| |
| |
| |
Jo Briels
door Herman de Graef
Jef Briels werd op 28 januari 1934 in Antwerpen geboren. Opgroeiend in een volksbuurt dicht bij de haven - met kleurrijke figuren uit vele landen - raakte hij al snel in de ban van vertellers. Op school kreeg hij les van de jeugdauteurs Armand Goossens, Hendrik Jespers en van Leopold Vermeiren (Rode Ridder), die in de ‘schuilkelder-uren’ bij bomalarm boeiende verhalen vertelde.
In 1952 kreeg Briels een aanstelling als onderwijzer. Hij was daarmee destijds de jongste onderwijzer van het land. Omdat hij de toenmalige ‘Hollandse’ leesboekjes (Vlaamse waren er nog niet) onbegrijpelijk vond voor zijn leerlingen, schreef hij zelf verhaaltjes op het bord en al gauw ook voor de jeugdbladen Zonnekind, Zonnestraal en Zonneland (Averbode) en voor de krantenkinderpagina's van Het Volk en De Gazet van Antwerpen. Later begeleidde hij kinderen met leermoeilijkheden in de oefenschool van de Antwerpse Katholieke Normaalschool. Hij schreef schoolboekjes voor beginnende lezers, delen in de serie Vlaamse Filmpjes (Averbode) en in de serie Historische Verhalen (De Sikkel).
Jef werd intussen Jo, omdat zijn uitgever dat beter vond klinken voor een auteur. Zijn eerste ‘echte’ boek, Paco, de matador, verscheen in 1969. Briels maakte veel reizen. Deze bezorgden hem inspiratie voor avonturenboeken. Naast kinder- en jeugdboeken schrijft hij radiohoorspelen, cursiefjes en reisreportages.
Voor Ayu bo wan Saleem kreeg hij in 1976 de John Flandersprijs voor het beste Vlaamse Filmpje. In 1975 werd hem voor Ploefke Kadoefke de Rotaryprijs toegekend. Voor Ik haat het knechtjeshuis ontving hij de Dr. Ferdinand Snellaertprijs (1991) en de Prijs van de Kinder- en Jeugdjury Vlaanderen (1993). In 2003 kreeg hij voor De Antimeid brons van de Kinderen Jeugdjury Limburg.
| |
| |
| |
Werk
Voor beginnende lezers schreef Jo Briels een veertigtal eenvoudige boekjes, waarbij leestechnische en pedagogisch-didactische overwegingen vaak een rem waren op zijn fantasie en creativiteit. Vrijer voelt hij zich als hij voor de tienerjeugd spannende avonturen- en fantasieverhalen ‘met een Vlaamse ziel’ kan brengen, zonder uitvoerige beschrijvingen en psychologische analyse. Ook emoties krijgen in zijn boeken niet veel plaats: de lezer moet zelf zijn gevoelens laten werken.
Historische feiten en griezelige gebeurtenissen spelen een grote rol in Briels' werk. Ook verwerkt hij actuele thema's als straatkinderen, drugs, de Berlijnse muur en bloedwraak. Actie en avontuur komen bij hem op de eerste plaats en hij kiest bewust voor een eenvoudige, soms wat nonchalante spreektaal. Zijn grote voorbeelden in de jeugdliteratuur zijn Cor Ria Leeman en Leopold Vermeiren.
