| |
| |
| |
C.M. van den Berg-Akkerman
door Janneke van der Veer
Cornelia Maria van den Berg-Akkerman werd op 1 mei 1906 te Vlaardingen geboren. Haar vader was timmermansbaas bij een melkfabriek. De kinderen, dertien in getal, van wie er drie jong stierven, werden opgevoed vanuit het Nederlands Hervormde geloof. De verdrinkingsdood van een vijfjarig zusje was voor de schrijfster, die toen zeven jaar was, een schokkende ervaring. Na de lagere school volgde ze cursussen in taal en voordrachtskunst; het middelbaar onderwijs was voorbehouden aan de jongens in het gezin. Op 25 april 1928 trouwde ze met Hartog van den Berg (1901-1962). Het echtpaar kreeg drie zoons en twee dochters.
Het huishouden combineerde Van den Berg-Akkerman met schrijven en activiteiten op maatschappelijk gebied. In 1936 richtte ze een hervormde vrouwengroep op, die uitgroeide tot een grote vereniging met zes afdelingen. Ze was bijna vijftig jaar presidente van deze vereniging, die veel aandacht besteedde aan de ontwikkelingsmogelijkheden van vrouwen. Daarnaast was ze jaren actief als leidster van vakantieweken die door verschillende instellingen werden georganiseerd. Ze was de eerste vrouwelijke ouderling in de Nederlands Hervormde Gemeente in Vlaardingen en jarenlang actief op de zondagsschool.
Schrijven was voor haar een hobby. Haar eerste kinderboek, Dora en Dieneke, verscheen in 1937. Na Met andere ogen (1988) stopte ze met schrijven. Ze vond dat ze zich niet meer voldoende kon verplaatsen in de wereld van de kinderen in een moderne tijd.
| |
| |
| |
Werk
C.M. van den Berg-Akkerman schreef ongeveer 45 kinder- en jeugdboeken, waarvan het merendeel voor jonge kinderen. Enkele zijn gericht op oudere meisjes, zoals En toch werd het zó! (1961) en Onze dag komt (1969). Haar boeken werden geïllustreerd door onder anderen Rie Reinderhoff, Corrie van der Baan, Adri Alindo, Mies Bloch en John A. Hummel. Ze verschenen bij meer dan tien verschillende uitgeverijen.
De protestants-christelijke achtergrond van de schrijfster komt in vrijwel al haar boeken tot uiting. Een groot aantal behoort tot de zogenoemde zondagsschoolboekjes. In Om en bij de tent (1950), een verhaal over een kampeervakantie van zeven stadsjongens, bepaalt Jos, de leider van het stel, de christelijke stemming door bij het kampvuur een psalm voor te lezen. Hij voldoet hiermee aan de wens van zijn vader, maar vindt ook zelf dat hij het geloof moet uitdragen. Hij wil immers dominee worden. Ook komt uit veel verhalen naar voren dat materieel bezit ondergeschikt is aan leven naar Gods wil. Zo voelt Dineke in Als een droom (1950) enige jaloezie als een klasgenootje een mooie bruidsmeisjesjurk krijgt. Haar moeder houdt haar dan voor dat ze veel moet bidden om een niet-jaloers meisje te zijn. Uit de verhalen van C.M. van den Berg-Akkerman spreekt een sterk geloof in de almachtige God. Alleen God kan er bijvoorbeeld voor zorgen dat de lichamelijk zwakke boerenjongen Jaap in De verloren schoen (1953) volledig herstelt.
De meeste verhalen gaan over dicht-bij-huis-onderwerpen als vakantie, logeren, voorvallen thuis en op straat. Dit geldt ook voor de Diedeltje-serie (1962-1967), die uit tien deeltjes bestaat. De hoofdpersoon is een vijfjarig meisje dat thuis en met buurtgenootjes allerlei dingen beleeft. Ze maakt samen met moeder een poppenjurk, gaat logeren bij haar vriendinnetje Sietske, bezoekt Artis, krijgt een slee, vliegert met buurjongen Jan, speelt met de verkleedkist. Hoogtepunt in de serie is dat Diedeltje een zusje krijgt.
In verscheidene verhalen is sprake van een sterk saamhorigheidsgevoel, bijvoorbeeld in Een week vol pret... (1955), over een kampeervakantie van twintig meisjes uit verschillende milieus. Ieder heeft zo z'n problemen, maar het plezier en het gevoel van verbondenheid staan voorop. Ook in De stunt van klas zes (1966) speelt saamhorigheid een rol. De zesde klas van een dorpsschool organiseert een fancy fair om geld in te zamelen voor een verlamd klasgenootje dat een rolstoel nodig heeft.
