| |
| |
| |
Katarina von Bredow
door Wilma van der Pennen
Foto: Uitgeverij Lemniscaat
Katarina von Bredow is als Anna Petra Katarina Lindén op 16 februari 1967 geboren in Aneby, een dorp in Småland, Zweden. Na de scheiding van haar ouders in 1975 ging ze met haar moeder in Jönköping wonen, waar ze later ook de middelbare school volgde. Toen ze vijftien jaar was, leerde ze haar toekomstige man Einar von Bredow kennen, een buitenlandcorrespondent van de televisie met wie ze 36 jaar in leeftijd scheelde. In 1985 trouwde ze in Parijs en het echtpaar vestigde zich in Sigtuna, een stadje in de buurt van Stockholm.
Aan de kunstacademie van Stockholm volgde Von Bredow een opleiding in tekenen, schilderen, beeldhouwen, kunstgeschiedenis en fotografie. Tussen 1989 en 1992 woonde het echtpaar in Spanje. Daar herschreef Von Bredow de jeugdroman waarvoor zij als vijftienjarige al de basis had gelegd en waarmee ze in 1991 debuteerde, Syskonkärlek (Ik en mijn broer). In datzelfde jaar had ze in Zweden haar eerste schilderijententoonstelling.
In 2000 kwam er een einde aan haar huwelijk met Einar von Bredow. Kort daarna leerde ze Kjell Andersson kennen, met wie ze twee zonen heeft, Fabian en Arvid. Hun boerderij in Norregård stond model voor het huis in Expert in blozen.
Von Bredow heeft vooral succes in Duitsland, waar ze onder meer de Buxtehuder Bulle ontving voor Ik en mijn broer.
| |
Werk
Van de boeken van Katarina von Bredow is alleen een aantal van de adolescentenromans in het Nederlands vertaald. Een terugkerend thema in deze verhalen is de onconventionele relatie, zoals de liefde tussen broer en zus (Ik en mijn broer),
| |
| |
verliefdheid op de vader van een beste vriendin (Onmogelijk verliefd) of op de partner van een vriendin (Iedereen behalve jij). Vaak staan de (vrouwelijke) hoofdpersonen voor moeilijke keuzes, zoals het wel of niet plegen van abortus (Zo wil ik zijn). Daarbij neemt de auteur geen moralistisch standpunt in.
In Onmogelijk verliefd is de negentienjarige Elin verliefd op haar buurman Paul, tevens de vader van haar vriendin Tessa. Na een korte relatie kiest Paul uiteindelijk toch voor de veiligheid van zijn gezin. Elin verliest niet alleen de vriendschap met Tessa, maar ook haar baan en vertrekt samen met haar oudere broer - met wie ze een innige band heeft - naar Stockholm.
In twee van haar adolescentenromans werkt Von Bredow een verliefdheid op de vriend van een beste vriendin uit. In Hoe verliefd mag je zijn? kan de vijftienjarige Katrina goed praten over haar problematische thuissituatie met Adam, een nieuwe klasgenoot op wie haar boezemvriendin Frida verliefd is. De moeder van Katrina heeft negen jaar geleden haar gezin verlaten. Sindsdien is er nauwelijks contact met haar geweest. Kasper, Katrina's vader, heeft al jaren zijn vriendin Maria, die bij hen woont. Nu Maria van Kasper weggaat, komt er bij Katrina een bewustwordingsproces op gang. In deze voor haar moeilijke situatie wordt Katrina verliefd op Adam, maar durft dit niet toe te staan, uit angst haar vriendin te verliezen. Ook in Iedereen behalve jij raakt de hoofdpersoon, de twintigjarige Emma, bijna tegen haar wil, verliefd op Adrian, de vriend van haar beste vriendin. Emma beseft heel goed het onmogelijke en vooral ingrijpende karakter van deze verliefdheid, maar kan de gebeurtenissen niet stoppen. In overleg met Adrian besluit ze dat ze elkaar niet langer mogen zien.
