| |
| |
| |
Chris Bos
door Jos Staal
Foto © Mark Sassen
Chris Bos is op 10 september 1955 geboren in Arnhem. Toen hij elf was, verhuisde het gezin naar het vlakbij gelegen Rheden. ‘Van de stad naar het dorp, van rolschaatsen door de luchtbrug van station Arnhem naar hutten bouwen in de bossen’, zoals hij het zelf verwoordt.
Na het halen van zijn diploma hbs-b studeerde Bos psychologie in Utrecht. In deze periode deed hij veel aan muziek en cabaret; met zijn groep Virus bereikte hij in 1979 zelfs de finale van het Leids Cabaret Festival. Door het maken van liedjes en sketches ontdekte hij het plezier van schrijven. Het winnen van de Priem Prijs in 1986 leidde twee jaar later tot de uitgave van Spijt, een roman voor volwassenen. In 1992 publiceerde De Bezige Bij zijn roman De woede van de bassist. Nadat de uitgeverij besloten had een kinderboekenfonds op te zetten, schreef Bos op verzoek Eigen schuld (1997), zijn debuut als jeugdboekenauteur. Als zelfstandig tekstschrijver werkt hij voor de overheid en het bedrijfsleven.
| |
Werk
Chris Bos schrijft realistische verhalen waarin het accent ligt op de karaktertekening van de personages en hun onderlinge verhoudingen. Dat is al het geval in zijn eerste jeugdboek Eigen schuld (1997), voor lezers vanaf een jaar of tien. Jeroen, zoon van een beroepsmilitair, is de spil van een vriendenclubje dat dapperheid en trouw hoog in het vaandel heeft. De vier vormen een geheim commando dat onder aanvoering van Jeroen gedisciplineerd oorlogje speelt. Als Adje, de zwakste van de
| |
| |
groep, bij een van de operaties wordt opgepakt, beschuldigt Jeroen hem ervan de anderen te hebben verraden. Vanaf dat moment onderwerpt hij Adje aan pesterijen die steeds extremer worden en ten slotte uitmonden in afpersing en geweld. De andere groepsleden grijpen niet in, soms doen ze er zelfs aan mee. Opmerkelijk is, dat het verhaal wordt verteld vanuit het perspectief van de 11-jarige Niels, een van de meelopers. Bos werkte de psychologie van slachtoffer, dader en meeloper genuanceerd uit. Adje is een pechvogel met een zwakke gezondheid, maar hij is ook eigenwijs, pienter en recalcitrant; een schlemiel die zijn kwelgeest onophoudelijk uitdaagt. Tussen de regels door suggereert Bos dat ook Jeroen in zekere zin slachtoffer is - als product van het militaire milieu waaruit hij afkomstig is. Het verhaal is geschreven in een strakke stijl doorspekt met dialogen in oorlogstaal: ‘Luitenant, voer de straf voor deserteurs uit, in z'n smoel!’
In Kleine leugens (2000) treedt de 16-jarige Solange op als ik-verteller. Zij is een typische adolescent, die met overdrijving verslag doet van haar belevenissen en daarbij ongegeneerd uiting geeft aan haar persoonlijke voor- en afkeuren, twijfels en onzekerheden. Solange heeft de onbedwingbare neiging ‘kleine leugens’ te vertellen - verzinsels die best waar hadden kunnen zijn en bij anderen een schokeffect teweegbrengen. Zij gaat graag langs bij haar dementerende oma, omdat ze het prettig vindt te luisteren naar verhalen waarvan niet precies duidelijk is of ze echt gebeurd of verzonnen zijn. Solange heeft een afkeer van jongens, volgens haar wandelende hormoonfabrieken die alleen geïnteresseerd zijn in sport en seks. Toch raakt ze geïnteresseerd in de mysterieuze Ruben, die op straat tekeningen verkoopt en niemand nodig lijkt te hebben. De twee verhaallijnen raken verknoopt als Ruben, die inmiddels bij Solange en haar ouders woont, in het verzorgingshuis een bezoek brengt aan oma. In essentie is Kleine leugens een verhaal over de zucht naar avontuur, de zoektocht naar liefde en het al dan niet grijpen van kansen die geboden worden. Bos vertelt het verhaal met vaart in een levensechte, eigentijdse taal vol onderkoelde humor.