In zijn tienerverhalen is Antwerpen vaak een vertrouwd decor. De nacht van de varkens (1994) is een middeleeuws verhaal over de zoon van een Antwerpse schout. Bij een moordonderzoek ontdekt hij dat alle verdachten wat te maken hebben met varkens, die toen als een soort van vuilnisdienst de straten schoon vraten. Over de vijftiende-eeuwse Jan zonder Vrees uit de Antwerpse volksverhalen schreef Briels zeven verhalen in een reeks die ooit begonnen was door Constant De Kinder en waaraan ook auteurs als Karel Verleyen, René Swartenbroeckx en Gaston Van Camp meewerkten. Als ware volksheld komt Jan zonder Vrees vaak in conflict met de overheid. Zo rebelleert hij in Het zwarte wildebeest (1985) tegen de gezagsdragers, die toelaten dat op de kermis een persoon met een zwarte huidskleur als een beest in een kooi tentoongesteld wordt. Ook Drie miljoen passen (1989) speelt in het Antwerpen van de vijftiende eeuw: de vierschaar redt de jonge Tina Dewit, veroordeeld wegens brandstichting, van de doodstraf door haar op pelgrimstocht naar Compostela te sturen. Zeker voor een meisje een moeilijke en gevaarlijke reis van 1.800 km, of drie miljoen passen. Het schip van de angst (2000) is een verhaal uit het Antwerpen van de vijftiende eeuw. Met zijn jeugdvriend Pieter, een bekend smokkelaar, krijgt onderschout Joris een onheilspellend spookschip de haven uit. Als Pieter later wegens moord veroordeeld wordt, slaagt Joris erin de doodstraf te laten omzetten in een gevaarlijke bedevaart naar Compostela. Vele jaren later komt Pieter terug in Vlaanderen als Pedro, hertog van Osuna. Nu helpt hij de schout bij het oprollen van een drugsbende.
Een aantal historische avonturenverhalen is in andere locaties gesitueerd. Er is geen weg terug (1987) is het verhaal van Francisco de Orellana, onderbevelhebber van de Spaanse
| |
| |
conquistadores die in de zestiende eeuw in Zuid-Amerika het Goudland zochten. Smokkelaar voor de koning (1974) vertelt een episode uit het leven van de zeventiende-eeuwse Duinkerkse kaper Jan Bart. Het boek behoort tot een reeks waaraan ook Wim Valkenaar, Jean-François De Craene en vooral Karel Verleyen bijdragen leverden. Ik haat het knechtjeshuis (1991) speelt in de achttiende eeuw. Een tienjarige weesjongen wordt door de politie ondergebracht in het Knechtjeshuis, het weeshuis voor jongens, waar pesterij, liefdeloosheid, geweld en vernedering hoogtij vieren. De jongen ontsnapt over de Schelde naar Friesland, waar hij aan de slag kan als bootsjongen.
Vaak spelen verhalen van Briels in een van de vele landen die hij bezocht. In Valsemunters in Parijs (1971) komen een fotografe en een reporter op het spoor van een bende valsemunters. Vlucht naar het Westen (1983), een boek over de Berlijnse muur, vertelt over een jonge Oost-Berlijner die erin slaagt over zee te ontkomen naar de Deense kust. In Dode kamelen (1974) wil een wetenschapper in de Sahara rotstekeningen gaan bestuderen. Een handige Algerijnse jongen en diens vader, een woestijngids, helpen hem bij zijn contacten met vriendelijke bedoeïenen maar ook met rovers die de woestijnbewoners tegen woekerprijzen water verkopen. Een reisleider moet in Operatie: Costa Brava (1990) onderzoeken of een vakantiekampeigenaar drugs verhandelt.
Ook in Bloemen voor Boeddha (1990) spelen drugs een belangrijke rol: een arm bloemenmeisje in Bangkok (Thailand) brengt een verloren portefeuille terug naar de rechtmatige eigenaar, die haar vervolgens dwingt zakjes heroïne op te halen uit een tempelbeeld. Na haar aanhouding helpt het meisje de politie de misdadiger te arresteren. Het detectiveverhaal De raaf (2004) vertelt over wraak: omdat zijn zoon aan drugs ten onder gaat, neemt een man het op tegen opiumsmokkelaars in Antwerpen en Hongkong. Hij ontwricht het raderwerk van de opiumhandel, maar komt daarbij zelf om het leven. De bloedwraak (1992), over een opgejaagde man op Corsica, is een illustratie van begrippen als bloedwraak, maquis en asielrecht.
