Dramatische werken. Medea. De bron der jeugd. De gijzelaars
(1913)–Bernard Canter– Auteursrecht onbekend
[pagina 284]
| |
Een feestzaal in het Paleis van den Hertog van Modena.
Aan het hoofd van de tafel de Hertog tusschen Beata en gravin di Tosca. Aan de andere zijde van Beata, Graaf Reni. Umberto naast Sirenetta. Naast haar de hoofsche juffers. Graaf di Tosca naast zijn vrouw. Rechts of links op den voorgrond, al naar de inrichting van tooneel of schouwburgzaal, een klein tooneel, waar straks het korte ballet enz. op plaats vindt. De kunstenaars met instrumenten, stellen zich bij het ballet voor het tooneeltje op. Schijnbaar leveren zij de begeleiding. Het is gewenscht, dat aan het feestmaal ook niet handelende vrouwelijke en mannelijke gasten aanzitten of desnoods de kunstenaars. GRAAF DI TOSCA
Wat heb je daar, lakei?... Ah, Salami!
Geef op de worst, 'k ben net op worst belust...
(Hij neemt, tot verbazing van den lakei, een reusachtige worst van den schotel en begint die dadelijk met een mes te ontvellen en uit de hand op te eten, zooals men dat werklieden wel ziet doen).
| |
[pagina 285]
| |
Die smaakt mij... 'k houd wel van een hartig hapje,
Na al die flauwe liflaf uit de keuken.
(De gasten lachen luid).
GRAVIN DI TOSCA
De gasten moeten 't maar een beetje schikken,
Mijn heer gemaal heeft van een wijn gedronken,
Die wat te zwaar was en hem heeft bevangen.
GRAAF DI TOSCA
Daar heb je het... straks heet ik ook nog dronken,
Ik ben zoo nuchter als een Maandagmorgen.
DE LAKEI
(Hij is verwonderd achter den graaf blijven staan wachtend op de teruggave van de groote worst).
Heer, wilt u mij veroorloven de worst
Te snijden... opdat ik haar kan serveeren...
GRAAF DI TOSCA
(De worst terugleggend op het blad).
Is dat Modeensch gebruik, dan wel friscuus,
Bij ons te Pisa is het strenge vorm,
Dat elke gast een heele worst voor zich
Alleen krijgt toegediend...
GRAAF RENI
Bij het dessert?...
GRAVIN DI TOSCA
Natuurlijk bij 't dessert.
| |
[pagina 286]
| |
GRAAF RENI
Een heele salami?
GRAVIN DI TOSCA
Bij ons in Pisa vangt de maaltijd aan
Met het dessert... vandaar de heele worst...
HERTOG FRANCESCO
Ei... ei gravin, en wanneer eet men dan
In Pisa de hors d'oeuvres?
GRAAF DI TOSCA
Wel da' 's glad,
Die geven wij natuurlijk na den maaltijd...
UMBERTO
(tot Beata)
Mij dunkt te Pisa heeft men vreemde vormen.
BEATA
(tot Umberto)
Hetzelfde dunkte mij van de manieren
Hier in Modena, Heer...
UMBERTO
Hoe zoo?
BEATA
Wel Heer,
Bij ons te Pisa gaan de edellui,
Aan tafel naast de edelvrouwen zitten,
Al naar hun rang en stand en aanzien, Heer.
De hertogszonen naast de hertogsdochters,
| |
[pagina 287]
| |
De graven naast gravinnen en zoo voort,
Dat noemt te Pisa men zoo als 't behoort.
GRAAF RENI
(tot Beata)
Maar dan zit ik naast u niet op mijn plaats,
En ben gedwongen hier van plaats te ruilen.
BEATA
Mij zou het spijten graaf, als ik u moest
Als tafelbuurman missen.
GRAAF RENI
Zeer vereerd!
BEATA
Want te Modena leve men Modeensch.
GRAAF RENI
Dus 't geldt niet mij, maar 't gold slechts onzen vorm?
GRAVIN DI AMARA
(Sirenetta-Beata)
Neen, zoo meent het de hertoginne niet,
Zij meent, wanneer een man als u de vormen
Representeert, roemt zij Modeenschen aard.