Het oog, een liefde (2002) en Een broeierige avond (2006) zijn jongerenromans waarin het draait om vriendschap, liefde en de emotionele perikelen die zich voordoen in een groep onder hoogspanning. Een broeierige avond gaat over vier schoolvriendinnen die een jaar na hun eindexamen een week doorbrengen op Texel. Al snel blijkt dat ze uit elkaar zijn gegroeid. Lana zit met zichzelf in de knoop en heeft een zelfmoordpoging gedaan. Lot is een idealistische wereldverbeteraar. De oerdegelijke Lisanne heeft een vaste vriend, die
| |
| |
haar tijdens de vakantie komt opzoeken. Luus is het type levensgenieter; ze heeft een tijdje in Italië gewoond en daar een arts in opleiding leren kennen die in Afrika wil gaan werken. Nu staat ze voor het dilemma: meegaan of de relatie verbreken. De spanning loopt op als Luus een oogje laat vallen op Wilco, die in het huis naast dat van de meisjes werkt. Rond deze in zichzelf gekeerde, stugge aannemerszoon ontwikkelt zich een tweede verhaallijn.
Korte lontjes (2011) maakt deel uit van de slash-reeks, een serie boeken gebaseerd op verhalen van jongeren die iets bijzonders hebben meegemaakt. Hun geschiedenis wordt beschreven met behulp van technieken die ontleend zijn aan de roman. Bos liet zich inspireren door het verhaal van Nicole Jongman, een getalenteerd schermster. Sabine heeft adhd - ze is onrustig, impulsief en kan zich moeilijk concentreren. Schermen, een sport die ze beoefent op topniveau, is voor haar een uitlaatklep. De sierlijke, snelle schijnbewegingen dwingen haar zich te concentreren; bovendien kan ze er haar agressie in kwijt. Aan de ogen van haar tegenstander ziet ze vaak al wat hij van plan is. Deze vaardigheid komt Sabine goed van pas in de omgang met haar vader, die als militair in Bosnië is geweest en daar een posttraumatische stressstoornis (ptss) aan heeft overgehouden. Net als Sabine is hij onvoorspelbaar en zijn stemming kan soms zomaar omslaan. Het verhaal van Sabine wordt van binnenuit verteld; de oorlogservaringen van haar vader zijn daar in flashback als afzonderlijke hoofdstukken doorheen geweven.
Voor kinderen vanaf 6 jaar schreef Bos drie boeken rond Tiff, Jochem, Bas en Daniël. De titels verwijzen naar de plek waar zij hun avonturen beleven. In Een hut en een hol (2011) is dat het bos, waar de vrienden een boomhut bouwen en een onderaards hol graven. De donker getinte Tiff is sportief, bazig en fantasierijk; zij is meestal de gangmaker. Bas lijdt aan een stofwisselingsziekte en moet zich aan een streng dieet houden. Daniël is de slimste van het stel; hij heeft het geregeld aan de stok met Tiff, die zich door hem in haar leiderspositie bedreigd ziet. Het piratennest van Jochem (2002) speelt op de rommelzolder van de titelfiguur, een wat bangelijk, onhandig jongetje dat bij Tiff warme gevoelens oproept. In Het landje van Tiff (2002) is de plaats van handeling een braakliggend stuk grond achter de straat waar Tiff woont. Op een dag verschijnt daar Fabienne, die tijdelijk bij haar oma woont. Als Jochem er blijk van geeft dat hij Fabienne aardiger vindt dan Tiff, leidt dat tot jaloezie en agressie. Dit laatste deel bevat meer drama dan de rest van de serie, waarin het voornamelijk om spel en gewone, alledaagse gebeurtenissen gaat.
