De stille bloei(1925)–Richard de Cneudt– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 76] [p. 76] XIX. Ik zie de wolken drijven Ik zie de wolken drijven door de lucht, en stille menschen zwijgend gaan en komen; nabij en verre hoor ik geen gerucht, ik ben alleen, alleen met de oude droomen. O stralend beeld, dat ik vergeefs ontvlucht, zwijgend-beminde, aan mijn geluk ontnomen, hoor hoe mijn liefde, in smachtend klagen, zucht in ieder rillend blaarken van de boomen... De wolken brengen mij uw beeltnis aan, elk mensch, dien 'k vredig langs mijn weg zie gaan, wandelt in uwer schoonheid gulden zegen... Wees mij genadig, 'k ben zoo droevig nu, waar 'k dool of droom, ik denk altijd aan u, ik hoor uw stem, uw beeltnis lacht mij tegen... Vorige Volgende