Het Ryper Liedtboecxken, inhoudende veel schriftuyrlijcke liedekens by verscheyden autheuren gemaeckt
(1636)–Jacob Claesz– Auteursrechtvrij
[pagina 285]
| |
Het honderdt en sestiende Liedt,
| |
Na de wijse van Susanna.OCh Heere ghy staet altyt in mynen sinne,Ga naar margenoot+
Myn ziele verlanget om by u te zijn
Myn hert is ontbroocken door uwe minne:Ga naar margenoot+
Och! wanneer sal ick komen voor u Aenschijn?Ga naar margenoot+
Ghy kleyne Vergaderinghe wilt niet vreesen.Ga naar margenoot+
Wie verwint sal de Croon ontfaen,Ga naar margenoot+
Ick kome tot u, ick en laet u gheen Weesen,
O myn uytverkoren, en wilt u niet verslaen.
| |
[pagina 286]
| |
Ga naar margenoot+Ghy schoonste onder de Kinderen
Ga naar margenoot+der menschen,
Myn ziele verlanget om by u te zijn
Nae u saligheydt soo moet ick altijt wenschen,
Ga naar margenoot+Och! wanneer sal ick komen voor u Aenschijn?
Ga naar margenoot+Staet op mijn Vriendinne, wilt naeder komen,
Ga naar margenoot+Wie verwint sal de Croone ontfaen,
Ga naar margenoot+Myn Bruyt, ghy hebt my dat herte ontnomen,
O myn uytverkoren, en wilt u niet verslaen.
O Heere comt toch tot mijnder baten
Ga naar margenoot+Myn ziele verlanget om by u te zijn
Ga naar margenoot+Ghy zijt myn sterckheyt, en wilt my niet verlaten,
Ga naar margenoot+Och! wanneer sal ick komen voor u Aenschijn?
Ga naar margenoot+Ick ben uwen Trooster, en wilt u niet vervaren,
Ga naar margenoot+Wie verwint sal de Croone ontfaen,
Ga naar margenoot+Ick sal u in vyer en water bewaren,
O myn uytverkoren, en wilt u niet verslaen.
O Heere, hoe sal ick u te vollen bedancken?
Ga naar margenoot+Myn ziele verlanget om by u te zijn
Ga naar margenoot+O edele Wijn-stock laevet toch uwe Rancken,
Ga naar margenoot+Och! wanneer sal ick komen voor u Aenschijn?
|
|