| |
| |
| |
Michael Bond
door Jan van Coillie
Michael Bond werd op 13 januari 1926 geboren in Newbery, Engeland. Tijdens zijn diensttijd in de Royal Air Force in Egypte begon hij korte verhalen te schrijven. In 1947 ging hij bij de bbc werken als cameraman. Zijn carrière als auteur voor kinderen begon in 1958 toen zijn dochter werd geboren en hij zijn eerste boek over beertje Paddington schreef. Negen jaar later waren de Paddingtonboeken zo'n succes geworden dat hij van zijn pen kon leven. In de jaren zeventig bracht de bbc een tv-serie uit, waarna de merchandising echt op gang kwam met talloze producten, van teddyberen, videofilms en kleding tot behangselpapier. Intussen zijn de boeken in meer dan dertig talen vertaald en gingen er wereldwijd meer dan dertig miljoen exemplaren over de toonbank. In 1997 werd Bond voor zijn verdiensten voor de jeugdliteratuur door de Engelse koningin benoemd tot ‘officer of the Order of the British Empire’.
Bond verzon ook andere boekenfiguren voor kinderen: de weesmuis Thursday en het Guinees biggetje Olga da Polga. Hoewel ook zij menselijke trekjes vertonen, worden ze op geen enkel moment deel van de mensenwereld zoals Paddington. Dit verklaart wellicht waarom ze niet zo'n succes kenden. De boeken over hen werden niet in het Nederlands vertaald.
Voor volwassenen schreef Bond een reeks over de rondtrekkende detective en fijnproever Monsieur Pamplemousse. In het totaal publiceerde hij ongeveer 150 boeken, inclusief zijn autobiografie Bears and Forebears (1996).
| |
Werk
Michael Bond staat bijna synoniem voor zijn meest succesrijke creatie, beertje Paddington. In zijn autobiografie Bears and Forebears vertelt hij
| |
| |
hoe het begon: ‘Op kerstavond 1956 kocht ik een kleine speelgoedbeer. Ik vond hem achtergelaten op een plank in een Londense winkel en voelde medelijden met hem. Ik nam hem mee naar huis voor mijn vrouw Brenda en noemde hem Paddington omdat we toen dicht bij het station Paddington woonden. Ik schreef enkele verhalen over de beer, meer voor mijn plezier dan met het idee ze te publiceren. Na een paar dagen merkte ik dat ik een boek in mijn handen had. Het was niet speciaal voor kinderen geschreven, maar ik denk dat ik er de dingen in stopte waar ik als kind graag over las.’
Het vermenselijkte beertje Paddington is herkenbaar aan zijn duffelse jas en slappe zuidwester. Zijn favoriete eten is marmelade. Oorspronkelijk komt hij uit ‘het donkere binnenland’ van Peru; hij werd opgevoed door tante Lucy nadat zijn ouders waren omgekomen bij een aardbeving. Wanneer tante haar intrek neemt in een rusthuis voor beren in Lima, stuurt ze hem naar Engeland. Meneer Brown vindt hem in het Londense station Paddington achter een stapel postzakken. Hij heeft een kaartje om zijn nek met de tekst: ‘Zorg a.u.b. goed voor deze beer.’ Mevrouw Brown smelt meteen weg en het koppel besluit het beertje mee naar huis te nemen. Al snel blijkt Paddington een echte pechbeer. In het restaurant zit hij in een mum van tijd onder de slagroom en de thee -
Illustratie van Peggy Fortnum uit Een beer genaamd Paddington
en hij wilde alleen maar vriendelijke goedendag zeggen. Zo gaat het altijd: hij wil iets goeds doen, maar brengt zichzelf in moeilijkheden. ‘Er gebeurt altijd wel iets met me. Zo'n soort beer ben ik nu eenmaal.’