Expert in blozen gaat over de problemen rond een samengesteld gezin. De veertienjarige Natalie gaat met haar moeder Lucia samenwonen met Bo en diens zoon Jesper. Natalie moet erg wennen aan de nieuwe situatie, maar ze wordt daarbij gesteund door Jesper. Als Bo en Lucia een weekend weg gaan, geeft Jesper een wild feest dat volkomen uit de hand loopt. Natalie leert daardoor de waarde van haar intieme vriendschap met Jesper kennen. Ook Jessica in Zo wil ik zijn maakt een harde leerschool door. Na haar eerste vrijpartij raakt de vijftienjarige zwanger. Voor haar moeder staat vast dat ze de vrucht moet laten aborteren, maar Jessica aarzelt en vraagt bedenktijd. Ondanks dat ook de vader van het kindje en diens ouders willen dat ze de zwangerschap afbreekt, besluit Jessica haar baby te houden. Ze krijgt steun van de moeder van haar beste vriendin, die zelf ook opnieuw (ongepland) zwanger is.
| |
| |
Von Bredow voert personages op die zich bewust zijn van hun verboden of onmogelijke liefde. Zij beschikken over zelfkennis en relativeringsvermogen. Zo beseffen Amanda en haar broer Ludvig uit Ik en mijn broer heel goed dat hun seksuele relatie onaanvaardbaar is, maar ze kunnen zich er niet tegen verweren. Katrina uit Hoe verliefd mag je zijn? weet dat ze schuldig is aan het vertrek van haar vaders vriendin, omdat zij Maria nooit heeft geaccepteerd en haar al die jaren heeft gepest. Katrina beseft dat ze haar verantwoordelijkheid moet nemen.
De personages maken door de ingrijpende gebeurtenissen in hun leven een innerlijke groei door. Ze worden omringd door begripvolle vrienden, die hen helpen bij het overwinnen van moeilijkheden en het bepalen van een standpunt. In Iedereen behalve jij is de flamboyante Markus Emma's beste vriend, met wie ze alle perikelen die zich in haar leven voordoen, kan bespreken. In Hoe verliefd mag je zijn? biedt Adam een luisterend oor.
In veel verhalen zijn de ouders van de hoofdpersoon gescheiden. In Hoe verliefd mag je zijn? is er al jaren geen contact meer tussen Katrina en haar moeder. Emma uit Iedereen behalve jij koos er na de scheiding van haar ouders voor om bij haar vader te gaan wonen en dat geeft terugkerende spanningen. De moeders van Amanda en Ludvig (Ik en mijn broer) en Jessica (Zo wil ik zijn) zijn alleenstaand en niet goed opgewassen tegen de situatie waarin hun kinderen zich bevinden. De ouders uit Onmogelijk verliefd hebben geen goed huwelijk.
Von Bredow heeft een beeldende manier van schrijven en is openhartig in het beschrijven van seksuele handelingen, maar bijvoorbeeld ook van de bevalling van Jessica in Zo wil ik zijn. Een aantal keren blikt de hoofdpersoon lange tijd later terug op wat er in haar jeugd is voorgevallen. Zo schrijft Elin uit Onmogelijk verliefd achteraf haar verhaal, net als Amanda in Ik en mijn broer. Met uitzondering van Zo wil ik zijn - dat in de derde persoon wordt verteld - is er in alle verhalen sprake van een ikvertelster.
Eefje Buenen signaleert in haar artikel in Literatuur zonder leeftijd een ontwikkeling in het werk van Von Bredow. Ze merkt een verschuiving op in Von Bredows schrijfstijl. In Hoe verliefd mag je zijn? lijkt de auteur ‘de onnodige mooischrijverij van Onmogelijk verliefd te hebben losgelaten’, aldus Buenen. Ook de personages ontwikkelen zich: met name in de eerste verhalen verliezen zij zich in ‘heftige dagdromen en sentimentele gedachten over onbereikbare jongens’, terwijl in het latere werk van Von Bedow de hoofdpersonen zich geconfronteerd zien met ‘moeilijkere vragen over leven en dood’. Met name Jessica uit Zo wil ik zijn
| |
| |
maakt een belangrijke ontwikkeling door. Buenen: ‘De ethische vragen waarmee Jessica worstelt, maken het boek meer tot een adolescentenroman dan de meidenboeken die haar eerdere boeken toch eerst en vooral zijn.’
| |
Ik en mijn broer
In haar debuutroman Ik en mijn broer hebben Amanda en haar broer Ludvig altijd al een nauwe band gehad, die in hun puberteit uitgroeide tot een liefdesrelatie. Het verhaal bestaat uit drie delen. In het eerste deel wordt de jeugd van Amanda en Ludvig beschreven. Meteen is duidelijk dat zij als kind al een bijzondere relatie hadden en elkaar moeilijk met anderen konden delen. De zestienjarige Amanda beseft het ongewone van haar gevoelens eerder dan de een jaar oudere Ludvig en raakt daardoor in de war. Ze probeert er weerstand aan te bieden, maar dat lukt niet. Als ze er met haar broer over praat, blijkt dat hij dezelfde gevoelens voor haar heeft. Kort daarop bedrijven ze gepassioneerd de liefde met elkaar.
