Brieven 1888-1961
(1997)–Alexander Cohen– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 404]
| |
van, d'origine ten-minste, en ik heb die origine nooit verloochend tegenover vreemden! - of ik de Hollanders nu werkelyk voor zulke Droogstoppels houd dat het my verbaast ‘een paar gunstige critieken over myn boek te lezen’? Nee! De gunstige critieken beperken zich, trouwens, niet tot ‘een paar’. De mééste zyn sympathiek, vooral die in de provinciale pers. Wat my verrast heeft, by het lezen van deze besprekingen, dat is het uitslyten van den Jansalie-geest, die den hollandsche pers, trouwe weerspiegeling van den hollandschen aard in het algeméén, in myn oogen kenmerkte, en die alleen nog een veilig asyl blykt te hebben in de ‘groote, liberale pers’. Zoo verwyt my het Handelsblad, dat myn vorige boeken doodzweeg maar dat ik dézen keer uit zyn tent heb geschimpt, ‘de ontstellende persoonlykheid, waarmee de schryver nog levende menschen beoordeelt en te lyf gaat’.Ga naar eindnoot1 Is het niet kostelyk?Ga naar eindnoota Que voulez-vous! Ik eet by voorkeur lévende prooi! MaarGa naar eindnootb ‘la mort n'est pas une excuse’. En als een Briand, dien ik, voor de rest, ook gedurende zyn leven niet spaarde, sterft vóór dat ik de gelegenheid kreeg zyn erbarmelyke, doodelyke ‘politiek’,Ga naar eindnootc textes à l'appui, te brandmerken, dan moet ik hem wel opgraven. Naar aanleiding van Aristide! Wat ik in hem veroordeeld heb, met al de felheid waarover ik beschik, dat was de politicus, de ‘Staatsman’, ‘dass sich Gott erbarm’! Niet den mensch, waarover ik niet te oordeelen had, en die, naar ik van een zyner intieme vrienden hoorde, aantrekkelyke hoedanigheden bezat. Of hy ‘edel’, en ‘nobel’ was, naar het getuigenis, onlangs door U in een fransch tydschrift gelezen? Ik zou het wel willen gelooven! Maar zyn heele politieke loopbaan, van den beginne af, is - ik laat zyn, door gesalarieerde courantiers opgevyzeld ‘vredesapostolaat’ voor het moment buiten beschouwing! - één konkelary geweest. Hy heeft, beurt om beurt, met alle partyen geheuld die hem van dienst konden zyn en hem staande houden in het parlement. Hy wasGa naar eindnootd l'intrigue faite homme! Verkòcht, voor geld? Dat geloof ik niet en ik heb dit evenmin ooit gezégd als laten doorschemeren. Ik geloof niet dat hy om geld gaf! De bevrediging van zyn nièt-voorname eerzucht - eerzucht kan voornaam zyn, niet waar? - was hem voldoende en daarnaar heeft hy, met alle middelen, gestreefd, tot onheil van zyn land... en van Frankryk niet alléén! ClaudelGa naar eindnoot2 - U hebt my, destyds, wel met een paar woorden van zyn stuk in de Nouvelles Littéraires gesproken, maar sturen deed U het my niet en ik kreeg het niet onder de oogen - Claudel heeft ‘veel goeds’ van Briand gezegd? Dat is zeer verklaarbaar! Claudel was intiem bevriend met Philippe Berthelot,Ga naar eindnoot3 jaren lang Briand's chef de | |
[pagina 405]
| |
cabinet, gryze eminentie en dresseur - Aristide was de vleesch-geworden ontwetendheid: in een van zyn redevoeringen, gedurende de debatten over de Scheiding van Kerk en Staat, sprak hy van het ‘Concile des trente’, waaraan, dacht hy, dertig Kerkvaders deelnamen, in plaats van het Concile de Trente! - en hy, Claudel bedoel ik, heeft zyn successieve bevorderingen als gezant aan Berthelot en Briand te danken gehad. Vandaar, vermoedelyk, zyn lofzangen op den ‘Vredesapostel’, voor een gedeelte ook geïnspireerd door zyn virulenten afkeer van de Action Française. Van Claudels ambassadoriale voortreffelykheid - U noemt hem ‘een diplomaat van den eersten rang’ - is geen weerklank ooit tot my doorgedrongen. Was dit wèl het geval geweest, dan zou ik dit zonder voorbehoud zeggen. Claudels catholiek-zyn behoefde geen beletsel te wezen voor zyn Briandolatrie! In tégendeel! Hy was, daarmee, in volkomen accoord