Juist die vermenging van goede wil en pech maakt Paddington zo sympathiek. Hij heeft beslist een goed karakter: hij is behulpzaam en vrijgevig. Als hij de jackpot wint, geeft hij bijna alles aan een goed doel (Paddington heeft pech). Dat de dingen vaak anders uitpakken dan hij had verwacht of gewild, heeft meestal te maken met het feit dat hij een beer is, ook al probeert hij zich als mens te gedragen. Zo had hij natuurlijk beter niet op de tafel kunnen klimmen om
| |
| |
de reusachtige slagroompunt op te smullen. En als beer begrijpt hij niet veel van het circus, wat verklaart waarom hij de acrobaat te hulp schiet die ondersteboven aan een touw hangt (Paddington in het circus).
Overal waar hij komt, zorgt Paddington voor opschudding: in het restaurant, de metro, het warenhuis, de bioscoop, het theater, aan zee... En vaak gaat het van kwaad tot erger. Aan het begin van Paddington houdt grote schoonmaak heeft de kleine beer weer eens goede voornemens. Terwijl hij op het huis past, wil hij de vaat doen en schoonmaken. Als de klus geklaard is, besluit hij een taart te bakken om de Browns te verwelkomen. Wanneer hij wat bloem en suiker morst, wil hij eerst stofzuigen maar het toestel blaast alles de keuken in. Vervolgens zuigt hij per ongeluk het taartbeslag op, dat in één gulp weer uit de stofzuiger spuit. De hele keuken zit onder de chocolade. Dit soort ‘roomtaartenhumor’ is bij kinderen bijzonder populair. Zelfs als Paddington het echt te bont maakt, loopt het meestal toch nog goed af. Als hij een puinhoop maakt van een etalage, blijkt dat zoveel volk te trekken dat de winkelbaas hem als een held beschouwt. Als hij met twee volle winkelwagentjes de winkel wil verlaten zonder te betalen, blijkt hij als duizendste klant alles gratis te mogen meenemen (Paddington gaat winkelen). Geregeld wint hij ook iets: geld bij een weddenschap, de eerste prijs in een schilderswedstrijd of zelfs een prijs in de Tour de France (Paddington op reis). Nog vaker krijgt hij voor zijn onbedoelde stuntwerk applaus.
De andere figuren in de verhalen geven allemaal op hun manier de sympathieke beer meer profiel. Het gezin Brown biedt hem een gezellige en geborgen omgeving. Als hij ziek is, zijn ze allemaal doodongerust. Als ze hem bij zijn terugkeer uit Peru heel erg doen schrikken, zorgen ze meteen voor chocolademelk en marmeladebroodjes als troost. De Browns of hun kinderen leggen hem telkens weer geduldig uit wat hij fout doet. En voor hoeveel problemen hij ook zorgt, ze zouden hem niet meer willen missen. De huishoudster, mevrouw Alida, is soms heel streng, maar ze neemt het voor Paddington op als dat nodig is. Nuchter als ze is, voelt ze het vaak meteen aan als er problemen op komst zijn. De norse buurman meneer Curry is meestal de dupe: Paddington slaat met een hamer op zijn hand, klopt op een verkeerde plaats een gat in zijn keukenmuur of zaagt zijn keukentafel in stukken. En dan is er nog meneer Gruber, de antiekhandelaar, bij wie hij steeds terechtkan voor goede raad.
