Brieven 1888-1961
(1997)–Alexander Cohen– Auteursrechtelijk beschermdAan Herman HeijermansParis, 24.7.'01Ga naar eindnoot1 8, rue Berthe (18ième arrondissement) Waarde Heer Heyermans,
Gister avond kwam ik in het bezit van uw briefje dd.o 15.7/01 - dat geadresseerd was aan de ‘Mercure’, waar ik 2 à 3 × in de maand kom. - Ik woon sedert een maand of 18 weer te Parys, aan bovenvermeld adres. Na een ballingschap van c.a. 8 jaar kreeg ik eindelyk vergunning, - dank de tusschenkomst van een dozyn wat-in-de-republikeinsche-melk-te-brokkelen-hebbende lui, - myn tenten weer in Frankryk op te slaan. Een vergunning die niet definitief maar by vlyt-en-goed-gedrag voor zesmaandelyksche verlengingen vatbaar is. - Een dag of 8 geleden las ik uw Kamertjeszonde, my, op myn aanvraag door uw uitgever toegezonden ter bespreking in de Mercure. Ik begon de lezing met neutrale belangstelling en eindigde met sympathie voor den schryver. Te véél vond ik er in - voor myn smaak, bien entendu! - een bladzyde of wat demonstratie... waar van ik niet houd in romans en op het tooneel, en eenige - naar myn zin - àl te realistische | |
[pagina 268]
| |
uitdrukkingen. De expressie kutvreter, als scheldwoord, laat ik gelden en zy stuit me in het minst niet: Dèrgelyke realistische terminologie in boeken vind ik volkomen acceptable. Maar stuitend is - voor my - de confidentie van Mol: ‘dat zy by haar man niet meer klaar kon komen’. Ik vind de uitdrukking grof, en de confidentie vernederend... voor Mol. We hebben hier niet te doen met een scheldwoord maar met een vieze confidentie. En zoo zyn er nog een paar dingen die my mishagen in uw boek. - Een ander bezwaar - maar van veel minder ernstigen aard - is de boekvorm van Kamertjeszonde. Ik bedoel hiermede dit: de lezing is noodzakelykerwyze vermoeiend in-één-adem. In een tydschrift - elke 14 dagen, of elke maand, een hap van een bladzy of 25 à 35 - komt, dunkt my, een historie als Kamertjeszonde, beter tot haar recht dan en volume. En dan zoo'n kolossaal volume... Houdt my deze kritiek ten goede, en schryf de formuleering per particulier epistel er van, uitsluitend aan sympathie toe. Die sympathie bestond niet altyd en was het spontane gevolg van de lezing van Kamertjeszonde.Ga naar eindnoot2 Vóór die lectuur had ik het land aan u. Waarom? Dat zou ik niet met juistheid kunnen uiteenzetten. - Onze eerste - en tot nu toe éénige - ontmoeting was niet van aangenamen aard. Ten minste niet voor my. Best mogelyk trouwens dat de schuld daar van by my lag. En dan hield ik u voor een sectaire van de sociaal-democratie - een atie waarin ik een ingekankerden hekel heb. Ik dacht dat ge een politieke arriviste was, zoo iets als v.d. GoesGa naar eindnoot3 en Netscher.Ga naar eindnoot4 Zyt ge dat toch, tant pis pour vous, en zoo niet, dan ben ik héél bly my vroeger te hebben vergist. In Kamertjeszonde vond ik eerlykheid, een hoedanigheid die den meesten heeren schryvers ontbreekt. Vandaar myn afkeer van de meesten van dat gilde: gewone charlatans, bedriegers, en afzetters. Ze zetten de lui af voor een min of meer hoog bedrag van achting en bewondering, die hen niet toekomt. Die litteraire kwartjesvindery vind ik veel gemeener dan de pecuniaire idem. Wat een ontboezeming, niet waar? Ontvangt gy de Mercure? Wy krygen de Jonge GidsGa naar eindnoot5 niet. Wilt gy die voortaanGa naar eindnoot6 en échange sturen. 't Adres van de Mercure - voor 't geval gy dit niet weet - is: 15 rue de l'Echaudé-Saint-Germain. Gelukkige kerel die je bent, om aan zee te kunnen zyn.Ga naar eindnoot7 Ik houd hartstochtelyk van Parys, maar 't is hier om te stikken. Heel hartelyk gegroet van t.t.
Alexander Cohen |
|