Bos schreef ook een aantal delen
| |
| |
Illustratie van Annet Schaap uit Het landje van Tiff
van de serie ‘Geheim’, bedoeld voor kinderen vanaf een jaar of zeven. In Het geheim van het kasteel (2003) vormen Jasper, zijn oudere zus Bo, zijn vriend Jordi en het nieuwe buurmeisje Carmen een club van geheim agenten. Op bevel van Bo, de bedenker van de club, moet elk van hen een opdracht uitvoeren. Daarbij stuiten ze op de restanten van een kasteel waarin zich een kist met oude handschriften bevindt. Naast spanning biedt het verhaal humor, die voornamelijk voortkomt uit het heerszuchtige gedrag van Bo. Ze is veel minder heldhaftig dan ze de anderen wil doen geloven. In Het geheim van de struikrovers (2004) is het herfstvakantie en de kinderen vervelen zich. Op voorstel van Bo, die net een boek over Robin Hood heeft gelezen, besluiten ze rijken te beroven en geld te geven aan de armen. Meer dan Het geheim van het kasteel wordt dit verhaal verteld vanuit de gedachtewereld van Jasper, het introverte broertje van Bo. De tegengestelde karakters van de personages leveren grappige situaties en dialogen op.
Het geheim van de magische muis (2011) heeft een nogal conventioneel thema: spelverslaving. Max wordt door de computermuis die hij van zijn oom cadeau heeft gekregen, zo het spel in gezogen, dat het hem steeds meer moeite kost om terug te keren naar de werkelijkheid.
| |
| |
| |
Het oog, een liefde
Lennart krijgt het verzoek zich aan te sluiten bij de Dichterskring, waar jongeren elkaars poëzie bespreken. Het clubje bestaat uit zes dichters. Herman is de meest traditionele poëet in het gezelschap, een ‘wandelende boekenkast’ die langdurig aan zijn gedichten schaaft. Raaf is zijn tegenhanger, een geboren performer met een fascinatie voor seks: ‘Echte poëzie schrijf je met zweet, spuug en sperma.’
Lennart is smoorverliefd op Fiona, een ander lid van de Dichterskring. Zij blijft voor hem een onbereikbare muze, want de liefde is niet wederzijds. Wel krijgt Lennart van Fiona een tijgeroog, een gepolijst steentje dat volgens haar geluk brengt. Als Fiona een relatie begint met Emiel, een getrouwde man, laat Lennart zich - puur voor de seks - verleiden door de rondborstige Debbie. Uiteindelijk kiest Debbie voor Raaf. Lennart vindt troost bij Stans, de inmiddels ex-vrouw van Emiel.
Tussen de liefdesverwikkelingen door ontrolt zich een verhaallijn rond het dichterschap van de hoofdfiguren. Ze doen mee aan een poëziewedstrijd, geven gezamenlijk een bundel uit en treden op. De Dichterskring houdt op te bestaan, wanneer Herman - die tijdens een vakantie in Portugal heeft opgebiecht verliefd te zijn op Lennart - zich terugtrekt. De anderen hebben er dan ook geen zin meer in.
| |
Waardering
Bos' eerste jeugdboek Eigen schuld (1997) kreeg van Lieke van Duin in Trouw een enthousiast onthaal. Ze prees de combinatie van literaire kwaliteit, psychologische diepgang en vlotte leesbaarheid. In Het oog, een liefde (2002) waardeert Noor Hellmann de ‘handige manier’ waarop de auteur de amoureuze perikelen van adolescenten verweeft met hun ervaringen als dichter: ‘Bos heeft een directe stijl, zonder al te populair te zijn. Met onderkoelde humor schetst hij figuren en gebeurtenissen in een vlot leesbaar verhaal’ (NRC Handelsblad). Boek & Jeugd Online omschrijft het boek als ‘een vrolijke soap, vol “flat characters”, die hun eigen functie hebben binnen het verhaal’.
De reacties op Een broeierige avond (2008) waren gemengd. ‘Een spannend en suggestief verhaal vol intriges’, schrijft Mirjam Noorduijn in de Leeswelp. ‘Met gevoel voor de levensstijl van moderne jongeren schetst Bos geloofwaardig [-] hoe vriendschappen veranderen en hoe situaties ongewild uit de hand kunnen lopen’. Volgens Sonja de Jong ‘ziet Bos kans de vier meiden elk hun eigen, aannemelijke karakter mee te geven, best een prestatie voor een mannelijke auteur’. Maar een goed boek levert dat niet op volgens haar: ‘Meidenlectuur op Bouquetreeksniveau’ (Noordhollands Dagblad).
