Ruize-rijmen(1922)– Charivarius– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende 28. De zwarte lijn. Anti-pro-Rijm. Ach, ons goede land, eilacy! Is verdeeld, al is er vreê, Onze ‘eensgezinde’ natie Scheidt een zwarte lijn in twee. 't Is de lijn, die fel-proditten Van de fel-prodatten scheidt, Die de Duitschers en de Britten Nadoen - in een pennestrijd. Als de honden en de katten Staan ze klaar tot krab of beet, De proditten en prodatten, Even vinnig, even wreed. Waarom moeten wij toch dwepen Met den Duitscher of den Brit? Heb je nog al niet begrepen, Dat je net in 't midden zit? Ach, moest 't lot ons zóó beloonen, Waaraan hebben wij 't verdiend, Dat de vader van zijn zonen, En de vriend wijkt van den vriend? Bij de huiselijke feesten, Waar juist alles één moest zijn, Scheidt de harten en de geesten Die beroerde zwarte lijn! [pagina 70] [p. 70] Vriend en vriend, en zoon en vader, Elk aan elken kant der lijn! Brengt je dan 't idee niet nader, Dat de strijders gekken zijn? Gekken zijn 't! aan beide zijden, Onze sympathie niet waard, Te verdwaasd om uit te scheiden, Als een toomloos, hollend paard. Duidelijk verklaart het geene, Waarom hij 't gemoord begon, ‘Prusianisme’, zegt de eene, d' Ander: ‘'t plaatsje in de zon.’ En met zulke vage woorden Snelde men in 't strijdgewoel, En zoo als de grond van 't moorden, Even wazig - is het doel. Laat 'm branden, ook al brandt ie Nóg zoo fel daar, d' oorlogstoorts, Weg met pro's! Wees enkel anti: Anti-dollemans-oorlogskoorts! Vorige Volgende