School voor dieven (1996) brengt de lezer in Portugal en Spanje, waar hij meemaakt hoe weeskinderen worden uitgebuit en verkocht aan een kinderhandelaar en een zakkenrollersbende. Bloed aan de deuren (2002) is een hervertelling van het bijbelverhaal over de engel die op Mozes' bevel de met het bloed van offerdieren besmeurde deuren van de Israëlieten voorbijliep en alleen de eerstgeborenen van de Egyptenaren doodde. De auteur verbindt dat verhaal met het nieuwe bloedvergieten door zelfmoordaanslagen in het moderne Israël. De poorten van de hel (2003) is
| |
| |
het relaas van de bootreis en de moeizame tocht door het oerwoud van de Vlaamse pastoor Cop, die met andere priesters door de Franse revolutionairen verbannen was naar Guyana.
| |
De Antimeid
Dit verhaal vindt Briels zelf een uitzondering in zijn oeuvre. Het vertelt geen avontuur maar het waargebeurde verhaal van de rebelse tiener Kitty, de antimeid, in opstand tegen alle gezag maar eigenlijk op zoek naar genegenheid, naar een zin voor haar leven. Als veertienjarige vluchtte ze weg uit een streng internaat en raakte verslaafd aan drugs. Doodziek herinnert ze zich twintig jaar later, op haar ziekenhuisbed, in één lange flashback, hoe het allemaal gebeurde: haar eerste drugservaring, het gevoel dat ze toen weg kon vliegen uit de harde, onverschillige samenleving, haar grote liefde, de dealer Johnny, voor wie ze niets meer dan een klant was, haar werk als animeermeisje in een kroeg en de diefstallen die ze pleegde om aan geld voor drugs te komen, de arrestatie door de politie en haar verblijf in een psychiatrische instelling, de pogingen van een dokter om haar te helpen, maar ook haar nooit aflatende verlangen om te vliegen.
In vijf fasen beleeft ze opnieuw haar trieste leven aan de zelfkant van de maatschappij. De herinneringen worden onderbroken door beschrijvingen van gevoelens en impressies op haar sterfbed. Of ze overleeft of
Omslagontwerp: Gunter Geyens
overlijdt, of ze voor het leven kiest of wegvliegt ‘op de vleugelslag van de dood’ laat de schrijver open. Het boek, een waarschuwing tegen druggebruik, vindt zijn oorsprong in de persoonlijke ervaring van de schrijver en zijn vrouw, die tien jaar lang een verslaafd buurmeisje thuis hebben opgevangen. De verwijzingen, achter in het boek, naar verenigingen die informatie bieden over alcohol- en drugsproblemen of organisaties die hulp bieden aan verslaafden, tonen dat de auteur met dit boek de jonge lezer een boodschap wil brengen: blijf van de drugs af, vooral van
| |
| |
die eerste, die je gratis krijgt. Briels zegt daarover: ‘Als door het lezen van De Antimeid slechts één jongere niet met drugs begint, dan ben ik blij dat ik dit boek schreef.’ De Antimeid is meer dan een waarschuwing tegen drugs, het is ook een aanklacht tegen wie drugsgebruik aanvaardbaar achten of de gevolgen ervan minimaliseren, en een pleidooi voor oprechte aandacht, liefde en begrip voor jongeren.
