De kleine Grandisson of De gehoorzaame zoon
(1782)–M.G. de Cambon-van der Werken– Auteursrechtvrij
[pagina 28]
| |
op de Cyferkunst toe te leggen? zonder dat zouden nu alle de lessen voor u onnut zyn. Wel nu! myn zoon zal een Natuur, onderzoeker worden met zyn vriend Karel; hy zal de werken van zynen Schepper leeren kennen, en dat zal hem van dag tot dag meer liefde, meer eerbied inboezemen voor dat groot Opperweezen. - Deel my uwe opmerkingen en gesprekken somtyds mede, dat zal my vermaaken, maar voor al wees altoos dankbaar aan den Heer en Mevrouw Grandisson, en aan den eerwaarden Bartlet: Ik kan u dit niet genoegaan beveelen.
Uwe kleine zusje begint mooi te schryven: ô Mama, zeide zy gister, ik zie, dat het goed is wel te kunnen schryven, want anders zouden myn broertje en gy nu elkander niets kunnen vertellen, 't is net of hy by ons waare, net of hy met ons spreekt: wel haast zal ik hem ook schryven, en dan zal hy my antwoorden. Ik hebbe u wel lief, Mamaatje! dat gy my een meester geeft en ik zal altyd zoet weezen, om dat gy zoo goed zyt. Wat moet ik doen om u myne dankbaarheid te toonen? Braaf lee- | |
[pagina 29]
| |
ren Annette, zeide ik. Hoe, antwoorde zy, dat is immers voor myn eigen best als ik wel leer? Ik zou wel ongelukkig zyn als ik het niet deed. Was dat niet wel gezeid Willem voor een kind van zes jaaren? Ik nam haar ook in myne armen, en kuste haar met al myn hart. |
|