met de instructies van het Vaticaan onder het tegenwoordige pontificaat, dat, anti-nationalistisch in Frankryk alléén, en uit afkeer van Frankryk - Pius xi is en was de verpersoonlykte gallophobie en de vleesch-geworden teutophilie! - de Action Française, nationalistische (nièt chauvinistische!) organisatie by uitnemendheid en Aristide's béte noire, met de grootste felheid heeft bestreden. (Zie pag. 198 sqq van myn boek.) (In de onderstelling dat dit U zal interesseeren, laat ik hier de voornaamste gedeelten volgen van een artikel, door het tydschrift Documentation Catholique, ddo 16 februari 1935, gewyd aan het destyds pas plaats gehad hebbende plebisciet, dat het Saar-Gebiet, voornamelyk als gevolg van de pressie, door de catholieke geestelykheid, op last van den Paus, uitgeoefend op de vroom-catholieke bevolking, onder Hitlers sataniek bewind gebracht. De Heilige Vader - dien ik hiér, door een geloovig, al zyn godsdienstige en ritueele verplichtingen stipt en strikt nakomend, beschaafd catholiek heb hooren definieeren als:Ga naar eindnoote ‘un homme qui n'a pas réussi’ - is wèl voor Zyn Deutschfreundlichtkeit beloond vindt U ook niet?) Ziehier het bedoelde artikel!
Ga naar eindnootf ‘Les Questions actuelles. - Dimanche 27 janvier. - A Trèves, fête en l'honneur des missions et du pape. Discours du prince de Loewenstein et de l'évêque de Trèves, Mgr. Bornewasser. L'évêque célèbre, dans son allocution, le treizième anniversaire du couronnement du pape; il parle brièvement des rapports de l'Eglise avec chaque peuple en particulier. L'évêque dit notamment (Germania, 31 janvier 1935): | |
[pagina 406]
| |
- Si nous, catholiques allemands, à l'occasion de l'anniversaire du couronnement du Saint-Père, nous évoquons avec un amour particulier son souvenir, c'est parce qu'il connait l'Allemagne, parce qu'il aime les Allemands, et parce que, aujourd'hui surtout, il porte un intérêt particulier a notre patrie au sein de laquelle il nous faut soutenir un dur combat pour le maintien de la foi chrétienne et de la vérité. Je dois aussi rappeler a quel point il a partagé la fidélité des catholiques sarrois, tout en gardant la plus stricte neutralité qui s'imposait au Saint-Siège. Il y a quelques jours, on m'écrivait de Rome: ‘Ce matin a eu lieu un service solennel d'action de graces, avec sermon de Son Exc. Mgr. Hudal,Ga naar eindnoot4 à l'occasion du brillant résultat du plébiscite de la Sarre. Onparle partout avec admiration de la fidélité des catholiques sarrois.’Ga naar voetnoot* Une fois de plus le peuple sarrois a montré qu'Allemagne et christianisme ne sont pas une antithése, mais au contraire s'harmonisent. Et les catholiques sarrois ont prouvé brillamment que l'amour pour le Saint-Père de Rome, l'attachement indéfectible à l'Eglise, et l'amour vrai et profond pour la patrie allemande, ne forment qu'un seul et même fleuve puissant. - Je souhaite que dans le Reich allemand tout entier, tous les citoyens restent aussi fidèles a leur patrie que les catholiques de la Sarre. Nous savons du reste très bien qu'une bonne majorité était de tout temps acquise à l'Allemagne, et c'est tout à fait compréhensible. Nombreuses sont les forces - et ilfaut les en louer - qui se sont employees a accroïtre cette majorité. Mais si cette majorité est si surprenante, et si brillante aux yeux du monde, on le doit au sentiment de fidélité des Sarrois eux-mêmes et à la forte parole de l'épiscop at allemand. Si je parle ainsi, moi l'évêque le plus militant en cette affaire, ce n'est pas pour attirer un mot de reconnaissance et de merci. L'épiscopat allemand, en cette heure gr ave, a rempli son devoir de patriotisme. Quiconque fait son devoir n'a besoin ni de merci ni de reconnaissance. Son salaire est le devoir accompli lui-même. Je n'ai dit cela que pour établir la vérité historique...’
