Naar voren brengen, wijzen op: opperen, opmerken, de aandacht vestigen op, doen uitkomen, aanhalen, de nadruk leggen op, te berde brengen, enz. (Zie blz. 62).
Meemaken: bijwonen, ontmoeten (een persoon), beleven, ondervinden, ervaren, ondergaan, gadeslaan enz.
Uitschakelen: weglaten, overslaan, uitsluiten, verwijderen, terzijde laten (stellen), enz.
Opvallen: in het oog vallen, treffen, de aandacht trekken, het is merkwaardig, opmerkelijk, verrassend
Naast. Dit verdringt: behalve, ook, en, tevens, daarenboven, bovendien, niet alleen (slechts) maar ook:
Naast het kantoor te Bandoeng zal de firma in Medan gevestigd zijn. Naast de gewone treinen zullen vijf extratreinen lopen. Naast zijn schaduwzijden heeft het plan zijn lichte kant.
Het is naast een goed bovendien een goedkoop middel. Hij toonde zich aan den vleugel naast een kundig begeleider ook een goed vertolker van Chopin.
Niet zelden stuurt naast de gehele zin in de war, bv.:
Naast de voortreffelijke voordracht en haar zuivere stem draagt de zangeres de verschillende costumes met zwier. Dit dier was naast zijn onaantrekkelijk uiterlijk ook in het bezit van juist de helft van het menselijk hersengewicht. Hij was naast de zorg die hij aan zijn uiterlijk wijdde, een zeer ernstig denker. Naast de inlichtingen die wij ontvingen van de politie zijn de kinderen tegenwoordig veel gemanierder dan vroeger.
Inrichten. Een thans veel gebruikte stoplap:
Er is een brandstapel ingericht (opgericht). Hiervoor is een bijzonder examen ingericht (ingesteld). Voortreffelijke verkeerswegen werden ingericht (aangelegd). De inrichting (regeling) der regeringsbevoegdheid.
Oriënteren (het Oosten zoeken, poolshoogte nemen) kan wederkerig gebruikt worden voor zich op de hoogte stellen. Maar vooral het deelwoord wordt als stoplap gebruikt: rechts georiënteerd Engels georiënteerd; zelfs vindt