende hoofdpersoon met een eigenaardige hobby’ (NRC Handelsblad).
Pjotr van Lenteren waardeert in Paper Towns. Waar is Margo Roth Spiegelman? het wonderlijke tempo en de merkwaardige duidingsdrang die ook Greens andere boeken kenmerken. Verder wijst hij op het ‘adembenemende slot’, waar Green erin slaagt ‘zijn eigenhandig door elkaar gegooide puzzelstukjes aan elkaar te leggen’ (de Volkskrant). Karel Berkhout schrijft over dit boek: ‘Paper Towns is een briljante roman voor jongvolwassenen, vol humor, spanning en rake observaties over poëzie, schijn en wezen en het onvermogen de ander te doorgronden’ (NRC Handelsblad). Bas Maliepaard heeft het in Trouw over ‘een levensecht boek dat buitengewoon plezierig leest, maar ook een belangrijke adolescentenroman die tot nadenken stemt’. Jaap Friso had liever een wat strengere redacteur gezien, maar hij zegt ook: ‘Green is een virtuoos schrijver met veel lef en fantasie. Hij durft het verhaal zijn gang te laten gaan en lijkt er soms zelf door meegesleept te worden’ (www.jaapleest.nl).
In Will Grayson, Will Grayson heeft Friso enige moeite met de overdaad in de beschrijvingen. Niettemin noemt hij het ‘een bijzonder boek’ en waardeert hij de knappe structuur. Hij schrijft: ‘De worsteling van een heterojongen en een homo in de gevoelige leeftijd met hun vriendschap is ontroerend en herkenbaar’ (www.jaapleest.nl). Bas Maliepaard zegt over dit boek in Trouw het volgende: ‘Wonderlijk, hoe kauwgomballenzoet en onopgesmukt drama, hilariteit en ontroering, puberale oppervlakkigheid én diepgang in dit boek een geslaagd geheel vormen.’ An Stessens heeft het in De Leeswelp
| |
| |
over een ‘intelligent en geestig verhaal’ waarin een musical ‘het waanzinnige, hartverwarmende, over the top en toch geloofwaardige hoogtepunt’ vormt. Annelies De Waele schrijft: ‘Will Grayson, Will Grayson is af en toe lekker melig Noord-Amerikaans en krijgt aan het einde wat clichématige Hollywoodallures, maar werkt via mooie omwegen ook thema's als soulmateschap en jongerenpassie uit. Bovenal staat het boek bol van gebalde, ijzersterke dialogen over het leven, vriendschap en liefde’ (www.knack.be).
Een weeffout in onze sterren werd algemeen lovend onthaald en geregeld bestempeld als Greens beste boek. Jaap Friso spreekt over ‘een fenomenaal goed boek’ en noemt de relatie tussen Hazel en haar ouders ‘één van de ontroerendste kindouder verhoudingen die ik ken in de jeugdliteratuur’ (www.jaapleest.nl). Volgens Bas Maliepaard raakt deze roman het hart en het hoofd. ‘Een hartverscheurende lovestory en een uitdagend, ontluisterend verhaal over de zin van leven en dood smelten er prachtig in samen’ (Trouw). An Stessens merkt op dat Green een nuchterheid hanteert die er stevig in hakt. ‘Maar op een vreemde manier verlicht die nuchterheid ook. Green voert eerlijke personages op die alle opzichtige sentimentaliteit loslaten’ (www.cobra.be).
