Zie Erasmus Scarabeus aquilam quaerit (de kever die zich niet door de adelaar liet kisten).
‘Wat heeft deze metafoor dan met een koning te maken?’ hoor ik je zeggen - aldus Erasmus. De hoogste waarde van een koning is welwillend te zijn, niemand leed doen, zich volledig wijden aan het welwezen van zijn volk. En laat nou van alle vogels juist de adelaar in aanmerking komen voor het simbool van de koning, ‘...neither beautiful, nor songful, nor good to eat, but carnivorous, greedy, predatory, ravaging, warring, solitary, hated by all, a universal pest, the creature who can do the most harm and would like to do even more than it can’.
Op dezelfde gronden is de leeuw tot koning van de dieren gekozen: omdat er geen gewelddadiger, lawaaischopperiger beest bestaat.
‘The lion is nothing except a tyrant, the enemy and devourer of all, never safe but for its strength and the fear it inspires; obviously it must be a royal creature, just like the eagle. This seems to have been well understood by those who emblazon those aristocratic shields with lions gaping their widest and spreading out their claws for their prey.’
Na deze inleiding presenteert Erasmus de kever, die hij uitvoerig beschrijft en prijst. Ik verzeker je, dat ik dit pas lees, nadat ik je al twee keer op het lieveheersbeestje opmerkzaam heb gemaakt. Waarom zou de kever niet een goed simbool zijn voor het leiderschap? En het wás vroeger hier en daar zo, vertelt Erasmus, waarop hij met voorbeelden komt. Dan volgt het - altans mij - roerende verhaal van de strijd tussen die ene kever en de adelaar; de kever die razend werd omdat de adelaar de haas, voor wie de kever pleitte, greep en verscheurde nadat hij - de kever - met redelijke argumenten voor de haas in de bres gesprongen was. Het is een fabel van Esopus. Wat Erasmus ervan gemaakt heeft kun je lezen in Margaret Mann Philips, The Adages of Erasmus, Cambridge, 1964. Ik moet ophouden. Wat ik mij nu afvraag is, of je de vijf door mij ge-