Brief aan de Tsaritza
Dezer dagen, bladerend in oude tijdschriften, vond ik het volgende. Het werd geschreven door de dichter Maurice Gauchez, in de vorm van een open brief aan de Tsaritza. Het dagtekent van 1 juli 1913.
‘Machtige Keizerin van het geweldig-grote Rusland, wat acht ik u, ondanks al uw rijkdommen, diep te beklagen! Niet om de angst die het bestaan der Terroristen wellicht in u moet opwekken; neen, Mevrouw: ik beklaag u om wat gij als moeder hebt te lijden. Ik heb gelezen dat uw zoon, ten gevolge der vermoeienissen van de feesten te Moskou, waaraan hij, niettegenstaande het verbod der geneesheren, deel moest nemen, ziek geworden is en dat zijn toestand hoogst bedenkelijk is.
Heeft hij niet, op de schouders van een van uw sterke kozakken gedragen, in generaals-uniform, al die eindeloze, afmattende plechtigheden bijgewoond? Arme knaap, arme moeder! Wat zal het schitterend lot hem baten dat de keizerlijke erfelijkheid hem voor de toekomst verzekert, als hij nooit eens de gezonde en onbezorgde vrolijkheid van andere kinderen heeft gekend!
Als ik u schrijven durf, Keizerin, dan is het om u eerbiedig een bescheiden raad te geven. Uw kind is niet geschapen om in een gevaarlijke en ongezonde Hof-entourage te leven. Laat thans in u alleen de moeder spreken, de angstige moeder, die de gezondheid en het leven van haar zoon boven al het andere stelt.
Vlucht weg met uw kleine, zwakke, zieke Tsarewitsj, Mevrouw de Keizerin! Vlucht ermee weg, heel verre, naar een gezonde streek van rust en schoonheid! Leef daar met hem 't eenvoudig leven der eenvoudige buitenmensen. Loop er met