In het tweede deel wordt beschreven hoe beiden omgaan met de wetenschap iets ongeoorloofds te hebben gedaan. Amanda neemt Eva, een oudere vriendin, in vertrouwen en tot haar verrassing reageert Eva minder geschokt dan ze had verwacht. Eva adviseert haar afstand te nemen en het bij één keer te laten. Toch hebben broer en zus nog een aantal keren
Omslag Ik en mijn broer
seksueel contact. Tijdens de vakantie worden zij in een zomerhuisje betrapt. Hun moeder reageert geschokt en is woedend als ze ervan hoort.
In deel drie is Ludvig naar een oom gestuurd. Hun moeder heeft verder contact verboden. Pas een jaar later zien zij elkaar weer en in hun liefde lijkt niets te zijn veranderd. Ludvig besluit dan voorgoed uit Amanda's leven te verdwijnen.
Het verhaal wordt in 2021 door Amanda in de ik-vorm verteld en aangevuld met dagboeknotities uit 1983 en 1984, toen de gebeurtenissen tussen broer en zus zich afspeelden. Amanda blikt terug op wat ze in
| |
| |
haar jeugd heeft meegemaakt. In het slothoofdstuk, waarin ze zich richt tot haar man David, vertelt ze dat Ludvig is overleden toen hij zevenenveertig jaar was. ‘Pas dat laatste jaar, toen de kanker hem uitholde en een gebogen man van hem maakte, hebben we weer over die tijd gepraat, toen we zeventien, achttien waren. Toen heb ik ook beloofd dat ik het eens allemaal op zou schrijven. Dat heb ik nu dus gedaan.’
De auteur laat zien dat de gevoelens die een broer en een zus voor elkaar hebben, zich in bepaalde omstandigheden kunnen ontwikkelen tot oprechte liefde. Ze veroordeelt deze liefde niet.
| |
Waardering
In besprekingen van de boeken van Von Bredow is vaak waardering te lezen voor de integere manier waarop zij moeilijke onderwerpen aan de orde stelt. Zo vindt Marja Boonstra (Leeuwarder Courant) dat de auteur ‘omzichtig’ omspringt met het onderwerp incest in Ik en mijn broer. Ruud Kraaijeveld schrijft in Jeugdboekengids over dit boek: ‘Deze liefdesgeschiedenis is zo indrukwekkend, meeslepend en overtuigend verteld en het boek heeft wat taal en vorm betreft zo'n hoog literair gehalte, dat het van begin tot eind bewondering afdwingt.’ Hij concludeert: ‘Maar juist door die literaire kwaliteiten krijgt het verhaal een overtuigingskracht die pedagogisch gezien misschien niet wenselijk is.’ Eefje Buenen vindt het bijzonder dat de incestueuze relatie nergens wordt veroordeeld: ‘Von Bredow laat in Ik en mijn broer vooral zien hoe noodlottig en ingrijpend zo'n verboden liefde is’ (Literatuur zonder leeftijd).
Minder positief over Von Bredows literaire talent is Jen de Groeve in De Leeswelp. Zij merkt met betrekking tot Onmogelijk verliefd op dat het verhaal erg vlot leest en noemt Von Bredows taal ‘sober, compact en visueel’. ‘Maar ze schrijft inhoudelijk en stilistisch ook te veel volgens het verwachtingspatroon. De personages zijn te clichématig (...). Door expliciet naar pubermeisjes toe te willen schrijven mikt Katarina Von Bredow te laag om in literair opzicht te slagen. Wat spijtig is, want het zat er wel in.’ Vanessa Joosen (De Leeswelp) noemt Hoe verliefd kan je zijn? een liefdesverhaal dat ‘ondanks het wat voorspelbare en wensvervullende karakter toch behoorlijk meeslepend’ is. Zij roemt met name de beschrijving van de hoofdpersoon. Ook Boek & Jeugd Online is daarover positief. Over Elin in Onmogelijk verliefd wordt gezegd dat zij geloofwaardig is ‘in haar dik aangezette gevoelens en haar soms puberale oplossingen voor de problemen’. Over Emma in Iedereen behalve jij wordt opgemerkt: ‘Ze is geloofwaardig neergezet: ze kan kritisch naar zichzelf kijken, maar kan haar gevoelens moeilijk onder controle houden. De lezer volgt haar keuzes en kan zich daaraan spiegelen.’
