De stille bloei(1925)–Richard de Cneudt– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 91] [p. 91] Niet om de smarte zelve... Niet om de smarte zelve klaagt mijn lied, en wring ik raadloos mijn gevouwen handen, maar om de vreugde, die mijn dagen vliedt, waarvan de verre horizonnen branden, mijn droom, in schooner wijding, 't leven ziet; niet om de smart, die legt de ziel aan banden, niet om het zelfgeschapen loom verdriet, dat doelloos doolt aan levens doode stranden, maar om het schoon Geluk, dat eenzaam liet en zwijgend al mijn levens kille landen. Godlijke vreugd, die zooveel schatten biedt, maar mij uit uwen tooverkring verstiet, ik pleng voor u mijn geurigste offeranden, maar gij verlangt mijn stille hulde niet... Vorige Volgende