BEATA
Heb dank gravin, zoo was het ook bedoeld.
UMBERTO
(tot de gravin di Amara)
Hoe wonderfijn heeft u dien zin gevoeld!
GRAVIN DI AMARA
Maar dat, Heer Hertog, houdt ook tevens in,
Dat uw verwijdering was naar heur zin..
| |
[pagina 288]
| |
UMBERTO
Kijk, kijk, ik wist de vrouwentong was scherp,
Maar dat ze ook tweesnijdend is, dat niet.
GRAAF DI TOSCA
(tot lakei met kaasschotel)
Dat's Parmezaansch, en dat is lodigiano,
En da's stracchino... en nog wel in 't voorjaar,
Maar vriendje heb je hier geen gorgonzola?
LAKEI
(het blad draaiend)
Heer graaf, hier is nog geitekaas en roomkaas,
Dit's oude Piemonteesche, die van Capri,
Meer soorten konden wij helaas niet krijgen,
De wegen zijn nog wat onveilig, Heer.
GRAAF DI TOSCA
Bij ons in Pisa is de gorgonzola,
Bij feesten zooals dit in overvloed,
Jij hebt van kaas, geen kaas gegeten, baas.
(hij neemt een homp kaas van den schotel, bijt er een stuk uit, werpt de homp op den schotel en proest de bete uit. Tot hertog Francesco)
Dat 's tuig, dat 's onbelegen goed, ah bah!
Die jonge kaas smaakt me te veel naar lebber.
HERTOG FRANCESCO
Vergeef mij, graaf, ik zal den kok ontslaan,
Het spijt mij, dat het maal u niet bevalt...
GRAAF DI TOSCA
Heer, nergens eet je beter dan te Pisa,
| |
[pagina 289]
| |
Gestoofde uien, soep van versche knoflook,
Charlotjes in het zuur met rookmakreel,
Fagiolini, uitgezochte boontjes,
Met dobbelsteenen spek, dat is je ware!
Je krijgt bij ons wat deeg'lijks in je maag,
't Was goed bedoeld, maar dank je voor die liflaf.
(Hij staat op, brengt een flesch aan den mond en drinkt).
Ik spoel het met een enklen slok naar onder.
GRAAF RENI
Gebruikt men ook te Pisa nimmer glazen?
GRAAF DI TOSCA
(wankelend op hem toeloopend)
Dat wel, maar dan alleen bij groote bazen,
Zoo onder ons lui, als het ons maar smaakt.
(Hij zet nogmaals de flesch aan den mond, ledigt die, houdt haar dan tegen het licht).
Zoo, die heb ik ten minste flink geraakt.
(hij loopt weg van de tafel).
GRAVIN DI TOSCA
Ik bid u, duidt het mijn gemaal niet euvel,
Zooals ik zei, de zware wijn brengt hem,
Die anders streng is op de étiquette,
Aristocraat van top tot teen, geheel
Van streek en nu verbeeldt hij in zijn roes
Zich, dat hij tot de lazzaroni hoort.
GRAVIN DI AMARA
Ja, vreeslijk is de mensch die zich benevelt,
De wijn, een zoete gave Gods, met maat
| |
[pagina 290]
| |
Genoten, is gelijk een zonnestraal,
Die zwarten nacht tot blijden ochtend maakt,
Maar wie de goede gave Gods misbruikt,
Gelijkt op Rome in midzomernoen.
LAVINIA
O... kent u Rome?
PIA
Urbs antiqua!
ELEONORE
Rome!
Het ideaal van wie de schoonheid minnen.
LAVINIA
O, kent u Rome? Waart u ooit in Rome?
Wat zegt u van de villa Medicis?
't Paleis Monte Cavallo.... de Sint Pieter,
't Latraansch' Paleis... en van het Capitool?
PIA
Villa Borghese en die van Francese?
ELEONORE
Aldobrandini, Doria Colonna,
Raspigliosi, Ludovisi, Piombo...
UMBERTO
(tot Reni).
Ze zijn er alle drie één dag geweest,
Des morgens hebben zij zich toen verslapen,
Des middags aten ze Cremoonsche taartjes,
| |
[pagina 291]
| |
Met ornament van suiker-confituurtjes,
En namen er een zak mee van naar huis.
