Brieven 1888-1961
(1997)–Alexander Cohen– Auteursrechtelijk beschermdAan H. KuijperToulon, 2 maart '50
Lieve menschen,
Jelui pakje gister ontvangen, tegelyk met je 26.ii. gedateerde kaart. Alles in orde met het pakje, waarvan de inhoud, zooals altyd, onberispelyk zaakkundig was samengesteld. Naar aanleiding v/d ‘pakjes’ heb ik een appeltje met jelui te schillen, een ernstig appeltje zou prof. J.A. van Hamel schryven die voor geen beeldspraak, hoe stout en oorspronkelyk ook, terugdeinst. (Onlangs las ik van hem, in Elseviers, dat de Chineezen het ‘communisme uitgebreid omhelsd’ hadden.)Ga naar eindnoot1 Ik lees de historio-wysgeerige opstellen van dien vent met ‘verkneukeling’ - als dit zoo gezegd mag worden - en ergernis tegelyk, proestend van het lachen om zyn godgeklaagden styl, en my er boos om makend dat zoo'n leuteraar en taal-verkrachter geregeld plaatsing vindt voor den onzin die hy uitkraamt, en daar nog voor wordt betááld... Vermoedelyk dik. Maar om terug te komen op het appeltje, dat ik met jelui heb te schillen. Van Wiessing vernam ik, een dag of wat geleden, dat hy, tot zyn groote spyt, al ‘sedert maanden’ niet meer bydraagt (niet meer bydragen kàn) tot de bekostiging van de ons toegezonden ‘pakjes’, die dus nu, een langen tyd al geheel en al op jelui neerkomt. Als ik dit had geweten, lieve menschen, dan zou ik my niet zoo ongegeneerd allerlei ‘bestellingen’ hebben veroorloofd. Wiessing de helft, en jelui de helft, dat gìng nog, ofschoon ik deze geregelde voedselzendingen uit Holland natuurlyk liever niet noodig zou hebben gehad, waarmee ik bedoel dat ik die wàt graag zelf zou hebben bekostigd, als ik, iets verdienend door medewerking aan hollandsche kranten of periodieken, daartoe in stáát was geweest. Jelui weten, helaas!, van al myn mislukkingen op dit gebied. Ik kryg, nergens, ook maar één regel geplaatst, ook dáár niet | |
[pagina 526]
| |
waar kwansuis ‘welwillend-gezinde’, myn werk kennende - en apprecieerende heerschappen den redactioneelen scepter voeren. Daarvan gesproken: EliasGa naar eindnoot2 kunnen wy zeker wel uitschrappen. Zyn Mandril - waarin hy, denk ik, tòch niets van my zou hebben opgenomen - heeft, vermoedelyk, opgehouden te bestáán, en aan de uitgevery Elzevier, die dit bundeltje misschien zou willen publiceeren, zal hy geen moeite doen myn Handvol Kinderen onder dak te brengen. Overlééft hy my, wat waarschynlyk is, dan zal hy (als hem dit tenminste niet compromitteert) pogen hier of daar - in een ‘bouquinade’? - iets te zeggen van den journalist en memorialist, wiens werk hy ‘altyd met brandende belangstelling’ heeft gevolgd. Breng den man zyn 1000 frs = 10 gulden terug (uit het potje!) en neem de hem toevertrouwde copy, plus het ex. van Uitingen, weer in bezit, voulez-vous? Nu weer de ‘pakjes’, lieve menschen. Stuur ons, in de eerste plaats niet meer van die dure cigaretten. Ik ben in het bezit van een half pond ‘echte, friesche Heerenbaai’, prachtig om cigaretten te draaien - Kaya doet dit meesterlyk! - en ik heb daar, à raison van 2 of 3 cigaretten per dag, voor maanden genoeg aan. En stop ook niet meer in elk pakje een busje Hopjes. Wy gaan altyd makkelyk naar bed zònder ‘lekkertjes’, hoor! - Koffi hebben wy, ik