| |
Waardering
Jo Briels wordt gewaardeerd als verteller, maar toch zijn de reacties op zijn werk verdeeld en vinden sommige critici zijn verhalen een te droog relaas van gebeurtenissen, zonder sfeer- en karaktertekening, zonder diepgang en gesteld in een soms al te gewone taal. Zijn boeken voor beginnende lezers vindt Ria de Schepper wel vrij spannend maar ‘inhoudelijk weinig verfrissend’, met ‘uiterst stereotiep getekende personages’. De meeste verhaaltjes hebben haar te weinig om het lijf, zijn oppervlakkig en oubollig en halen inhoudelijk geen niveau. Het zijn boekjes met ‘onschuldig-lieve verhaaltjes’, vol actie maar in een vlakke stijl met vaak herhaling. (Jeugdboekengids)
Briels historische en avontuurlijke boeken voor wat oudere kinderen worden geprezen omdat ze spannend zijn en het verleden of verre landen overtuigend beschrijven, in eenvoudige taal, zonder versiering of uitweiding. Zo vindt Peter Castelein Dode kamelen ‘een leesbaar avonturenverhaal’, ‘waarin vooral de relaties tussen mensen van een ander ras en volk in een vlotte stijl uitgewerkt worden’. Jos Martens noemt Drie miljoen passen en Bloemen voor Boeddha vlot geschreven authentieke verhalen met een historische of exotische achtergrond en boeiende informatie over het leven van een jonge pelgrim in de vijftiende eeuw en van een kind in de groezelige marge van de toeristenindustrie in Bangkok. Waardering is er ook voor De Antimeid. Voor Koen van Gorp is het een ‘aangrijpend relaas van een onwaarschijnlijk maar waar gebeurd levensverhaal’, dat de lezer niet onberoerd laat. (Leesidee Jeugdliteratuur). Brederode looft ‘Briels' sterke epische en dramatische verteltrant’, die ‘dit tragische levensverhaal een uitzonderlijke meerwaarde’ geeft. Vanessa Joosen noemt Briels een ‘meesterverteller voor de jeugd’ en voor haar is Bloed aan de deuren een goed uitgewerkte ‘bijzonder geslaagde hervertelling’, ‘een interessante herinterpretatie van het traditionele bijbelverhaal’, met een rijke psychologische en filosofische achtergrond en in een mooie taal, al mag de lezer ‘de eerste en de laatste bladzijde rustig overslaan’. (Leesidee Jeugdliteratuur). Brederode vindt De poorten van de hel ‘meeslepend en gevoelig verteld’, ‘spannend en bijwijlen huiveringwekkend avontuurlijk’, kortom ‘een van de sterkste jeugdboeken van de jongste jaren’.
| |
| |
Maar er zijn ook bezwaren tegen Briels werk: voor Jet Marchau is Operatie: Costa Brava een te summier uitgewerkt ‘spannend tussendoortje’ en Ria de Schepper is niet opgetogen over Dromen zijn bedrog?, dat met stereotiepe personages, soms stroeve dialogen en betuttelende zinnen ‘baadt in een vrolijke-verhaaltjes-sfeer [-] volledig los van de realiteit’. Zuinig zijn op kabouters vindt De Schepper te oppervlakkig uitgewerkt met een te algemene typering van personages, motieven en decor, in zijn geheel zoutloos en naïef en belerend. Robert Baccarne noemt Doden dansen niet boeiend maar ook onwaarschijnlijk en ‘gewild modern’, met doorbroken rolpatronen, nadrukkelijke aansporing tot biebbezoek en de al te makkelijke identificatie van politici met corrupte en hebzuchtige figuren. Hij vindt het ‘aardig bedoeld allemaal’, maar vraagt zich af of de volwassenenproblemen in veel tienerboeken ‘mettertijd niet even hard gaan vervelen als de vroegere braafheid en het omzeilen van problemen’.