Zoo hebben ze daarginds haar smaak gevormd!
GRAVIN DI AMARA
Helaas, 'k ben nooit in d' oude stad geweest.
LAVINIA
Ach nooit in Rome waart u? Ik beklaag u.
PIA
Wie Rome nooit bezocht heeft is onrijp.
ELEONORE
Ach Rome! Rome! Rome zien en... leven!
ALLE DRIE
Ach Rome! Heerlijk, eenig Rome, Rome!
GRAVIN DI AMARA
Bij ons in Pisa gaat men naar Florence,
Wanneer men eerst het schoon van Pisa kent,
De kathedraal, het koopmanshuis, de kerk
Der Ridders van Stephanus, en de kaden,
En zeg mij eens, wat schoons heeft uw Modena?
LAVINIA
Hier in de stad?
PIA
Bedoelt u hier?
| |
[pagina 292]
| |
ELEONORE
Modena?
GRAVIN DI AMARA
Ja... hier bedoel ik...
LAVINIA
Te Rome hebben wij ook nog gezien
De catacomben...
PIA
En dat schilderij,
ELEONORE
Ja juist,
Van Leonardo da Vinci... neen van Rafael...
UMBERTO
Ach hoe heerlijk...
GRAAF RENI
O, hoe begeerlijk!
GRAVIN DI AMARA
De dames zijn zeer eerlijk... want om 't schoon,
Van 't vreemde boven 't eigen te verheffen,
Behoort een groote onpartijdigheid,
Hoewel ik haar toch dankbaar waar geweest,
Als van Modenas schoon zij mij iets meer,
Van Rome mij iets minder noemen konden.
Want mooie namen blijven mooie namen,
Doch in Modena is het schoon te zien.
| |
[pagina 293]
| |
In Pisa roemde men de strada Maestra.
De kathedraal, de toren Ghirlandina,
Sprak van Sigonius, Tassoni en Fallope,
Is hier niet de Secchia rapita...?
ELEONORE
Daar heb 'k nooit van gehoord...
PIA
Ik evenmin...
LAVINIA
En moet dat alles te Modena zijn?
BEATA
Wellicht gravin, kunt u de freules dienen,
Door haar van dit en dat te onderrichten.
GRAVIN DI AMARA
O gaarne hertogin, alleenlijk niet
Aan het dessert van zoo een vroolijk maal,
Want niets vind ik meer strijdig met 't gevoel,
Dan zoo een geuren met wat kleine weetjes,
Die elke domoor zich een uur te voren,
Snel uit een boekje kan memoriseeren,
En aldus ware kennis overpraalt,
Die, vrucht van ernst en lange, zware studie,
Niet uitgestrooid wordt, zooals suikererwten
Op 't feest der luminara, maar die slechts
Geschonken wordt aan die haar ernstig zoeken,
Wanneer het tijd is voor 't geleerd discours.
Hier past de scherts, de jok en wilt gij spreuken,
Dan zij 't een drinkspreuk, passend aan 't dessert.
| |
[pagina 294]
| |
HERTOG FRANCESCO
Bravo Gravin, tot nu toe wist ik niet,
Dat men te Pisa, stad des schuinen torens,
Toch zoo verstandig en rechtuit kan spreken,
Mijn compliment... die taal stond in het lood.
GRAVIN DI AMARA
Dan ben ik blij, dat uit Pisaansche schuinheid,
Modena nog de goede zeden speurt.
GRAVIN DI TOSCA
Wel gaarne had mijn heer en echtgenoot,
Wiens hart is van erkentlijkheid vervuld,
Een woord gesproken om u dank te heeten,
Maar daar, zooals gravin d' Amara zegt,
Zijn hoofd te veel vervuld is van heet Rome,
Gedoog men dat ik zijne plaats bekleed,
En u heer Hertog onzen dank uitspreek,
Voor 't schoon onthaal en 't aangenaam gesprek,
En om niet gansch en al in schuld te blijven,
Sta men mij toe, dat ik tot dank u lees,
Het schoonste vers van een Modeenschen dichter,
't Sonnet van Demipho, mij opgedragen.