Diverse boeken wijzen op het belang van een hechte relatie met de grootouders. In Winter in Tirol (1961) woont Hedwig samen met haar moeder bij opa en oma. Vader is overleden. Met name haar grootouders zorgen dat Hedwig opgroeit in een
| |
| |
Illustratie van Corrie van der Baan uit Dagboek van moeder
geborgen omgeving. Hun zorg beperkt zich niet tot de familie, ook een arme weesjongen mag delen in die warme sfeer.
Een aantal verhalen gaat over karakterverschillen bij kinderen. Hieruit vloeit soms jaloezie voort. Zo is Rieke in Het rode lichtje (1975) jaloers op haar jongere en veel vlottere zusje Ellen. Als moeder haar wijst op het ‘rode lichtje’ van haar geweten, weet Rieke haar jaloezie te overwinnen en zichzelf te accepteren zoals ze is. In Soms gaat het toch anders (1987) worden de zusjes Noortje en Karin tegenover elkaar geplaatst. Noortje mag bruidsmeisje zijn omdat ze er het leukst uitziet. Ze krijgt echter een ongeluk. Karin, die over het algemeen nogal toegevend is en haar achterstelling makkelijk accepteert, mag dan haar plaats innemen. Voor het eerst toont ze verzet, dat door haar ouders met een beroep op het geloof wordt gepareerd.
Ook standsverschil is een thema in enkele boeken. In Onze dag komt (1969) heeft Paula, zelf opgegroeid in een welgesteld milieu, verkering met Jan, een onderwijzer uit een eenvoudig maar keurig gezin. Paula's ouders zijn tegen de relatie, wat tot een breuk leidt. Als haar ouders ernstig gewond raken bij een ongeluk, wordt het contact tussen Paula en haar ouders hersteld. Ook Jan is welkom.
Zowel de structuur van de verhalen van C.M. van den Berg-Akkerman als de stijl waarin ze geschreven zijn, is eenvoudig te noemen. De zinnen zijn meestal kort en er is veel dialoog.
| |
Dagboek van moeder
Dagboek van moeder (1967) behoort tot de zondagsschoolboekjes. Het verhaal is met respect voor het joodse geloof geschreven, maar heeft een duidelijk protestants-christelijke strekking. Als Frida thuis vertelt dat een klasgenoot haar op geniepige wijze duidelijk heeft gemaakt dat ze van joodse afkomst is, geeft moeder Jetty haar het dagboek dat ze tijdens de Tweede Wereldoorlog heeft bijgehouden. Frida leest daarin over het bombardement op Rotterdam, waarbij Jetty haar ouders en broertjes en zusjes verliest. Ze komt in huis bij een oom en tante, gaat naar een andere school en krijgt een joods vriendin- | |
| |
netje, Lot Kanter. Ze leert ook Lots muzikale broer Paul kennen. Omdat het steeds gevaarlijker wordt voor joden, besluiten oom en tante onder te duiken. Jetty komt terecht bij oom en tante Stam, christelijke mensen die goed voor haar zorgen en haar vertellen over het Nieuwe Testament en Jezus. Aan het eind van de oorlog is Jetty zestien jaar. In de tram ontmoet ze toevallig Paul Kanter, die als enige van het gezin de oorlog heeft overleefd. Paul en Jetty zien elkaar regelmatig en er ontstaat een liefdesrelatie. Samen verdiepen ze zich in het christelijk geloof en doen belijdenis.
Als Frida het dagboek gelezen heeft, wil ze meer weten over de jodenvervolging en de zin ervan. Alleen God weet daar het antwoord op, zeggen haar ouders. Frida vraagt zich af of zij en haar ouders niet naar Israël moeten vertrekken. Haar ouders voelen die roep (nog) niet, misschien later. Ze zijn dankbaar dat ze de oorlog hebben overleefd en gered zijn door christenen. Aan Frida leggen ze uit dat ze joodse christenen zijn. Frida besluit zich niets aan te trekken van het geplaag van haar klasgenoot. In vergelijking met wat haar ouders hebben doorgemaakt, stelt het immers niets voor.
| |
Waardering
In de vakliteratuur is aan het werk van C.M. van den Berg-Akkerman weinig aandacht besteed. Het Lectuur-Repertorium (1954) vermeldt over de auteur: ‘schreef prettige boekjes voor protest. kinderen’. De gids Boek en jeugd noemt in verschillende edities de Diedeltje-serie. De samenstellers van de editie 1965 schrijven over deze reeks: ‘Eenvoudige, vriendelijke verhaaltjes over een klein meisje [-]’. In de editie 1967 staan Diedeltje vliegert met Jan en Diedeltje in de optocht omschreven als ‘bruikbare uitgaafjes voor kinderen, die de leeskunst al enigszins machtig zijn’.