| |
Bibliografie
Jeugdboeken
|
Looking for Alaska (2005): Het Grote Misschien. Vertaald door Aleid van Eekelen-Benders, Rotterdam, Lemniscaat, 2005. |
An Abundance of Katherines (2007): 19 keer Katherine. Vertaald door Aleid van Eekelen-Benders, Rotterdam, Lemniscaat, 2007. |
Paper Towns (2008): Paper Towns. Waar is Margo Roth Spiegelman?. Vertaald door Aleid van Eekelen-Benders, Rotterdam, Lemniscaat, 2009. |
Met David Levithan, Will Grayson, Will Grayson. Rotterdam, Lemniscaat, 2010. |
Met Maureen Johnson en Lauren Myracle, Let it snow. Vertaald door Jeske Nelissen. Utrecht, De Fontein, 2011. |
The Fault in Our Stars (2012): Een weeffout in onze sterren. Vertaald door Nan Lenders, Rotterdam, Lemniscaat, 2012. |
Over John Green
|
Pjotr van Lenteren, Bijna-literatuur voor bijna-volwassenen. In: de Volkskrant, 20-1-2006. [Over Het Grote Misschien] |
Jen de Groeve, Herstelbare levens. In: De Leeswelp, jaargang 12 (2006), nr. 2, blz. 76-77. [Over Het Grote Misschien] |
Jürgen Peeters, 19 keer Katherine. In: De Leeswelp, jaargang 13 (2007), nr. 5, blz. 98. [Over 19 keer Katherine] |
Pjotr van Lenteren, Voer voor slimme adolescenten. In: de Volkskrant, 2-3-2007. [Over 19 keer Katherine] |
Karel Berkhout, Nerd vindt op speurtocht van alles wat hij niet zoekt. In: NRC Handelsblad, 24-4-2009. [Over Paper Towns] |
Judith Eiselin, Verwarde lefgozertjes. In NRC Handelsblad, 25-5-2007. [Over 19 keer Katherine] |
Karel Berkhout, ‘De herinnering fopt iedereen’. In: NRC Handelsblad, 29-6-2007. [Over Het Grote Misschien en 19 keer Katherine] |
| |
| |
Pjotr van Lenteren, Ingenieuze zoektocht naar een filosofische wegloper. In: de Volkskrant, 1-5-2009. [Over Paper Towns] |
Bas Maliepaard, ‘Niemand kent het populaire meisje écht’. In: Trouw, 22-5-2009. [Over Paper Towns] |
Eefje Buenen, Paper Towns: waar is Margo Roth Spiegelman? In: De Leeswelp, jaargang 15 (2009), nr. 6, blz. 239. [Over Paper Towns] |
An Stessens, Muren slopen en regels slechten. In: De Leeswelp, jaargang 16 (2010), nr. 9, blz. 351-352. [Over Will Grayson, Will Grayson] |
Jaap Friso, Green schrijft zonder handrem. Op: www.jaapleest.nl, 10-11-2010. [Over Paper Towns] |
An Stessens, John Green: meer ‘awesome’, minder ‘suck’. Op: www.cobra.be, 8-12-2010. [Over Let it snow en Will Grayson, Will Grayson] |
Jaap Friso, Vallen, opstaan en weer doorgaan. Op: www.jaapleest.nl, 19-1-2011. [Over Will Grayson, Will Grayson] |
Bas Maliepaard, ‘Vriendschap, liefde en Facebook’. In: Trouw, 22-1-2011. [Over Will Grayson, Will Grayson] |
Pjotr van Lenteren, ‘Ik wil mijn lezers zo fraai mogelijk teleurstellen’. In: de Volkskrant, 18-6-2011. [interview] |
Bas Maliepaard, ‘Ziek zijn stoot af. Maar Gus komt toch’. In: Trouw, 17-3-2012. [Over Een weeffout in onze sterren] |
Jaap Friso, Liefde die ten dode is opgeschreven. Op: www.jaapleest.nl, 23-3-2012. [Over Een weeffout in onze sterren] |
Thomas de Veen, ‘Ik moet wel meedoen aan de persoonlijkheidscultuur’. In: NRC Handelsblad, 27-4-2012. [interview, over Een weeffout in onze sterren] |
An Stessens, Zoeken naar emotioneel realisme. Over het oeuvre van John Green. In: De Leeswelp, jaargang 18 (2012), nr. 5, blz. 182-185. |
Joukje Akveld, Korte waardevolle levens. In: Lezen, jaargang 7 (2012), nr. 2. [interview] |
Eva Gerrits, Hoop in een onverschillig universum. In: Lezen, jaargang 8 (2013), nr. 2. [interview] |
Websites
|
www.johngreenbooks.com |
www.leesplein.nl |
93 Lexicon jeugdliteratuur
oktober 2013
|
|