nen-buigend neer, wiegend-overstroomd door verre, wijd golvende wateringen, die het doen deinen als een zee.
En in die zee verrijzen, als stille eilandjes, de dorpjes en de oude steden. Daar is Abbeville, daar is Rouen, daar is Lisieux, daar is Falaise. Oud, mooi, grijs, met kerken van gothisch kantwerk en wonderlijke geveltjes, die alle op elkaar gedrongen staan en in de smalle straatjes sterk vooroverhellen, als in kinderlijk-ontembare nieuwsgierigheid, terwijl hoog boven hen, op een of andere rots of heuvel, een slot of burcht verrijst: vervallen ruïne, massief en dreigend nog als een verminkte reus, met bomen wassend in zijn stene-spleten en ganse benden droef krassende raven, die om de afbrokkelende kantelen log rondzwerven.
Zo komt men aan de kust. Het water van de Manche is van het teerste heldergroen en rolt en slaat over een krissend bed van keien tegen de witte ‘falaises’ aan. Tot dicht bij het water zijn die nog groen van weilanden en korenakkers. En er staan aardige oude kerkjes op die groene hoogten, omringd door kleine kerkhofjes, waar de zeebries door de klagend-schommelende cypressen waait.
Die zijn, in hun totaal-verlaten eenzaamheid, de ware schoonheid van de Normandische kust. Vooral wanneer, als nu, de gele brem er bloeit, ligt er een glans van ontroerende rijkheid over al die doodse stilte. En men denkt onwillekeurig aan Maeterlincks Oiseau Bleu, wanneer Tyltyl en Mytil, 's nachts op het kerkhof, in plaats van geraamten, niets dan tere bloeisels uit de grafkuilen zien opwolken en in verbaasde verrukking tot elkander fluisteren: ‘il n'y a pas de morts!’ Il n'y a pas de morts...! Maar er zijn ook lui die geen verstand hebben van leven, zou men erbij willen voegen, als men daarna in de lege luxe van beroemde badplaatsen als Dieppe en Trouville komt.
Wat 'n onzin, dat frivool heen en weer geslenter in quasimooie toiletten over die strandbevloering met planken langs de zee!
't Is nu nog wel de ‘season’ niet, maar met de zondagen en het mooie weer, zijn er toch al enige extra-treinen uit Parijs aangekomen. De spanrokjes zijn er, de jupe-culotte is er, en ook de reuzehoeden, en de geblankette wangen, en de zwart-