| |
Bibliografie
Werk voor volwassenen
|
Hoog boven België (1982), Antwerpen, haven, stad en hinterland (1985), Belgium (1986). |
Jeugdboeken
|
Paco, de matador. Lier, Van In, 1969. |
Venetië bedreigd. Lier, Van In, 1970. |
Valsemunters in Parijs. Lier, Van In, 1971. |
De teutballon. Averbode, Altiora. 1972. |
Jan zonder Vrees. De verdwenen juwelen. Antwerpen/Utrecht, Uitgeverij L. Opdebeek, 1973. |
Ketelkop. Lier, Van In, 1973. |
Prins Kor heeft de hik. Lier, Van In, 1973. |
Koning Frits zoekt werk. Averbode, Altiora, 1973. |
Vlucht over de Karawanken. Lier, Van In, 1973. |
Dode kamelen. Lier, Van In, 1974 (Herdruk: Antwerpen, De Dageraad, 1986). |
Jan Bart. Smokkelaar voor de koning. Antwerpen/Utrecht, Uitgeverij L. Opdebeek, 1974. |
De houten koekoek. Averbode, Altiora, 1975. |
Vreemde ogen. Lier, Van In, 1976 (Heruitgave: Antwerpen, Nederlandsche Boekhandel, 1984) |
Ploefke Kadoefke. Antwerpen, Unieboek, 1976 (Heruitgave: met illustraties van Ingrid Godon. Standaard Driehoeken. Antwerpen, Standaard Uitgeverij, 1988). |
Ayu bo wan Saleem. Vlaamse Filmpjes. Averbode, Goede Pers, 1976. |
Ik deed het voor jou, Aranya. Averbode, Altiora, 1978. |
Jan zonder Vrees. Het zoete kruid. Antwerpen, Uitgeverij L. Opdebeek, 1978. |
Flipje, de leerling-tovenaar. Lier, Van In, 1978. |
De jongen uit de bergen. Aartselaar, Zuidnederlandse Uitgeverij, 1980. |
Jan zonder Vrees. Het zwarte poeder. Antwerpen, Uitgeverij L. Opdebeek. 1980. |
De dood reed mee. Deurne, Plantyn, 1980. |
Jan zonder Vrees. De heksenmeester. Antwerpen, Uitgeverij L. Opdebeek. 1981. |
En weer rijpen de olijven. Deurne, MIM, 1981. |
Vreemde ontmoeting. Met illustraties van Chris Vandendriessche. Averbode, Altiora, 1982. |
Jan zonder Vrees. De streling van de haai. Antwerpen, Uitgeverij L. Opdebeek. 1982. |
Jan zonder Vrees. De valse pelgrim. Antwerpen, Uitgeverij L. Opdebeek. 1983. |
Vlucht naar het Westen. Brecht, Uitgeverij De Roerdomp, 1983. |
| |
| |
Jan zonder Vrees. Het zwarte wildebeest. Antwerpen, De Nederlandsche Boekhandel, 1985. |
De Woefel Poefel. Antwerpen, Standaard Uitgeverij, 1986. |
Heroïne in je koffie. Antwerpen, Standaard Uitgeverij, 1987. |
Kastor wil doedelen. Ik lees al. Doornik, Casterman, 1987. |
Tjoep. Antwerpen, Standaard Uitgeverij, 1987. |
De paashaas. Doornik, Casterman, 1987. |
Er is geen weg terug. Brecht, Uitgeverij De Roerdomp, 1987. |
Drie miljoen passen. Antwerpen, Standaard Uitgeverij, 1989. |
Operatie: Costa Brava. Bokkesprongen. Oostmalle, De Sikkel, 1990. |
Dromen zijn bedrog? Standaard Driehoeken. Met illustraties van Ingrid Godon. Antwerpen, Standaard Uitgeverij, 1990. |
Bloemen voor Boeddha. Bokkesprongen. Oostmalle, De Sikkel, 1990. |
Ik haat het knechtjeshuis. Antwerpen, Standaard Uitgeverij, 1991. |
De bloedwraak. Historische verhalen. Oostmalle, De Sikkel, 1992. |
De kat van tante Amelia. Cirkels. Antwerpen, Standaard Uitgeverij, 1992. |