(Vergis ik my nièt, dan is deze, op zyn ‘militantisme’ met betrekking tot het plebisciet van januari 1935 destyds zoo prat gaande Mgr Bornewasser tegenwoordig een beetje en délicatesse met de Hohe Obrigkeit, die hem, völkische stank voor dank gevend, het leven zuur en het preeken onmogelyk maakt. Oignez vilain..!) | |
[pagina 407]
| |
Ik vervolg nu de beantwoording van Uw brief. Het exemplaar van de Dageraad ddo 26 juni j.l., waarin de recensieGa naar eindnoot5 voorkomt die ik - my vergissend - aan U had toegeschreven, kan ik U niet toezenden. Ik knipte de bedoelde recensie uit en plakte die in het cahier, dat ook de andere beoordeelingen van myn laatste twee boeken inhoudt. Maar ik schreef gister aan een van myn broers, - nièt Augustcatoferdinand, dien ik, in myn herinneringen, een paar keer herdacht, of herdènk, eigenlyk! - met verzoek het bedoelde nummer, waarvan hy, geloof ik, een exemplaar heeft, aan U te sturen. Mocht hy nalaten het adres van den afzender te vermelden, dan vindt U dit hier: Herman Cohen, ten Katelaan 10, Bilthoven (U.) - Ik heb, zooals ik U schreef, aanvankelyk gedacht dat dit stuk van U was. Peccavi! Maar gegeven de behoorlyke styl, had deze onderstelling niets onaangenaams voor U. Dwalen is menschelyk! Herinner U Uw suppositie dat ik de auteur was van het erbarmelyk gestelde Leven van honing Gorilla! ‘Myn vraag met betrekking tot Jaurès, d.w.z. tot zyn buitenlandsch (politiek) beleid’, en of, ‘mede door de lezing van myn boek, Uw oordeel over hem nog niet een beetje is gewyzigd’, acht U ‘moeilyk te beantwoorden’. Ik begryp Uw schroom, ik bedoel: Uw aarzeling dit ‘beleid’ te veroordeelen, gegeven Uw vereering voor den mènsch Jaurès. Maar zou het werkelyk noodig zyn ‘honderd jaar’ te wachten met deze appreciatie? Groote God! Ik heb nu ook het boek van AndlerGa naar eindnoot6 voor my liggen, van Charles Andler, die zeker niet tot de verguizers van Jaurès behoort en een onmiskenbaar eerlyk man is. En hoe blykt niet overal Jaurès' onvergeeflyke zwakheid, die hem tot de voorbestemde prooi van de duitsche broeders maakte! Op alle internationale congressen heeft hy zich laten beetnemen, en overal zwichtte hy, na stortvloeden van woorden - Words! Words! Words!Ga naar eindnoot7 - voor de drog-argumentaties der Bebels en consorten.Ga naar eindnootg ‘On peut dire - zegt Andler, blz. 204, regels 5 e.v. van onder - que la IIc Internationale était régie par une absurdité continue, que ses chefs se montraient incapables de tirer au clair ou qu'ils s'évertuaient à cacher aux foules. Aussi n'est-il pas étonnant qu'on ait préparé le naufrage d'une des plus grandes espérances dont ait vécu le monde’. En dan volgt (blzn. 205, 206 en 207) het relaas betreffende het buitengewone Kriegskredit van anderhalf-milliard Mark - anderhalf jaar vóór de Groote Slachting, toen ieder cerebraal niet hopeloos beneveld mensch al op zyn vingers kon berekenen wat ons te wachten stond! - door de duitsche socialisten ingewilligd... met instemming van Jean Jaurès, die zyn gevolmachtigd minister Albert | |
[pagina 408]
| |