(Zij haalt het vers voor den dag en staat op)
LAVINIA
O, een sonnet van Demipho, hoe heerlijk!
PIA
Een opdracht van Demipho, hoe begeerlijk!
ELEONORE
En het is toegewijd aan haar... hoe eerlijk!
| |
[pagina 295]
| |
HERTOG FRANCESCO
Mevrouw, wij zijn gehoor en luist'ren allen.
GRAVIN DI TOSCA
(Zij zegt het vers op met de klemtonen verkeerd, zoodat het geheele vers wartaal lijkt).
Sonnet. Opgedragen aan de doorluchtige vrouwe,
Gravinne Amalia di Tosca, kenster en beschermster
der kunsten en wetenschappen....
(tot den Hertog Francesco).
Lees zelf het, heer, hier staat het duidlijk op.
(Zij reikt hem het manuscript onderste boven toe)
HERTOG FRANCESCO
Neen hier... ten minst' als ik het wel heb vrouwe,
Ik ben geen Arabier... die leest van achteren
Naar voren...
(Hij draait het manuscript om en toont het aan graaf Reni).
GRAAF RENI
Ja waarlijk, daar staat het heel duidlijk leesbaar,
(tot gravin di Tosca).
Moet ik u het papier zoo reiken of,
Leest men te Pisa verzen 't onderst boven?
GRAVIN DI AMARA
Hahahaha... dat is een goede grap, gravin,
Daar liep de hertog en graaf Reni in,
De hertogin wil zeker kiesch beduiden,
Dat men in dezen tijd heel veel sonnetten
Het best geniet, leest men ze 't onderst boven!
| |
[pagina 296]
| |
HERTOG FRANCESCO
'k Erken, dien fijnen zet heb 'k niet gesnapt.
Vergeving mijn gravin, het was heel aardig.
(Hij reikt gravin di Tosca het manuscript nu goed toe, die thans aanvangt het schijnbaar voor te lezen).
GRAVIN DI TOSCA
't Doorlucht geslacht heeft eenmaal nog gebloeid,
Om d' allerzoetste vruchten te vertoonen,
Modena voelt zich fier, nu kwamen wonen,
In hare vest' wat allen hield gemoeid...
In Pisa, dat van kunsten overvloeit,
Beata, uitverkoren van al schoonen,
Beheerscheres in 't rijk van tinten, tonen,
Wier kunst en kennis houden ons geboeid...
Gegroet Beata, kind van vorstenbloed,
Neem aan de huldiging der fraaie kunsten.
Die zich verheugen in uw gijzellot,
Want met u gijzelde Modena vroed,
Der Muzen en Fortunas milde gunsten,
Daar schoonheid rijst, den kluisteren ten spot.
DE GASTEN
Bravo... bravissimo
(toejuichingen, gelach).
GRAVIN DI AMARA
Dat noem ik fijne satire!!!
| |
[pagina 297]
| |
UMBERTO
(tot de hoofsche juffers)
Nu freules, wat zeg jelui van die les?
LAVINIA
O, slechte voordracht kan elk vers bederven.
UMBERTO
Ja, maar de verzen van dien Demipho,
Zijn zoo wanhopig leeg, dat slechts de voordracht,
Ze redden kan; 't is mooie klinkklank en
Dat wordt gauw klinkklank, die heel leelijk is.
PIA
Hertog Umberto voelt geen ware kunst.
ELEONORE
Heeft geen gehoor voor echte woordmuziek.
LAVINIA
Hij zoekt wellicht bij dichters naar gedachten.
UMBERTO
Ja juist, gedachten zijn bij verzen hoofdzaak,
De rest is maar techniek of ornament,
Kunst zonder denkbeeld is voor virtuozen,
't Land van kokanje voor aanstellerij.
GRAAF RENI
Daar zijn de kunstnaars voor het avondfeest,
Zij treffen wel een slecht bereid onthaal.
| |
[pagina 298]
| |
GRAVIN DI AMARA
De kunst'naars, die aan 's hertogs hof verkeeren,
Die zullen ons toch zeker 't schoone leeren.