Over Kortje lontjes (2011) oordeelt Boek & Jeugd Online dat de zijlijnen afleiden en dat sommige personages
| |
| |
van bordkarton zijn. ‘De onderlinge relaties krijgen (te) weinig diepgang om het verhaal, ondanks het belangwekkende thema, beklijvend te laten zijn.’
De boeken die Bos voor een jongere lezersgroep schreef, vinden veel waardering. Herman Kakebeeke over Het geheim van het kasteel: ‘Een vlot en prettig lezend positief boek’ (Leesidee jeugdliteratuur).
| |
Bibliografie
Voor volwassenen
|
Spijt (1988), De woede van de bassist (1992), Het zelfreinigend vermogen (1993), Vergeet het maar broertje (1996). |
Kinder- en jeugdboeken
|
Eigen schuld. Amsterdam, De Bezige Bij, 1997. |
Kleine leugens. Amsterdam, Leopold, 2000. |
Een hut en een hol. Met illustraties van Annet Schaap. Amsterdam, Leopold, 2001. |
Het piratennest van Jochem. Met illustraties van Annet Schaap. Amsterdam, Leopold, 2002. |
Het landje van Tiff. Met illustraties van Annet Schaap. Amsterdam, Leopold, 2002. |
Het oog, een liefde. Amsterdam, Leopold, 2002. |
Met Christel van Boergondië, Kinderen de baas! Verhalen uit Het Land van Ooit. Amsterdam, Leopold, 2003. |
Het geheim van het kasteel. Met illustraties van Saskia Halfmauw. Amsterdam, Leopold, 2003. (Geheim) |
Het geheim van de struikrovers. Met illustraties van Saskia Halfmauw. Amsterdam, Leopold, 2004. (Geheim) |
Een broeierige avond. Amsterdam, Leopold, 2006. |
Met Claire Felicie, Het meisje van De Nachtwacht. Amsterdam, Leopold, 2007. |
Met Nicole Jongman, Korte lontjes. Amsterdam, Querido, 2011. (slash) |
Het geheim van de magische muis. Met illustraties van Saskia Halfmauw. Amsterdam, Leopold, 2012. (Geheim) |
Sproet laat niet los. Met illustraties van Marieke Nelissen. Amsterdam, Leopold, 2012. |
Het geheim van het woeste water. Met illustraties van Saskia Halfmauw. Amsterdam, Leopold, 2013. (Geheim) |
Over Chris Bos
|
Lieke van Duin, ‘De zon strooit sterretjes over de zee’. In: Trouw, 11-6-1997. [Over Eigen schuld] |
Sofie De Jonckheere, [over Kleine leugens]. In: Leesidee jeugdliteratuur, jaargang 6 (2000), nr. 4, blz. 156. |
Aimée de Jaeger, Kleine leugens en soms meer. In: De Morgen, 17-5-2000. [Over Kleine leugens] |
Liesbet Vannyvel, Een hut en een hol. In: Leesidee jeugdliteratuur, jaargang 8 (2002), nr. 2, blz. 56. |
Noor Hellmann, Soms zijn ze van satijn. In: NRC Handelsblad, 31-1-2003. [Over Het oog, een liefde] |
Herman Kakebeeke, [over Het geheim van het kasteel]. In: Leesidee jeugdliteratuur, jaargang 9 (2003), nr. 6, blz. 244. |
Mirjam Noorduijn, Een broeierige avond. In: De Leeswelp, 1-1-2006. |
Sonja de Jong, Meidenlectuur op Bouquetreeksniveau. In: Noordhollands Dagblad, 17-8-2006. [Over Een broeierige avond] |
Websites
|
www.boekenjeugdgids.nl |
www.chrisbos.nl |
www.leesplein.nl |
93 Lexicon jeugdliteratuur
oktober 2013
|
|