schreef jelui dit al, niet meer noodig, suiker evenmin, havermout idem. Boter en kaas - erg duur hier, de kaas nog duurder dan de boter - zullen wy graag blyven ontvangen. Capucyners - een heerlyke kost! - ook. Aan een pond spek per maand, en een pond metworst elke twee maanden, hebben wy ruim genoeg, en een roggebroodje, nu en dan, zal ons plezier doen. (Voor ik dit vergeet: willen jelui, by gelegenheid, een paar muskaat-noten bypakken?) Het eerste kwartaal van ons ‘ouderdoms-pensioen’ ontving ik een dag of tien geleden waardoor ik in staat werd gesteld my, na langen tyd, weer eens radio-therapeutisch te laten behandelen, een geneeswyze waar by Kaya en ik vroeger, veel baat hebben gevonden, en waaraan ik nu weer allerdringendst behoefte had en heb. Ik heb, de laatste maanden, hevige rhumatische pyn uitgestaan, zóó dat het loopen, het langdurig zitten en zelfs vaak het liggen my het leven deden verwenschen in godslasterlyke taal... waar ik niets mee ben opgeschoten. Ik heb nu, verleden maandag en dinsdag, twee séances gehad, wat my, uitermate vermoeid heeft. Maar nu heb ik ‘vacantie’ tot a.s. vrydag, dus 2 × 24 uur tusschenpoos en rust en voel ik my minder afgemat. Het ‘program’ luidt: 8 à 10 séances. Gaat alles naar wensch dan zullen wy - | |
[pagina 527]
| |
Kuyper en ik bedoel ik - a.s. mei weer haasje-over kunnen spelen. Wy zyn wat in onzen schik jelui a.s. mei weer te zien. Het spyt ons, eerlyk gezegd, wel een beetje, dat jelui, dezen keer, je intrek niet denkt te nemen by madame Ardisson. Maar begrypen doen wy dit wèl. Jelui zult, aan den eenen kant, vryer in jelui bewegingen zyn dan verleden juni, toen je vrywel onze gevangenen waart, in een gevangenis, wel is waar, zonder tralies. Jelui zult nu vaker en langer excursies kunnen maken. En ook willen jelui, wat heel lief is, Kaya een beetje moeite besparen. Ik heb al met M. Bernard - ci-devant hôtelier gesproken over een behoorlyk hôtel waar ze jullie niet zullen afzetten, en hy zal daar, casu quo, voor zorgen. Jelui zult de familie Bernard hier niet ontmoeten. Zy zullen, van begin april tot en met september, een restaurant gaan beheeren op een van de mooiste, indrukwekkendste plekken hier in het zuiden, 130 kilometer van Toulon. Maar jelui zult zonder twyfel een excursie gaan maken (per autocar) naar de bedoelde plek, en daar ‘allerhartelykst’ worden ontvangen. Daarover later, als jelui hier zult zyn. Kennen jelui Het Pamflet, een klein, op ongeregelde data verschynend blaadje van Gans?Ga naar eindnoot3 Wiessing stuurde my een no of vier daarvan toe, ik vind het geschriftje heel naar myn smaak, en jelui zult (of zoudt) er ook wel schik in hebben. Had ik zoo'n blaadje maar tot myn beschikking. Wat zou ik de gelykheids-Kannibalen te-lyf gaan. Helaas! Voor vandaag zie ik niets wetenswaardigs meer te schryven. Dus, voor het tegenwoordige, heel veel liefs van Kaya, die wèl vaak vermoeid is - zy gunt zich géén rust - maar het overigens vry goed maakt, en my
C.
Zou je inliggend briefje willen doorzenden aan ZoethoutGa naar eindnoot4? Merci d'avance.
Excuseer dit, zoo leesbaar mogelyk geschreven, potloodgekrabbel. Dit papier ‘verdraagt’ geen inktschrift, en ik heb, momenteel, geen ander by de hand. |
|