| |
| |
| |
Bibliografie
Niet in het Nederlands vertaald
|
Kattskopror (1994), Knappt lovlig (1996), Hur man gömmer en mammut (2001), Ett magiskt misstag (2002), Räcker det om jag älskar dig? (2006), Flyga högt (2011). |
Jeugdboeken
|
Syskonkärlek (1991): Ik en mijn broer. Vertaald door Cora Polet. Amsterdam, Querido, 1994. [Herdruk: Lemniscaat, 2008] |
Som om ingenting (1999): Onmogelijk verliefd. Vertaald door Femke Blekkingh-Muller. Rotterdam, Lemniscaat, 2002. |
Hur kär får man bli? (2004): Hoe verliefd mag je zijn? Vertaald door Femke Blekkingh-Muller. Rotterdam, Lemniscaat, 2006. |
Expert på att rodna (2005): Expert in blozen. Vertaald door Femke Blekkingh-Muller. Rotterdam, Lemniscaat, 2008. |
Som jag vill vara (2007): Zo wil ik zijn. Vertaald door Femke Blekkingh-Muller. Rotterdam, Lemniscaat, 2010. |
Bara inte du (2009]: Iedereen behalve jij. Vertaald door Femke Blekkingh-Muller. Rotterdam, Lemniscaat, 2012. |
Over Katarina von Bredow
|
Cornald Maas, Oprechte liefde, en tegelijk zo verdoemd. In: de Volkskrant, 4-2-1994. [Over Ik en mijn broer] |
Marjoleine de Vos, Romantiek is eigenlijk niet sexy. In: NRC Handelsblad, 18-2-1994. [Over Ik en mijn broer] |
Aukje Holtrop, [Over Ik en mijn broer]. In: Vrij Nederland, 26-2-1994. |
Marja Boonstra, een adembenemende verboden liefde. In: Leeuwarder Courant, 4-3-1994. [Over Ik en mijn broer] |
Lieke van Duin, Verboden liefdesrelatie tussen broer en zus. In: Trouw, 9-3-1994. [Over Ik en mijn broer] |
Remco in 't Hof, Onthullend boek over de liefde tussen broer en zus. In: Dagblad van het Noorden, 26-11-1994. [Over Ik en mijn broer] |
Ruud Kraaijeveld, Een onmogelijke liefde. In: Jeugdboekengids, jaargang 36 (1994), nr. 3, blz. 66-68. Ook in: Een kwestie van smaak. Arnhem, Ellessy, 2000. [Over Ik en mijn broer] |
Jen de Groeve, [Over Onmogelijk verliefd]. In: De Leeswelp, jaargang 13 (2007), nr. 3, blz. 111. |
Vanessa Joosen, [Over Hoe verliefd mag je zijn?]. In: De Leeswelp, jaargang 13 (2007), nr. 3, blz. 111. |
Nicoline Timmers, [Over Hoe verliefd mag je zijn?]. In: Jeugdliteratuur in praktijk, jaargang 12 (2007), nr. 4, blz. 9-12 |
Maria Del Grosso, Weg met die kinderen. In: Leeuwarder Courant, 28-3-2008. [Over Expert in blozen] |
Cindy Vanhove, [Over Expert in blozen]. In: De Leeswelp, jaargang 14 (2008), nr. 4, blz. 154. |
Eefje Buenen, Onmogelijk, onbereikbaar, onvergetelijk verliefd: over het werk van Katarina von Bredow en John Green. In: Literatuur zonder leeftijd, jaargang 24 (2010), nr. 83, blz. 105-120. |
Websites
|
www.leesplein.nl |
92 Lexicon jeugdliteratuur
juni 2013
|
|