Doden dansen niet. Verrekijker. Met illustraties van Rudy Cockelbergh. Antwerpen, Standaard Uitgeverij, 1993. |
Sterker dan de loekoeman. Antwerpen, Unistad, 1993. |
De nacht van de varkens. Verrekijker. Antwerpen, Standaard Uitgeverij, 1994. |
Jan zonder Vrees. Klassiekers. Bewerking van Constant de Kinders De wonderlijke lotgevallen van Jan Zonder Vrees (1910). Kapellen, Pelckmans, 1994. |
Zuinig zijn op kabouters. Katapult. Antwerpen, Standaard Uitgeverij, 1994. |
De geest van Flip. Katapult. Met illustraties van An Candaele. Antwerpen, Standaard Uitgeverij, 1995. |
Het ei van de ezel. Tandem. Antwerpen, Standaard Uitgeverij, 1995. |
School voor dieven. Tandem. Met tekeningen van Luc Vernimmen. Antwerpen, Standaard Uitgeverij, 1996. |
Heksen, duivels en andere geesten. Verhalen uit Seppes kelder. Met illustraties van Wout Olaerts. Antwerpen, Standaard Uitgeverij, 1997. |
Het schip van de angst. Waasmunster, Abimo Uitgeverij, 2000. |
De Antimeid. Waasmunster, Abimo Uitgeverij, 2001. |
Suske en Wiske / Griezelboek. Antwerpen, Standaard Uitgeverij, 2001. |
De pizzadraak. Antwerpen, De Boeck, 2002. |
Bloed aan de deuren. Met illustraties van Gunter Segers. Waasmunster, Abimo Uitgeverij, 2002. |
De poorten van de hel. Waasmunster, Abimo Uitgeverij, 2003. |
De raaf. Waasmunster, Abimo Uitgeverij, 2004. |
Over Jo Briels
|
Fred de Swert, Dat bloedarmoedige Vlaamse jeugdboek! In: Jeugdboekengids, jaargang 15 (1973), nr. 2, blz. 17. [Over Valsemunters in Parijs]. |
Guido Troch, [Over Vlucht naar het Westen]. In: Jeugdboekengids, jaargang 26 (1984), nr. 2, blz. 44. |
Willy Vanheybeek, [Over Jan zonder Vrees: Het zwarte wildebeest]. In: Jeugdboekengids, jaargang 28 (1986), nr. 1, blz. 19. |
Peter Castelein, [Over Dode kamelen]. In: Jeugdboekengids, jaargang 29 (1987), nr. 4, blz. 116. |
Ria De Schepper, [Over De Woefel Poefel]. In: Jeugdboekengids, jaargang 29 (1987), nr. 5, blz. 183. |
Ria De Schepper, [Over Kastor wil doedelen]. In: Jeugdboekengids, jaargang 30 (1988), nr. 5, blz. 158. |
Luc Lannoy [Over Jo Briels]. In: Schrijver gezocht. Encyclopedie van de jeugdliteratuur. Tielt, Lannoo; Houten, Van Holkema & Waren- |
| |
| |
dorf, 1989 |
P.S., Jo Briels schreef honderdste boek. In: Gazet van Antwerpen, 31-10-89. [Over Drie miljoen passen]. |
Jos Martens, [Over 3 miljoen passen]. In: Jeugdboekengids, jaargang 31 (1989), nr. 7, blz. 207. |
Jos Martens, [Over Bloemen voor Boeddha]. In: Jeugdboekengids, jaargang 32 (1990), nr. 5, blz. 147. |
Ria de Schepper, [Over Dromen zijn bedrog?]. In: Jeugdboekengids, jaargang 32 (1990), nr. 7, blz. 240. |
Jet Marchau, [Over Operatie: Costa Brava]. In: Jeugdboekengids, jaargang 33 (1991), nr. 2, blz. 51. |
Robert Baccarne, [Over Ik haat het knechtjeshuis]. In: Jeugdboekengids, jaargang 33 (1991), nr. 10, blz. 341. |
Griet Vandewalle, [Over De kat van tante Amelia]. In: Jeugdboekengids, jaargang 34 (1992), nr. 8, blz. 298. |