UMBERTO
Men spot wel vaak met d' officieele kunst,
Maar overtuig u zelf - dat zij de gunst
Nog 't meest verdient, daar zij ons de traditie,
Van 't ware schoon, eerbiedig conserveert.
| |
Tweede Tooneel.Allen gaan naar de plaats, waar op het tooneel het tooneeltje is opgeslagen. Hertog Francesco gearmd met Beata, graaf Reni met gravin di Tosca. Graaf di Tosca met Lavinia; de kunstenaars stellen zich terzij van het tooneeltje met hun instrumenten op. Er wordt op het tooneeltje een ballet opgevoerd. Als de muziek een beetje zachter speelt, dan hertog Francesco met graaf Reni op den voorgrond.
HERTOG FRANCESCO
Ze hebben zonderlinge vormen daar!
GRAAF RENI
Ziet toe, die dronken graaf is als een beest...
HERTOG FRANCESCO
Als niet Beatas zedig stil gedrag,
Mij overtuigde, zou ik argwaan scheppen.
GRAAF RENI
Mij kwam het ook al reeds verdacht voor, toen
| |
[pagina 299]
| |
Gravin di Tosca, die niet schrijven kan,
Opeens zoo vlug een groot gedicht kon lezen.
HERTOG FRANCESCO
En ik geloofde half maar in de grap,
Die 't kamerkatje na de voordracht vond,
Dat het een schalksche spotternij zou zijn.
GRAAF RENI
Ja juist - dat feekske is te veel een dame,
Men kan wel iets door afzien zelf zich leeren,
Doch zij bezit een aangeboren tact,
Zij heeft in spraak, in toon, in houding, in
Gebaren iets, dat echten adel kondt....
De dienstmaagd lijkt de meesteresse hier,
De meesteres heeft meer van eene maagd,
En wat den graaf en de gravin betreft,
Ik vrees te Pisa heeft men ons bedrogen,
Zooals tevoor het veil Venetië deed.
HERTOG FRANCESCO
Hoe vinden wij bewijzen van 't bedrog?
GRAAF RENI
Wij zullen list door listigheid bestrijden,
Tracht hen door hun gedrag nu te ontmaskren,
Ik roep de wacht vast op, en laat 't vertrek
Des hongertorens in gereedheid brengen.
Wat list dan niet vermag, brengt honger uit.
(Reni af)
| |
[pagina 300]
| |
HERTOG FRANCESCO
(Het ballet is geëindigd. De danseressen en kustenaars onder toejuichingen der gasten af).
Bravo... bravissimo... ik ben verblijd,
Dat het ballet de gasten heeft vermaakt.
GRAAF DI TOSCA
Die lekk're dikzak danste 't best van allen,
En wat een kuiten, wat een mooie kuiten!
GRAVIN DI TOSCA
Foei neen, die dikkert was om uit te fluiten.
HERTOG FRANCESCO
(tot Gravin di Tosca)
In Pisa fluiten ook de vrouwen mee?
GRAVIN DI AMARA
Jaloersche vrouwen doen nog meer dan fluiten,
Ze deelen klappen uit, dat d' ooren tuiten.
Zoo meent het de gravin, niet waar mevrouw?
HERTOG FRANCESCO
(tot gravin di Tosca)
Of men 't in Pisa ook gedoogen zou,
Dat een verkleede dienstmaagd altoos voor
Haar meesteres het woord neemt, gravin Tosca?
BEATA
Wanneer dat woord zoo juist ons denkbeeld kondt,
Dan houden wij heel gaarne onzen mond.
| |
[pagina 301]
| |
GRAVIN DI AMARA
Goed zwijgen, heer, is zwaarder dan goed spreken.
HERTOG FRANCESCO
Dàt kindje oefen j' in die zware kunst,
Jou valt, denk ik, geen enkle kunst te zwaar.
GRAVIN DI AMARA
Dank voor uw compliment, graag maak ik 't waar,
Maar zie, wij vrouwen kunnen schertsen, lachen,
Wij kunnen spreken, zingen, declameeren,
Maar zwijgen, ach, verstaan alleen de heeren...
UMBERTO
Ei - kan je zingen ook - en mooie liedjes?
GRAVIN DI AMARA
De nieuwste liedjes, die men zingt te Pisa.