Thomas,Ga naar eindnoot8 na diens terugkeer uit Berlyn, waar dit alles bekonkeld was, ‘feliciteerde...Ga naar eindnooth d'avoir pu sauver l'essentiel de sa pensee’! Het staat er zóó, by Andler: Tessentiel de sa pensée!’ Maar de duitsche Groote Generale Staf had iets anders ‘essentieels’: anderhalf-milliard Mark méér voor de zware artillerie, waarmee, ruim een jaar later, het Heidenheer op trok om het Vaterland zyn plaats onder de zon te veroveren! En dezelfde, door partyzucht verdwaasde, verblinde Jean Jaurès stemde, met de hééle socialistische vertegenwoordiging in de Kamer, tegen het fransche budget van Nationale Verdediging en bloc, èn, in het bizönder, tegen de inwilliging van honderd millioen francs, door de fransche Groote Generale Staf aangevraagd voor de fabricatie van zwaar en verdragend geschut, dat (Ludendorff dixit in zyn mémoires!),Ga naar eindnoot9 als de Franschen daarover beschikt hadden, mét en dóór den slag aan de Marne, in september 1914, een eind zou hebben gemaakt aan den oorlog, die dan twee in plaats van een-en-vyftig maanden zou hebben geduurd! Nóg eens: is er eenGa naar eindnooti‘recul’ van een ééuw nodig om Jean Jaurès’ doodelyke aberratie - doodelyk voor 15-honderd-duizend in den oorlog gesneuvelde Franschen, om van de herstèlbare verwoesting van tien fransche departementen en van het onder den voet gelopen en gebrandschatte België te zwygen! - moet er een volle eeuw voorbygaan vóór de historici Jean Jaurès’ internationaal-politiek ‘beleid’ kunnen en mogen beoordeelen en vèroordeelen? Wat komt het er, ‘historisch’ gesproken, op aan en wat telt het méé in de tragische wereldgebeurtenissen, dat Jean Jaurès een braaf man was, en de even als hy verblinde Aristide Briand - om niets ergers van dezen gelukzoeker te zeggen! - ‘een edel, nobel, den vrede met heel zyn hart willend mensch’ (W.v.R. dixit!). De wegnaar de hel-en naar deGa naar eindnootj ‘guerres d'enfer’! - kan met de beste bedoelingen geplaveid zyn. Maar hy leidt er niet-te-min héén! Alors? Wat Jaurès' méde-aansprakelykheid voor de catastrophe aangaat, en de stugge hardnekkigheid waarmee hy, willens blind en doof, weigerde zich zélf, en zyn, met betrekking tot de duitsche ‘broeders’ jarenlang stelselmatig misleide, rampzalige aanhangers, rekenschap te geven van het doodelyke gevaar, deze mede-verantwoordelykheid werd nog verzwaard door het feit, dat hy, van bevoegde zyde, gewaarschuwd was tegen zyn noodlottige illusies. Andler (zie pag. 207 van zyn boek) zegt: Ga naar eindnootk ‘La conduite a tenir était indiquée, dès 1913 (d.w.z. na de inwilliging van het buitengewone Kriegskredit ad 1500-millioen Mark door de sociaal-democratische Reichstagsfraktion), par un groupe modeste, | |
[pagina 409]
| |
mais éclairé, du Reichstag allemand, celui des députés d'Alsace-Lorraine. Ils se refusèrent simplement a voter les nouveaux crédits, et nous suppliaient, dans leursjournaux, deprendre à notre tour quelques mestres, enprévision des évènements dont ils ne doutaient pas.Ga naar voetnoot* Mais on peut dire que tout le socialisme français, dans son ardent désir de sauver la paix, était devenu aveugle et sourd... On publiait dans tous les journaux socialistes, avec des cris de joie, le triste manifeste de capitulation qui prouvait que Jaurès, malgré notre espérance, ne réussisait pas a prendre l'ascendant sur le parti allemand; et Jaurès était si attaché à la pensée de sauver la paix, par l'entente des deux socialismes, qu'il acceptait même cette entente boiteuse, qui a eu des suites si tragiques.’ Verder (op blz. 208) erkent Andler, die dit alles wist en de noodlottige gevolgen van Jaurès' politiek voorzag, dat hy zélf, evenals de andere geestelyke vaderen der fransche socialistische party, waaronder ook Herr, zyn plicht heeft verzaakt, door niet te waarschuwen tegen deze, nationaal-zelfmoorddadige, politiek van den grooten leider... Ga naar eindnootl ‘Mais en avais-je le moyen? “L'Humanité” m'aurait fermé ses colonnes.’ Ik wil het by deze aanhalingen laten. Maar ik stel er prys op U de verzekering te geven dat Andlers biographie van Herr pas sedert weinige dagen in myn bezit is, en dat ik, toen ik Jaurès onder handen nam in myn boek, niets wist noch bevroedde van Andlers ontzettende onthulling, datGa naar eindnootm ‘Jaurès, .. proposant une réduction de cent millions sur le budget militaire français, avait toutefois approuvé le vote des socialistes allemands, qui, sous condition, mais effectivement, accordaient un milliard et demi de marks à leur empereur pour ses armements.’ Vrage: is ooit een arm volk op onvergeeflyker manier misleid - en met wélke gevolgen? - dan het fransche volk door Jean Jaurès, die Andler niet aan het woord zou hebben gelaten in de Humanité als hy had willen probeeren de menschen de oogen te openen Andlers revelatie is de rechtvaardiging, a priori, van hetgeen ik, op blz. 332 van myn boek, schreef: ‘Beklagens waardige Jaurès! Ik heb my somtyds af gevraagd of hy, nièt vermoord aan den vooravond van de Groote Slachting waarvoor de aansprakelykheid voor een aanmerkelyk deel op rekening komt van zyn ongeneeslyk illuminisme, zyn bloedige dwaling ingezien en met een donderend “Peccavi!” en een uitgekermd: “Mea culpa, mea maxima | |
[pagina 410]
| |
culpa! ” erkend zou hebben. Maar ik geloof het niet! Hy was daarvoor te ydel!’
Uw artikel: ‘De Iberische Geschiedenis en de Spaansche burgeroorlog’Ga naar eindnoot10 heb ik met belangstelling gelezen, en Uw aanvangs-opmerking, dat de ‘dooden (i.e. het verleden) de levenden als onverbiddelyke heerschers regeeren’, trof my door haar juistheid. Maar van den burgeroorlog zegt U niets anders dan dat Spanje, ‘door de lafheid der Europeesche democratieën’, ‘in een vreselyken doodstryd, voor goed ten onder gaat’. Laat my, naar aanleiding van Spanje, en van den, uit den grond van myn hart diep betreurden, afgryselyken burgeroorlog daar, een passage aanhalen van een brief, kort geleden aan een, over dit onderwerp juist als U denkenden vriend geschreven: ‘De openlyke interventie van Hitler en van Mussolini is ontegenzeggelyk uitgelokt door de aanvankelyk heimelyke maar niettemin krachtdadige interventie van Rusland. Blum, CotGa naar eindnoot11 en Cie, van hun kant, leverden voortdurend oorlogsmateriaal, voornamelyk vliegtuigen, aan de spaansche “republikeinen”, in weerwil van het door Blum zélf opgestelde en aan de andere mogendheden voorgelegde verdrag van non-interventie! Ik poneer, dat, als de spaansche burgeroorlog een stryd was geweest en gebleven tusschen twee politieke partyen: republikeinen en nationalisten, dat Hitler noch Mussolini zich dan daarin gemengd zouden hebben. Wat kon het Berlyn en Rome schelen, welk belang hadden zy er by, of in Spanje deze of gene party de baas was of worden zou? Niet het minste! De zaak veranderde, het “belang” ontstond, toen de “republikeinen” - een handvol corrupte radicalen à la Lerroux - in minder dan geen tyd waren weggedrongen, gedecimeerd, opgevreten door de socialisten en dézen weer door de communisten van de staliniaansche belydenis - de gezant der Sovjets in Madrid, Rosenberg,Ga naar eindnoot12 deelde de lakens uit en het “republikeinsche” leger was, voor een groot gedeelte, aangevoerd door russische officieren - het “belang”, zeg ik, ontstond, toen Spanje, het uiterst-westelyke land van Europa, dreigde een succursale van Sovjet-Rusland te worden. Toen grepen Hitler en Mussolini in, en werd de, oorspronkelyk Spaansche burgeroorlog tot een (internationaal) conflict van communisme en anti-communisme. Bedoel ik hiermee een pleidooi voor Mussolini en Hitler? Geen sprake van! Als ik op hun hand was zou ik dit zonder omwegen zeggen, zooals ik ronduit alles zeg wat ik denk. Ik constateer | |
[pagina 411]