Wat kan de reden zijn voor het wereldwijde succes van beertje Paddington? Volgens Margaret Walker is dit vooral te danken aan het feit dat Paddington een beer is. Teddy's en
| |
| |
Illustratie van R.W. Alley uit Beertje Paddington
echte beren hebben volgens haar een natuurlijke aantrekkingskracht op kinderen als symbool van liefde en veiligheid. Bond zelf schrijft over zijn keuze voor een beer: ‘Het grote voordeel van een beer als hoofdpersonage is dat hij de onschuld van een kind kan combineren met de wereldwijsheid van een volwassene’. Walker noemt ook het plezier van de anticipatie. De jonge lezers en luisteraars die Paddington kennen, weten dat hij telkens weer in de problemen zal raken. En meneer Curry is gegarandeerd altijd de sigaar. Overigens dragen ook de komische situaties op zichzelf bij tot het succes. Ten slotte wijst Walker erop dat de beer zowel kinderen als volwassenen aanspreekt. De kinderen worden gefascineerd door Paddingtons neiging zich in de nesten te werken. De situaties en de gevoelens van de beer zijn voor hen bovendien erg herkenbaar: Paddington die verdwaalt in het warenhuis (en bedolven raakt onder een berg
| |
| |
winkelwaar) of dolenthousiast is als hij naar het circus mag. Voor volwassen lezers is de beer niet alleen een charmant, naïef kind maar ook het type van de goedmenende, stuntelende volwassene. De avonturen van beertje Paddington geven alle lezers een prettig gevoel. Wie zich met hem identificeert weet na enkele verhalen: ook al gaat alles mis, er volgt toch een leuk staartje. Speurneus Paddington eindigt met een bevestiging: ‘Het was leuk om een beer te zijn. En helemaal als je een beer was die Paddington heette.’
Michael Bond heeft een eenvoudige, heel directe stijl. Zijn dialogen verlevendigt hij met tussenwerpsels die Engelse kinderen vaak gebruiken, zoals ‘Oh, gosh’ of ‘Crickey’. Opmerkelijk is dat Paddington doorgaans heel beleefd praat. Hij weet wanneer hij ‘I'm afraid that’, ‘thank you’ of ‘please’ moet zeggen. Maar het meest typisch is de flegmatieke humor. De beginzin van Paddington op reis is hiervan een treffend voorbeeld: ‘Paddington had er een zooitje van gemaakt. Aangezien hij het type beer was dat zich zonder veel moeite in de nesten wist te werken, was hij hier niet verbaasd over.’ Trouwens, als het weer eens zo ver is, zegt hij vaak zelf: ‘Ik geloof dat ik weer in de problemen zit.’
De eerste vertaling van Han G. Hoekstra klinkt nu gedateerd en onnatuurlijk; de recente vertalingen van Huberte Vriesendorp en Mariska Hammerstein vatten goed de levendigheid van het origineel. Overigens valt op dat Vriesendorp de namen heeft aangepast: meneer en mevrouw De Bruin (Brown), Julie (Judy), Jeroen (Jonathan) waar Hammerstein dat niet doet.
Paddington veranderde door de jaren heen verschillende malen van uiterlijk. Peggy Fortnum, die hem het eerst tekende, schetste de beer in zwart/wit met pen en inkt. Haar tekeningen worden ook in recente publicaties nog gebruikt, al is de omslag meestal van iemand anders afkomstig. In 1972 tekende Fred Banbery een eerste reeks prentenboeken in kleur. David McKee zorgde in de jaren tachtig voor een tweede reeks en R.W. Alley in de jaren negentig voor een derde. Intussen had Ivor Wood Paddington herschapen tot een pop voor de tv-serie. Zijn model werd ook gebruikt in merchandising. In 1997 veranderde het uiterlijk van Paddington nog eens toen de Canadese firma Cinar een reeks animatiefilms startte.
| |
Waardering
De eerste vertalingen van Beertje Paddington verschenen eind jaren vijftig en oogstten algemene lof. Recensenten zwaaiden met termen als ‘kostelijk’, ‘schattig’ en ‘allergrappigst’. Ook over de uitgave in de jaren zeventig waren de recensenten vol lof, men prees vooral de humor en de herkenbaarheid. Gerty Evenhuis was een van de eersten die ook oog had voor Bonds bijzondere
| |
| |
stijl: ‘Michael Bond heeft een economie van taal en actie waar je je pet voor afneemt’ (Hervormd Nederland). Merkwaardig was de kritiek van Maarten 't Hart die ‘ernstig bezwaar’ maakte tegen de verhalen over Paddington, want ‘ze brengen werkelijk geen enkel begrip bij voor wat echte beren nu doen en hoe echte beren leven’ (Vrij Nederland).