HERTOG FRANCESCO
Wel breek dan 't zwijgen door een liedje af.
GRAVIN DI AMARA
(naar het tooneel gaande)
'k Zal trachten door een liedje hen te sussen,
Want 'k voel wel, dat de hertog ons verdenkt.
(met een guitaar in de hand op het tooneeltje)
Een echt leuk mopje, zooals ze wel zingen,
Te Pisa 's avonds aan de havenkaai.
(zij moduleert)
| |
[pagina 302]
| |
HERTOG FRANCESCO
Nu zal ik mij goed kunnen vergewissen,
Want ieder vogeltje zingt naar 't gebekt is,
En door haar zang verraadt de vrouw haar stand.
GRAVIN DI AMARA
Het liedje van de wichelroede.
Als je schatten wilt ontdekken
Die, verborgen in den grond,
Wachten op al wie ze vond,
Laat je dan vroeg 's morgens wekken,
Pak je ransel, pak je zak,
Snij dan af een berketak,
En ga loopen in den wind,
Tot je zoo de schatten vindt! (bis)
Nicolaas, een goeie drommel,
Ook eens hoorde van die maar,
Pakt zijn bullen bij elkaar,
En verlaat den heelen rommel.
Liet zijn vrouwtje heel alleen,
Vol van smarten en geween,
En loopt met zijn berketak,
Verre van het huislijk dak! (bis)
Annemie, die brave vrouwe,
Wacht heur man een dag of vier,
Toen gaat zij ook aan den zwier,
Dat zal Nicolaas berouwen!
Die loopt met zijn berketeen,
Over berg en dalen heen,
Hopend op een grooten schat,
Maar och, nergens vindt hij wat! (bis)
| |
[pagina 303]
| |
Door de straten, door de stegen,
Langs de kaden, op het pad,
Zoekt hij ijvrig naar een schat,
Maar het vinden valt hem tegen,
Nergens buigt de berketeen,
Naar geheime schatten heen,
Tot hij, na een jaar of drie,
Weerkeert tot zijn Annemie. (bis)
Aan de deur wordt hij ontvangen,
Door zijn zoete, lieve vrouw,
Die valt van de blijdschap flauw.
En hij kust haar op de wangen,
Hij vertelt haar desolaat,
Van zijn zoeken zonder baat,
Toen zegt zij, de schat was hier,
Kijk maar door den wiegekier... (bis)
Wat, zegt hij, dat zijn drie blagen!
Ja, zeit zij, Jan, Piet en Koos,
En ze slapen als een roos.
Mag ik naar den vader vragen?
Zeit die goeie Nicolaas,
Zeker zeit ze, beste baas,
Dat 's het wonder van jouw teen.
Nooit loopt Klaas van honk meer heen!
GRAAF DI TOSCA
Verdraaid, dat is een echte, leuke mop,
Bravo, bravo, zoo hoor ik er graag meer,
(naneuriend)
| |
[pagina 304]
| |
Dat 's het wonder van jouw teen.
Nooit loopt hij van honk meer heen!
GRAAF RENI
(Hij is tijdens het zingen opgekomen en met den hertog in druk gesprek gewisseld geweest)
De woorden zijn die van een lied van 't volk,
Maar heb je wel gelet op 't zuiver zingen?
Let op, dat meisje is een echte dame,
Ziet, hoe ze gratievol haar sleep beweegt!
De wacht staat al gereed, maar voor we nog
Tot de gevangenneming overgaan,
Laat ook Beata eens een liedje zingen,
Dan, hoop ik, zijn wij zeker van de zaak.
UMBERTO
't Was fraai dat lied, 'k moet zeggen bijster fraai,
Zoo, zoo, zingt men dat lied in hoogre kringen?
GRAVIN DI AMARA
Neen heer, dat zingt in Pisa men op straat,
(ter zij tot Umberto)
Hoe zou ik andre liedren kunnen zingen?
HERTOG FRANCESCO
Ik hoorde gaarne ook een lied uit Pisa,
Waar de muziek zoo hoog in aanzien staat,
Dat slechts gezongen wordt door edelvrouwen,
Zou ons Beata dat niet willen schenken?
