haar mof; en als ze bont droeg om haar lieve schoudertjes, dan was 't voorzeker niet om die tegen de koude te beschermen, maar wel veeleer om dat mooi, bloot halsje, dat zacht glansde als een fijne, lichtroze bloem, nog gunstiger en bekoorlijker tegen de rijke fourrure te doen uitkomen.
Zij droeg heel korte rokjes waar de storm in klapperde en gierde en haar zogoed als blote voetjes staken in een verlakt fijn schoeisel, of, beter gezegd, in twee kleine schuitjes waarvan de hak gevormd was door een soort van hoge, dunne pin en waarop zij zich, bij elke pas, in evenwicht moest zien te houden.
Ik herinner mij nog mijn verbazing, toen ik, in mijn prille jeugd, de eerste wielrijder zag. Dat leek wel iets absurds, een onmogelijkheid, die tóch, ondanks alle bestaande natuurwetten, gebeurde. Diezelfde indruk onderga ik nu nog, telkens weer wanneer ik een echt-elegant vrouwtje over de straat zie lopen. Dat zwakke wezentje moet toch immers voortdurend omkantelen, tegen de stenen vallen, zich akelig bezeren! Ik heb het zelf eens op een avond willen proberen en ik wou, dat u mij had gezien. Ik had ook twee van die hoge, houten pinnen onderaan mijn hakken bevestigd en zo liep ik de straat op. Het was gelukkig donker, maar toch bleven de mensen langs de trottoirs staan om mij na te kijken. Ik zakte door mijn knieën, ik bonsde tegen de lantarenpalen en de ramen aan; ik zwenkte en waggelde gelijk een dronkaard. Een paar meiden begonnen hoog te giechelen en een politiediender, die in het verschiet opdaagde, veranderde de richting van zijn bedaarde koers, om mij te ontmoeten. Haastig sloop ik hinkend in een dwarsstraat weg.
Kwestie van gewoonte, ‘training,’ zie maar de matrozen met hun blote halzen, antwoordde mij een dame, die ik over 't wonder interviewde.
Niets van aan, lieve dame! De matroos, ja, die is getraind en gehard, maar u is dat niet, u volgt alleen ‘de mode.’ Verondersteld dat het nu deze zomer mode wordt om wol en bont te dragen om uw hals in plaats van diep-gedecolleteerde blouses. U zúlt dan bont en wol dragen om uw hals omdat het zo de mode is; en 't wonderbare en bewonderenswaardige zal zijn,