Recensenten van protestants-christelijke kranten en tijdschriften reageren gemengd op het werk van C.M. van den Berg-Akkerman. Het Gereformeerd gezinsblad noemt Dagboek van moeder ‘een pracht werkje, uitstekend geschikt voor bijvoorbeeld uitreiking op het Kerstfeest’. Het Nederlands Dagblad schrijft naar aanleiding van de vierde druk van dit boek dat het ‘een goed beeld [geeft] van het lijden van de Joden’, maar noemt de taal ‘wat stijfjes’.
De reacties op de Diedeltje-serie zijn overwegend positief. Hanny Hoogland naar aanleiding van Diedeltje en de ballon (1965) en Diedeltje gaat naar Artis (1965) in het Sneeker Nieuwsblad: ‘Kleine meisjes lezen graag over gewone kleine meisjes, die net als zij huis-, tuin- en keukenavonturen beleven. Een geslaagde serie in dit genre lijkt mij de Diedeltjes Boekjes van C.M. van den Berg-Akkerman.’
Bij andere boeken worden kanttekeningen geplaatst. De recensent van het Reformatorisch Dagblad kritiseert de zwart-wittekening van de karakters
| |
| |
van de zusjes in Soms gaat het toch anders (1987), evenals het aansnijden van te veel thema's, die ‘even uit de kast gehaald en direct weer teruggezet’ worden ‘zonder dat een aanvaardbare oplossing gegeven wordt’. Julia Molenaar (Friesch Dagblad) is positief over de begrijpelijke manier waarop in Met andere ogen (1988) een actueel thema als disciriminatie is behandeld. Kritiek heeft ze op het feit dat het verhaal in de verleden tijd is geschreven, ‘waardoor het gebeurde iets verder weg komt te staan’.
| |
Bibliografie
Keuze uit de kinder- en jeugdboeken
|
Dora en Dieneke. Met illustraties van Louis van den Berg. Rotterdam, Bredée, [1937]. |
De jongens van de stuurman. Met illustraties van Jaap Veenendaal. Nijkerk, G.F. Callenbach, [1947]. |
Van een jongen en een meisje en een bootje. Nijkerk, G.F. Callenbach, [1948]. |
Van een stuiter en een sneeuwbal. Met illustraties van Adri Alindo. Delft, W.D. Meinema, [1949]. |
Als een droom. Met illustraties van Rie Reinderhoff. Nijkerk, G.F. Callenbach, [1950]. |
Om en bij de tent. Met illustraties van Rein Stuurman. Nijkerk, G.F. Callenbach, [1950]. |
De verloren schoen. Met illustraties van Nans van Leeuwen. Nijkerk, G.F. Callenbach, [1953]. Ook verschenen als De duiventoren. Met illustraties van Tiny van Asselt. Nijkerk, G.F. Callenbach, [1983]. |
Bennie en het vreemde land. Met illustraties van Mies Bloch. Nijkerk, G.F. Callenbach, [1953]. |
Pietje Mus. Met illustraties van Johanna Bottema. 's-Gravenhage/Djakarta, G.B. van Goor Zonen's Uitgeversmaatschappij, [1954]. |
Evelientje en Marjoleintje. Met illustraties van Rie Reinderhoff. Nijkerk, G.F. Callenbach, [1955]. |
Een week vol pret... Met illustraties van Rie Reinderhoff. Groningen, Jan Haan, [1955]. (Haan's bibliotheek voor de jeugd) |
Het blijde telegram. Met illustraties van Rie Reinderhoff. Nijkerk, G.F. Callenbach, [1955]. |
Samen uit, samen thuis. Met illustraties van Lies Veenhoven. Alkmaar, Kluitman, [1956]. |
Wies in de knoei. Met illustraties van Henk Poeder. Groningen, Jan Haan, [1958]. |
Klavertje vier. Met illustraties van Rie Reinderhoff. Nijkerk, G.F. Callenbach, [1959]. |
En toch werd het zó! Met illustraties van Hans Borrebach. Hoorn, Westfriesland, [1961]. |
Winter in Tirol. Met illustraties van Corrie van der Baan. Nijkerk, G.F. Callenbach, [1961]. |
Kees en zijn hamsters. Met illustraties van Rie Reinderhoff. Groningen, Jan Haan, [1961]. Ook verschenen met illustraties van A.D. Dekkers, Den Haag. Voorhoeve, tweede druk, [1978]. |