Robert Baccarne, [Over De bloedwraak]. In: Jeugdboekengids, jaargang 35 (1993), nr. 2, blz. 51. |
Robert Baccarne, [Over Doden dansen niet]. In: Jeugdboekengids, jaargang 35 (1993), nr. 5, blz. 152. |
Hugo van Hoecke, [Over Sterker dan de loekoeman]. In: Jeugdboekengids, jaargang 36 (1994), nr. 2, blz. 47. |
Erik Verstraete, Jo Briels viert 60ste verjaardag in het Steen. In: Gazet van Antwerpen, 20-4-1994. [O.m. over De nacht van de varkens]. |
H.K.A., Historisch verantwoorde verhalen. Jeugdauteur Jo Briels. In: Het volk, 21-5-1994. [O.m. over De nacht van de varkens]. |
Ria de Schepper, [Over De nacht van de varkens]. In: Jeugdboekengids, jaargang 36 (1994), nr. 5, blz. 138. |
Ria de Schepper, [Over Zuinig zijn op kabouters]. In: Leesidee jeugdliteratuur, jaargang 1 (1995), nr. 3, blz. 95. |
Barbara Linsen, [Over Het ei van de ezel]. In: Leesidee jeugdliteratuur, jaargang 1 (1995), nr. 5, blz. 177. |
Anita Wuestenberg, [Over School voor dieven]. In: Leesidee jeugdliteratuur, jaargang 3 (1997), nr. 1, blz. 27. |
Roos Truwant, [Over Heksen, duivels en andere geesten]. In: Leesidee jeugdliteratuur, jaargang 4 (1998), nr. 2, blz. 71. |
Casper Markesteijn, [Over Het schip van de angst]. In: Leesidee jeugdliteratuur, jaargang 7 (2001), nr. 2, blz. 67. |
Brederode, Een waarschuwing die kan tellen. Jo Briels: ‘De Antimeid’. In: 't Pallieterke, 12-12-2001. [Over: De Antimeid]. |
Mark van de Voorde, Antimeid waarschuwt. In: Kerk en leven, 6-3-2002. [Over De Antimeid]. |
Koen van Gorp, [Over De Antimeid]. In: Leesidee Jeugdliteratuur, jaargang 8 (2002), nr. 4, blz. 164. |
Vanessa Joosen, [Over Bloed aan de deuren]. In: Leesidee jeugdliteratuur, jaargang 9 (2003), nr. 1, blz. 23. |
Brederode, Bijbelse achtergrond voor Palestijns-joods conflict. Jo Briels: ‘Bloed aan de deuren’. In 't Pallieterke, 05-2-2003. [Over Bloed aan de deuren]. |
Hilde Lauwers, In gesprek met Jo Briels (1). Met de normen van die tijd was dat allemaal heel normaal. In: Basis, 26-4-2003. |
Hilde Lauwers, In gesprek met Jo Briels (2). Ik was een straatverteller in mijn vorig leven. In: Basis, 17-5-2003. |
Ilona Plichart en Ilse Trimborn, De Antimeid /Jo Briels. Lesmap. Leesweb, 2003. |
Brederode, Hoe de sansculotten Vlaamse priesters naar Frans-Guyana wegsleepten. Jo Briels: ‘De poorten van de hel’. In: 't Pallieterke, 14-1-2004. [Over De poorten van de hel]. |
Ilona Plichart, [Over De poorten van de hel]. In: De leeswelp, jaargang 10 (2004), nr. 1, blz. 40. |
Herman de Graef, [Over De Antimeid]. In: Nova et Vetera, jaargang 81 (2004), nr. 4, blz. 302). |
| |
| |
Jan Van Coillie e.a., [Over Jo Briels]. In: Encyclopedie van de jeugdliteratuur. Baarn, De Fontein; Groningen, Wolters-Noordhoff, 2004. |
Maaike Floor, ‘Een prijs voor een heel oeuvre vind ik flauwekul’. In: Gazet van Antwerpen, 27-1-2005. |
Herman de Graef, [Over De raaf]. In: De leeswelp, jaargang 11 (2005), nr. 1, blz. 38. |
70 Lexicon jeugdliteratuur
februari 2006
|
|