| |
alleen feiten, chronologisch-onweerlegbare feiten. Zeker, het gevaar van een nieuwen wereld-oorlog wordt met den dag dreigender, en ik heb dit, in weerwil van myn ‘sociale verblindheid’, al langen tyd voorzien. Stalin, die het vuurtje aanblies, hoopt en verwacht, en hy doet daartoe al wat in zyn vermogen is, dat de vlam zal uitslaan en heel de wereld in lichte-laaie zetten. Als, aanstonds, de volken van west- en midden-Europa elkaar weer by de keel grypen en de slachting van 1914-'18, vergelykenderwyze, zal blyken een onschuldig kinderspel te zyn geweest, dan komen de aasvogels uit het Heilige Rusland neerstryken op de slagvelden. Charmante perspective!’ Que voulez-vous, waarde heer van Ravesteyn! Laat my het Geuzendevies: ‘Liever Turksch dan Paapsch!’ zóó wyzigen: ‘Liever Franco dan Stalin!’, en zeggen dat ik er zóó over denk. Voor my is er géén tyrannie die het kan ‘halen’ by het bestiale despotisme van den rooden tsaar op het Kremlin. De spaansche burgeroorlogen - en ook de oorlogen der Spanjaarden tegen den buitenlandschen vyand en ‘envahisseur’ - hebben zich altyd gekenmerkt door meedogenloosheid en wreedheid. Ik geloof dat de ‘republikeinen’ van den tegenwoordigen burgerkryg de nationalisten, wat dit aangaat, weinig of niets te verwyten hebben. Wat het eind-resultaat van den stryd betreft - de gebeurlykheid van een algeméénen, europeeschen oorlog voor het moment buiten beschouwing gelaten - geloof ik dat de dagen der ‘Republiek’ geteld zyn. En wie weet of Franco - oorspronkelyk anti-monarchist, althans ‘anti-Alphonsist’Ga naar eindnoot13 en wiens ‘rebellion’ het onmiddellyke gevolg was van de officieele vermoording van den afgevaardigde Calvo Sotelo,Ga naar eindnoot14 en van hoevéél andere ‘gouvernementeele’ moorden - wie weet of Franco, die geen imbeciel is!, na de overwinning tot clementie gestemd, in Spanje geen regiem invoert à l'instar van het portugeesche onder Salazar?Ga naar eindnoot15 Dit zou my het béste lyken voor het rampzalige land, dat, in den loop der laatste twintig jaar, geen béter, ik bedoel: geen fatsoenlyker regiem heeft gekend dan dat van den gemoedelyken dictator Primo de Rivera.Ga naar eindnoot16Ga naar eindnootn (Je vous vois d'ici sursauter d'indignation...)
Met heel veel vriendelyks t.á.v.
Alexandre Cohen
Ja! wèl jammer dat U ook dit jaar niet hierheen hebt kunnen komen. | |
[pagina 412]
| |
Ga naar eindnooto Faute d'argent, zegt U. Een kwaal waaraan wy chronisch lyden en die wy dus nauwelyks meer voelen! (Contradictie: lyden en niet-voelen!) Ik zou het heel prettig vinden U hiér te ontmoeten, onder een anderen hemel dan van het sombere Rotterdam, een stad waar ik toch wel van houd. Reminiscensies van myn prille jeugd. De heerlyke dagen by myn grootouders, hoek Opper-Sint-Jacobstraat, doorgebracht. Myn lieve tante Netje. (Zie In Opstand). Maar wat ik zeggen wilde: by den lagen stand van de franc - gevolg van 14 maanden Front Populacier (Blum, Vincent Auriol,Ga naar eindnoot17 pouah!) - zou een verblyf hier toch zoo kostbaar niet voor U zyn. Denk eens aan: plus minus 1650 francs voor 100 gulden! Voor 45 a 50 francs per dag en per persoon zoudt U zéker een uitstekend en prachtig gelegen hotel kunnen vinden. - Zal ik eens informeeren? - Ik denk U binnen kort een paar interessante brochures toe te zenden. (Over Sovjet-Rusland!Ga naar eindnootp Choses vues! Choses épouvantables!) - Het ‘Critisch Bulletin’, van october, ontving ik nog niet.
U zult myn tallooze doorhalingen etc. etc. wel willen verontschuldigen? Myn brieven, als die een beetje lang zyn, zien er net zoo uit als myn artikels. |
|