In de jaren tachtig besteedden alle belangrijke recensenten aandacht aan de vertalingen van Huberte Vriesendorp. Bregje Boonstra vond het ‘raadselachtig’ waarom ze de verhalen naar Nederland overplaatste, te meer daar ze voor het overige aanzienlijk trouwer bleef aan de oorspronkelijke tekst dan de vorige vertaler (NRC Handelsblad). Ook voor Jan Smeekens was deze vertaling sterker dan de vorige, omdat ze ‘geen overbodige en opvallende woorden’ gebruikte (Faam/Vlissinger). Joke Linders-Nouwens oordeelde: ‘De puntige tekst was bij deze vertaalster in goede handen. Zij hield de humoristische verteltoon in stand’ (Algemeen Dagblad). De uitvoerigste bespreking kwam van Gertie Evenhuis. Zij waardeert de vanzelfsprekende fantasie en het ‘gevoel van de betrekkelijkheid van alle dingen’ dat ‘op een geraffineerde wijze in het verhaal geweven’ wordt. Verder wijst ze erop hoe herkenbaar de humor is voor de jonge lezers, ondanks de typisch Britse stempel. Haar conclusie luidt: ‘De Paddingtonverhalen zijn verrukkelijke fantasie-dicht-bij-huis; béregoed.’
In de jaren negentig kregen vooral Bonds biografie en Paddingtons veertigste verjaardag aandacht. De recensies van de nieuwe vertalingen bleven beperkt. De vertalingen van Jeanet van den Heuvel konden de recensenten van Leesidee jeugdliteratuur niet echt boeien, ze bevatten te ‘weinig originele aanzetten’ en kwamen ‘wat gekunsteld’ over. Over de vertalingen van Mariska Hammerstein was hetzelfde tijdschrift positiever (‘onderhoudende, humoristische avonturen’) al bleef de kritiek lauw.
| |
Bibliografie
Jeugdboeken
|
A Bear Called Paddington (1958): Een beer die Paddington heette. Vertaald door Han G. Hoekstra. Met illustraties van Peggy Fortnum. Amsterdam, De Arbeiderspers, 1959. Paddington, onze kleine beer. Vertaald door Rob de Bruïne. Bussum, Van Holkema en Warendorf, 1973. Beertje Paddington. Vertaald door Huberte Vriesendorp. Haarlem, Gottmer, 1987. Een beer genaamd Paddington. Vertaald door Mariska Hammerstein. Houten, Van Reemst, 1998. |
More About Paddington (1959): De beroemde beer Paddington. Vertaald door Han G. Hoekstra. Met illustraties van Peggy Fortnum. Amsterdam, De Arbeiderspers, 1962. Paddington, nieuwe avonturen van de kleine beer. Vertaald door Rob de Bruïne. Bussum, Van Holkema en Warendorf, 1973. Beertje Paddington is ei- |
| |
| |
genwijs. Vertaald door Huberte Vriesendorp. Haarlem, Gottmer, 1987. Speurneus Paddington. Vertaald door Mariska Hammerstein. Houten, Van Reemst, 1997. |
Paddington Helps Out (1960): Paddington brengt uitkomst. Vertaald door Han G. Hoekstra. Met illustraties van Peggy Fortnum. Amsterdam, De Arbeiderspers, 1962. Paddington, de kleine beer helpt een handje. Vertaald door Rob de Bruïne, Bussum, Van Holkema en Warendorf, 1973. Beertje Paddington helpt een pootje mee. Vertaald door Huberte Vriesendorp. Haarlem, Gottmer, 1988. Paddington helpt een handje. Vertaald door Mariska Hammerstein. Houten, Van Reemst, 1997. |
Paddington Abroad (1961): Paddington op pad. Vertaald door Han G. Hoekstra. Met illustraties van Peggy Fortnum. Amsterdam, De Arbeiderspers, 1962. De kleine beer gaat met vakantie. Vertaald door Rob de Bruïne, Bussum, Van Holkema en Warendorf, 1974. Paddington op reis. Vertaald door Mariska Hammerstein. Houten, Van Reemst, 1997. |