Diedeltje maakt een poppejurk [1962], Diedeltje krijgt een slee [1962], Diedeltje en Sietske [1962], Diedeltje eet chocola [1962], Diedeltje gaat naar Artis [1965], Diedeltje en de ballon [1965], Diedeltje op zolder [1966], Diedeltje winkelt met Sietske [1966], Diedeltje vliegert met Jan [1967], Diedeltje in de optocht [1967]. Met illustraties van John A. Hummel. Den Haag, Van Goor, 1962-1967. |
Kerstfeest in de stad. Met illustraties van Tiny van Asselt. Nijkerk, G.F. Callenbach, [1963]. |
De stunt van klas zes. Met illustraties van Corrie van der Baan. Nijkerk, G.F. Callenbach, [1966]. |
Dagboek van moeder. Met illustraties van Corrie van der Baan. Nijkerk, G.F. Callenbach, [1967]. |
| |
| |
Rita en haar zusje Heleen. Met illustraties van Lies Veenhoven. Alkmaar, Kluitman, [1969]. (Zonnebloem-serie) |
Onze dag komt. Met illustraties van Herson. Hoorn, West-Friesland, 1969. |
Saskia's vlucht. Met illustraties van Wim van Doorne. Delft, W.D. Meinema, [1969]. |
Het ezeltje zonder naam. Met illustraties van Corrie van der Baan. Nijkerk, G.F. Callenbach, [1970]. |
Steffie uit Tirol. Met illustraties van Tiny van Asselt. Nijkerk, G.F. Callenbach, [1972]. |
Een opdracht voor Trudy. Met illustraties van Han Prins. Kampen, Kok, 1973. (Irisreeks) |
Het rode lichtje. Met illustraties van Geeske van Tienhoven. Nijkerk, G.F. Callenbach, [1975]. |
Geheim blijft geheim. Met illustraties van Reintje Venema. Nijkerk, G.F. Callenbach, [1977]. |
Kruidje-roer-me-niet. Met illustraties van Geeske van Tienhoven. Nijkerk, G.F. Callenbach, [1978]. |
Samen op weg. Met illustraties van Geeske van Tienhoven. Nijkerk, G.F. Callenbach, [1982]. |
Soms gaat het toch anders. Met illustraties van Tiny van Asselt. Nijkerk, G.F. Callenbach, [1987]. |
Met andere ogen. Met illustraties van Tiny van Asselt, Nijkerk. G.F. Callenbach, [1988]. |
Over C.M. van den Berg-Akkerman
|
Joris Baers en Paul Hardy, Lectuur-Repertorium. Antwerpen/Tilburg, Algemeen Secretariaat voor Katholieke Boekerijen, Deel III, 1954, blz. 2595. |
Boek en Jeugd. Gids voor jeugdlectuur 1965. Samengesteld door en onder verantwoordelijkheid van het Bureau Boek en Jeugd der Centrale Vereniging voor Openbare Bibliotheken te 's-Gravenhage, 's-Gravenhage/Amsterdam, H.P. Leopolds Uitgeversmij NV/Ploegsma, 1965. |
Hanny Hoogland, [over de Diedeltje-serie]. In: Sneeker Nieuwsblad, 1-11-1965. |
Boek en Jeugd. Gids voor jeugdlectuur 1967. Samengesteld door en onder verantwoordelijkheid van het Bureau Boek en Jeugd der Centrale vereniging voor openbare Bibliotheken te 's-Gravenhage, 's-Gravenhage/Amsterdam, H.P. Leopolds Uitgeversmij NV/Ploegsma, 1967. |
[Anoniem], [over: Dagboek van moeder]. In: Gereformeerd gezinsblad, 24-11-1967. |
Boek en Jeugd. Gids voor jeugdlectuur 1968. Samengesteld door en onder verantwoordelijkheid van het Bureau Boek en Jeugd der Centrale vereniging voor openbare Bibliotheken te 's-Gravenhage, 's-Gravenhage/Amsterdam, H.P. Leopolds Uitgeversmij NV/Ploegsma, 1968. |
[Anoniem], [over: Dagboek van moeder]. In: Nederlands Dagblad, 23-11-1984. |
H.H. Karels-Meeuse, [over: Met andere ogen]. In: Reformatorisch Dagblad, 9-12-1988 |
Gerard J.N. van den Berg, Hans A. van den Berg en Hans W. van den Berg, Genadig opgenomen in het paradijs: over de familie Van den Berg. Z. pl. [1988]. |
Julia Molenaar, [over: Met andere ogen]. In: Friesch Dagblad, 13-3-1989. |
LVvE, Bruidsmeisje. In: Reformatorisch Dagblad, 12-9-1989. |
[Anoniem], Twintig vragen aan C.M. van den Berg-Akkerman. In: Ouwe Bram leeft nog, jaargang 3 (1998), nr. 11, blz. 9. |
71 Lexicon jeugdliteratuur
juni 2006
|
|