GRAVIN DI AMARA
O Heer, ik ken ook een heel ernstig lied,
Laat mij ook dat nog voor u zingen, Heer...
| |
[pagina 305]
| |
(Zij wil weer naar het tooneeltje gaan, maar wordt door Graaf Reni teruggehouden).
HERTOG FRANCESCO
Neen, 't is alom bekend, dat 's hertogs dochter,
De beste zangeres van Pisa is,
En daarom zou ik zeer gelukkig zijn,
Wanneer Beata ons een lied deed hooren.
BEATA
Ik ben wat heesch en ook wat erg vermoeid...
UMBERTO
Dat is 't bekend excuus van groote zangers,
Ik hoop toch niet, dat gij bevreesd zijt voor
Critiek van u zoo toegenegen gasten?
Kom... Ik zal u op de guitaar begleiden...
(Hij voert haar mede ondanks haar tegenstribbelen en stelt zich op het tooneeltje nevens haar).
RENI
Zij durft niet,.. bij de eerste valsche noot,
Roep ik de wacht - met uw goedkeuring, Heer.
HERTOG FRANCESCO
Wacht tot het eind, wanneer dat mooglijk is.
UMBERTO
Wat zingt u, hertogin?
| |
[pagina 306]
| |
Uche, uche... de romance van de roos...
(zij zet te laag in)
Ach schoone roos, moet gij zoo vroeg verbloeien...
UMBERTO
Te laag ingezet... Nogmaals hertogin...
BEATA
(zij zet te hoog in).
Ach schoone roos, moet gij zoo vroeg verbloeien,
Te kort was uwe fraaie glans...
UMBERTO
Te hoog, veel te hoog...
BEATA
Neen, u speelt te hoog...
HERTOG FRANCESCO
Met uw verlof, Umberto zet goed in.
U speelt te hoog, naar 't voorbeeld van uw vader,
Die 't voorbeeld van het veil Venetië volgend.
Ons gijzlaars zond, die dragen valschen staat...
GRAAF DI TOSCA
Geknipt... Ik trek er daadlijk tusschen uit!
(Hij wil vluchten. Graaf Reni stampt met den voet. De paleiswacht dringt gewapend binnen).
GRAAF RENI
(tot den sergeant)
In naam van Francesco Dalbelli, Heer
| |
[pagina 307]
| |
Van het hertogdom Modena, neem
't Geheel Toscaansch gezelschap hier gevangen,
En sluit ze in den toren van 't kasteel...
(De soldaten omringden Beata, den graaf en de gravin di Tosca en willen ook de gravin di Amara gevangen nemen).
GRAVIN DI AMARA
Ik protesteer, dat is een rechtsverkrachting.
HERTOG FRANCESCO
't Is rechtsverkrachting zich met valsche titels
Te tooien, met een sluw verzonnen doel.
GRAVIN DI AMARA
Dees lieden zijn wel degelijk van stand,
En slechts ik ben geen ware edelvrouw,
Gelijk de jonge hertog kan getuigen,
Zoo goed als hier graaf Reni...
(tot den Hertog)
Heer, gena,
Ik heb, alleen omdat uw zoon het wilde,
Mij op dit feest geleend tot deze grap,
Om 't edele gezelschap te vermaken...
UMBERTO
Ja vader, het is ons bedrijf alleen,
Zij is onschuldig aan de grap van heden.
(Hij stelt zich voor haar op)
HERTOG FRANCESCO
Mijn zoon, aan ons de zaken van 't bewind.
| |
[pagina 308]
| |
UMBERTO
Maar vader, 'k smeek u laat die maagd niet boeten,
Voor wat alleen door onze schuld geschiedde.
HERTOG FRANCESCO
Mijn zoon, nogmaals, wie voert hier het bevel?
Breng weg 't gezelschap, dat er geen ontsnapp'!
UMBERTO
(tot den sergeant)
Ik zweer u, laat die dame hier, met vree...
(Hij trekt zijn degen).
HERTOG FRANCESCO
(tot den sergeant, op Umberto wijzend)
En neem voor heden ook dien muiter mee...!
(De wacht voert Beata, gravin di Amara. Umberto, den graaf en de gravin di Tosca weg). Scherm.
Einde van het derde bedrijf.
|
|