Paddington at Large (1962): Geef Paddington de ruimte. Vertaald door Han G. Hoekstra. Met illustraties van Peggy Fortnum. Amsterdam, De Arbeiderspers, 1963. De kleine beer weet wat hij wil. Vertaald door Rob de Bruïne, Bussum, Van Holkema en Warendorf, 1975. Paddington heeft pech. Vertaald door Mariska Hammerstein. Houten, Van Reemst, 1998. |
Paddington Marches On (1964): De kleine beer staat zijn mannetje. Vertaald door Rob de Bruïne. Met illustraties van Peggy Fortnum. Bussum, Van Holkema en Warendorf, 1975. Beertje Paddington draaft door. Vertaald door Huberte Vriesendorp. Haarlem, Gottmer, 1988. Een verrassing voor Paddington. Vertaald door Mariska Hammerstein. Houten, Van Reemst, 1998. |
Paddington at Work (1966): De kleine beer zit in moeilijkheden. Vertaald door Rob de Bruïne. Met illustraties van Peggy Fortnum. Bussum, Van Holkema en Warendorf, 1978. Paddington is terug. Vertaald door Mariska Hammerstein. Houten, Van Reemst, 1999. |
Paddington Goes to Town (1968) Paddington in de bocht. Vertaald door Mariska Hammerstein. Met illustraties van Peggy Fortnum. Houten, Van Reemst, 1999. |
Paddington Bear (1972): Paddington de beer. Vertaald door L.M. Niskos. Met illustraties van Fred Banbery. Rotterdam, Lemniscaat, 1973. Ik ben Paddington. Vertaald door Jeanet van den Heuvel. Met illustraties van John Lobban. Houten, Van Reemst, 1992. |
Paddington's Garden (1972): De tuin van Paddington. Vertaald door L.M. Niskos. Met illustraties van Fred Banbery. Rotterdam, Lemniscaat, 1973. De tuin van Paddington. Vertaald door Jeanet van den Heuvel. Met illustraties van John Lobban. Houten. Van Reemst, 1992. |
Paddington at the Circus (1973): Paddington in het circus. Vertaald door L.M. Niskos. Met illustraties van Fred Banbery. Rotterdam, Lemniscaat, 1975. Paddington naar het circus. Vertaald door Jeanet van den Heuvel. Met illustraties van John Lobban. Houten, Van Reemst, 1992. Paddington naar het circus. Met illustraties van R.W. Alley. Houten, Van Reemst, 2000. |
Paddington Goes Shopping (1973): Paddington in de supermarkt. Vertaald door L.M. Niskos. Met illustraties van Fred Banbery. Rotterdam, Lemniscaat, 1975. Paddington gaat winkelen. Vertaald door Jeanet van den Heuvel. Met illustraties van John Lobban. Houten, Van Reemst, 1992. |
Paddington at the Seaside (1975): Paddington naar het strand. Vertaald door Jeanet van den Heuvel. Met illustraties van John Lobban. Houten, Van Reemst, 1992. |
| |
| |
Paddington at the Tower (1975): Paddington op stap in Londen. Vertaald door Jeanet van den Heuvel. Met illustraties van John Lobban. Houten, Van Reemst, 1993. |
Paddington at the Station (1976): Paddington op het station. Bewerkt door Rob de Bruïne. Met illustraties van Barry Wilkinson. Houten, Van Reemst/Unieboek, 1976. |
Paddington Takes a Bath (1976): Paddington gaat in bad. Bewerkt door Rob de Bruïne. Met illustraties van Barry Wilkinson. Houten, Van Reemst/Unieboek, 1976. |
Paddingtong Goes to the Sales (1976)): Paddington in het warenhuis. Bewerkt door Rob de Bruïne. Met illustraties van Barry Wilkinson. Houten, Van Reemst/Unieboek, 1976. |
Paddington's New Room (1976): Paddington gaat behangen. Bewerkt door Rob de Bruïne. Met illustraties van Barry Wilkinson. Houten, Van Reemst/Unieboek, 1976. |
