in haar hoofd, tegen haar hersens, als hamerslagen, zij verstond er toch den zin nog niet geheel van. Ditmaal was het geen schok dien zij kreeg, zooals op den dag toen Emma haar huwelijk aankondigde, zooals op den dag toen mijnheerke van zijn testament sprak, het was dezen keer een algeheele vernietiging. Alles stortte ineen van wat ze veertig jaar lang had nagestreefd, gedroomd, opgebouwd. Nu was er niets meer.......
De deur ging stil open, en Rikus stond daar. Hij keek haar een oogenblik wachtend aan.
- ‘Wel?’
Langzaam keerde zij het hoofd naar hem toe. Zij herkende Rikus. Het werd klaarder in haar hoofd. En zij kwam tot haar zelf doordat een felle woede in haar op; steeg tegen Rikus.
- ‘Wel, Clementine?’
- ‘Niks!’
- ‘Watte.... niks?’
- ‘Ja!.... Niks! Niks! Niks!.... Ge krijgt zijn winterjas.... Zijt ge niet kontent?’
Rikus kon een oogenblik niet spreken.
- ‘En gij?’
- ‘Ga het hem zelf vragen!.... hij ligt daar