Paddington Hits Out (1977): Paddington gaat sporten. Vertaald door Nanine van den Berg. Met illustraties van Barry Wilkinson. Bussum, Van Reemst, 1978. |
Paddington in the Kitchen (1977): Paddington in de keuken. Vertaald door Anneke van Luyk. Met illustraties van Barry Wilkinson. Bussum, Van Reemst, 1978. |
Paddington Does It Himself (1977): Paddington, de doe het zelver. Vertaald door Anneke van Luyk. Met illustraties van Barry Wilkinson. Bussum, Van Reemst, 1978. |
Paddington's Birthday Party (1977): Paddington's verjaarpartijtje. Vertaald door Nanine van den Berg. Met illustraties van Barry Wilkinson. Bussum, Van Reemst, 1978. |
Paddington's Pop-Up Book (1977): Paddington. Bewerkt door Suzanne Braam. Met illustraties van Ivor Wood en William Collins Sons & Co. Houten, Van Reemst, 1977. |
Paddington and the Knickerbocker Rainbow (1984): Paddington en de regenboogsorbet. Vertaald door Mariska Hammerstein. Met illustraties van David McKee. Bussum, Van Reemst, 1998. |
Paddington at the Zoo (1984): Paddington in de dierentuin. Vertaald door Mariska Hammerstein. Met illustraties van R.W. Alley. Houten, Van Reemst, 1998. |
Paddington at the Fair (1985): Paddington op de kermis. Vertaald door Mariska Hammerstein. Met illustraties van R.W. Alley. Houten, Van Reemst, 1998. |
Paddington the artist (1985): Paddington de kunstenaar. Vertaald door Mariska Hammerstein. Met illustraties van R.W. Alley. Houten, Van Reemst, 1999. |
Paddington at the Palace (1986): Paddington bij het paleis. Vertaald door Mariska Hammerstein. Met illustraties van R.W. Alley. Houten, Van Reemst, 1999. |
Paddington Minds the House (1986): Paddington houdt grote schoonmaak. Vertaald door Mariska Hammerstein. Met illustraties van R.W. Alley. Houten, Van Reemst, 1999. |
Paddington's Magical Christmas (1988): Vrolijk Kerstfeest Paddington. Vertaald door Mariska Hammerstein. Met illustraties van R.W. Alley. Houten, Van Reemst, 1998. |
Paddington's 123 (1990): Paddington leert tellen. Vertaald door Jeanet van den Heuvel. Met illustraties van John Lobban. Bussum, Van Reemst, 1991. |
Paddington's Colours (1990): Paddington kijkt naar de kleuren. Vertaald door Jeanet van den Heuvel. Met illustraties van John Lobban. Bussum, Van Reemst, 1991. |
Paddington's Opposites (1990): Paddington kijkt en vergelijkt. Vertaald door Jeanet van den Heuvel. Met illustraties van John Lobban. Bussum, Van Reemst, 1991. |
Over Michael Bond
|
Maarten 't Hart, [Over Paddington - de kleine beer staat zijn mannetje]. In: Vrij Nederland, 27-9-1975. |
| |
| |
Gertie Evenhuis, [Over Paddington in het circus]. In: Hervormd Nederland, 6-12-1975. |
Adele Sarkissian, Something about the Author, Autobiogaphy Series. Detroit, Gale, 1987; volume 58. |
Bregje Boonstra, [Over Beertje Paddington; Paddington is eigenwijs]. In: NRC Handelsblad, 27-11-1987. |
Gertie Evenhuis, Paddington in nieuwe uitgave weer béregoed. In: Trouw, 10-2-1988. |
Jan Smeekens, [Over Beertje Paddington; Paddington is eigenwijs]. In: Faam/Vlissinger, 8-6-1988. |
Joke Linders-Nouwens, [Over Beertje Paddington]. In: Algemeen Dagblad, 25-6-1988. |
Roos Truwant, [Over Paddington gaat winkelen; Paddington op stap in Londen]. In: Jeugdboekengids, jaargang 35 (1993), nr. 5. |
68 Lexicon jeugdliteratuur
juni 2005
|
|